Achtergrond

De wereld in 40 operahuizen: Warschau

Wat rond 1600 in Italië begon, is inmiddels een mondiaal fenomeen. Opera, je vindt het bijna overal. In een tamelijk roekeloze trip over de wereld worden veertig willekeurige operahuizen uitgelicht, met een kiekje en een praatje. In deel 10 het Teatr Wielki in Warschau.

Vanaf Vilnius gaat de reis weer iets richting het oosten, met een autotrip van zo'n 460 kilometer naar Warschau, naar het grootse Teatre Wielki (foto: Goto / Wikimedia).

Het gebouw
Het Teatr Wielki in Warschau is al meer dan 170 jaar het grootste opera- en ballettheater van Polen. Het werd gebouwd tussen 1825 en 1833 volgens een ontwerp van de Italiaanse architect Antonio Corazzi. Tijdens de eerste voorstelling, op 24 februari 1833, werd Rossini’s Il barbiere di Siviglia opgevoerd.

In 1939 werd het theater vrijwel volledig verwoest door een bombardement. Alleen de façade bleef overeind staan. Het duurde tot 1965 voordat het theater herbouwd was. In de tussenliggende twee decennia werden andere theaters gebruikt om het opera- en balletleven gaande te houden.

Het gerenoveerde theater, dat in november 1965 de deuren opende, gold in die tijd als één van de best uitgeruste theaters van Europa. Het theater heeft een hoofdzaal, Moniuszko Auditorium, met 1828 plaatsen en een kleinere zaal, Mlynarski Auditoriam, met 248 plaatsen.

In 2002 werd er een groots beeld van Apollo’s renwagen bovenop de façade van het theater gezet, een idee dat oorspronkelijk van architect Corazzi vandaan kwam, maar die had het nooit uitgevoerd.

Het gezelschap
Dertig jaar nadat de kunstvorm ‘opera’ uitgevonden werd in Florence, haalde prins Ladislaus IV Vasa de eerste Italiaanse operagezelschappen naar Warschau. De prins bouwde een theater in zijn kasteel waar de Italiaan Marco Scacchi regelmatig opera’s produceerde.

Vanaf 1774 werden er regelmatig opera’s opgevoerd in de Radziwill Mansion, het huidige verblijf van de Poolse president. Daar werd de eerste Poolse opera opgevoerd, van Maciej Kamienski.

Als vader van de Poolse opera wordt over het algemeen echter Stanislaw Moniuszko genoemd. Zijn twee belangrijkste opera’s werden halverwege de negentiende eeuw opgevoerd in het Teatr Wielki, het thuis van de Poolse Nationale Opera. Van hem staat ook een beeld voor het operagebouw.

De Poolse Nationale Opera heeft inmiddels een geschiedenis van meer dan 200 jaar. In die geschiedenis speelde het een belangrijke culturele en politieke rol door de productie van veel werken van Poolse componisten. Daarnaast bracht het ook de klassiekers uit het operarepertoire naar Warschau.

Vandaag de dag zet het gezelschap ieder seizoen van september tot en met juni vele operatitels op het toneel. Algemeen directeur van het operahuis is Waldemar Dabrowski, artistiek directeur is de regisseur Mariusz Trelinski.

Seizoen 2010/2011
Het nieuwe seizoen in Warschau bevat maar liefst 20 producties: Katya Kabanova, Madama Butterfly, The Fall of the House of Usher, Die Passagierin, Elektra, kindervoorstelling van Die Zauberflöte, Nabucco, Le nozze di Figaro, Les Troyens, La Traviata, Oresteia van Iannis Xenakis, Straszny Dwór van Moniuszko, Carmen, Rigoletto, Turandot, Jakob Lenz van Wolfgang Rihm, Jevgeni Onjegin, de double bill Sudden Rain/Between, Matsukaze van Toshio Hosokawa en King Roger van Szymanowski (coproductie met de Bregenzer Festspiele).

Bekendere artiesten die hun opwachting in het Teatr Wielki maken, zijn Ewa Podles (in Elektra), Caroline Whisnant (als Elektra) en Valery Gergiev (dirigent van Les Troyens).

Zie voor meer informatie www.teatrwielki.pl.

De reis tot nu toe
Amsterdam
Hamburg
Kopenhagen
Oslo
Stockholm
Helsinki
Tallinn
Riga
Vilnius

Vorig artikel

NTR Podium viert jubileum Matinee op Ned 2

Volgend artikel

Kaufmanns Lohengrin: cliché tot en met

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.