Achtergrond

Youtube-portret: Cornell Macneil

Hij had een bariton van buitengewone proporties en was een grootheid in het Verdi-repertoire. Vrijdag 15 juli overleed een bijzondere operazanger: Cornell MacNeil. Een portret in beeld. Met dank aan Youtube.

Cornell MacNeil werd op 24 september 1922 geboren in Minneapolis, Minnesota. Op 15 juli 2011 overleed hij in Charlottesville. In de tussenliggende 88 jaar verrijkte hij de operawereld met zijn bariton. Hij zong 642 voorstellingen bij de Metropolitan Opera en imponeerde ook publieken in andere operahoofdsteden.

MacNeil ving zijn carrière aan in de jaren vijftig bij diverse Amerikaanse operahuizen. Zijn officiële debuut maakte hij in de wereldpremière van The Consul van Gian Carlo Menotti in 1950. Zijn debuut bij de New York City Opera volgde in 1951, als Germont in La Traviata.

De rol van vader Germont was één van de Verdi-partijen die MacNeil bijzonder frequent op zich zou nemen. Hieronder een voorbeeld. Hij zingt de aria ”Di Provenza il mar il suol’ in een voorstelling uit Tokio, 1975.

De grote doorbraak kwam voor MacNeil nadat hij in 1959 met zijn vrouw en vijf kinderen naar Rome was verhuisd. Op 5 maart dat jaar debuteerde hij bij de beroemde Scala als Carlo in Ernani van Verdi. Hieronder een geluidsfragment van ‘O sommo Carlo’ uit Ernani.

MacNeils vertolking in Ernani was een groot succes en de manager van de Scala bood hem gelijk aan contract aan. De Amerikaanse zanger wees dat echter af, omdat hij twee weken later de kans kreeg te debuteren bij de Metropolitan Opera in New York.

Zijn debuut daar, in de titelrol van Rigoletto, was het begin van een lange, vruchtbare samenwerking tussen het operahuis en de bariton. MacNeil zou de rol van Rigoletto 104 keer op de New Yorkse planken brengen.

Eén van zijn Rigoletto-optredens in 1977 werd uitgezonden op tv. Hieronder een fragment. MacNeil zingt ‘Povere Rigoletto’ en ‘Cortigiani, vil razza dannata’. Een belangrijk detail: de zanger was hier al 55 jaar.

Behalve Rigoletto zong MacNeil ook de rol van Scarpia uit Puccini’s Tosca talloze malen bij de Met. De teller kwam in 1987 op 92 tot stilstand, wat meteen zijn laatste optreden bij de Met was. Een jaar later zou hij zijn carrière definitief beëindigen.

Hieronder zingt MacNeil ‘Tre sbirri’ uit Tosca in een productie uit Genua, 1965.

MacNeil zong behalve in Rigoletto, La Traviata en Ernani in nog vele andere Verdi-opera’s. Erg succesvol was bijvoorbeeld zijn Iago in Otello. Hieronder zingt hij het bekende ‘Credo in un Dio crudel’, in een productie van de Met uit 1978.

MacNeil werd geroemd vanwege de enorme omvang van zijn stem en vanwege zijn spectaculaire hoge noten. Daarom tot slot de laatste noten uit Rigoletto, uit dezelfde tv-productie uit 1977. MacNeil reikt tot een hoge a.

Vorig artikel

Joseph Calleja: een tenor uit duizenden

Volgend artikel

Orfeo op Soestdijk wellicht hernomen

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.