Achtergrond

YouTube-portret: Johan Botha

Johan Botha staat hoog op het verlanglijstje van ’s werelds grootste operahuizen als er zware, dramatische tenorrollen gecast moeten worden. In dat repertoire heeft de Zuid-Afrikaanse zanger sinds zijn doorbraak begin jaren negentig een grote reputatie opgebouwd. Een portret in beeld. Met dank aan YouTube.

Johan Botha (foto: W. Beege).

Zaterdag 27 oktober is Johan Botha in bioscopen in 60 landen te zien als Otello in de gelijknamige opera van Verdi, een productie van de Metropolitan Opera in de bekende Live in HD-serie. Dat optreden in die sterrenrol bij dat grote operahuis is eigenlijk afdoende om zijn faam als dramatische tenor te illustreren.

Zijn faam heeft Botha in twee decennia opgebouwd. Hij werd op 19 augustus 1965 geboren in Rustenburg, Zuid-Afrika. Hij maakte in 1989 zijn professionele debuut in zijn vaderland en kwam in 1990 naar Europa. Daar trad hij bij vele Duitse operahuizen op, voordat hij in 1993 internationaal doorbrak als Pinkerton in Madama Butterfly bij de Opéra National de Paris.

Vanaf dat moment werkte hij zich snel op naar de top. In 1996 debuteerde hij bij de Wiener Staatsoper; het begin van een lange relatie met vele, vele optredens. Ook stond hij op de planken bij de Scala, het Gran Teatre del Liceu, het Royal Opera House en de Metropolitan Opera. En in de zomer van 2010 volgde zijn debuut bij de Bayreuther Festspiele, als Siegmund in Die Walküre.

Van dat debuut hieronder een fragment. Botha zingt de finale van de eerste akte, met Edith Haller als Sieglinde.

Andere Wagner-partijen die Botha vaak zong en nog steeds regelmatig op zich neemt, zijn de titelrol in Lohengrin en Walter in Die Meistersinger von Nürnberg. Van die laatste rol een fragment, genomen uit een Weense productie uit 2008. Christian Thielemann staat op de bok.

Behalve Wagner heeft Botha veel Verdi en Puccini gezongen. Als Radames in Aida reisde hij de hele wereld af, van Japan tot Californië, en ook zijn Otello was al op vele plaatsen te bewonderen.

Hieronder een fragment van zijn nieuwste Otello – de vertolking die morgen in de bioscoop te zien is. Hij zingt een scène met Renée Fleming als Desdemona.

Op het concertpodium is Botha ook actief. Zo zong hij onder meer in Barcelona Das Lied von der Erde van Mahler. Hieronder zingt hij ‘Der Trunkene um Frühling’, begeleid door het orkest van het Liceu onder Sebastian Weigle.

Dit seizoen zingt Botha in Die Meistersinger von Nürnberg, Otello en Die Walküre bij de Wiener Staatsoper, wederom in de Meistersinger in Chicago, in Parsifal bij de Salzburger Osterfestspiele, in Otello bij de Bayerische Staatsoper en in Bayreuth in Die Walküre.

Veel Wagner dus. Daarom nog een laatste Wagner-fragment. Botha zingt ‘In fernem land’ uit Lohengrin. De opname komt uit Tokyo, 2011.

Zie voor meer informatie de persoonlijke website van Johan Botha.

Vorig artikel

Opera in de media: week 44

Volgend artikel

Componist Hans Werner Henze overleden

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

5Reacties

  1. .erda
    27 oktober 2012 at 23:36

    Was ik nou echt de enige toeschouwer die teleurgesteld naar huis ging na Othello? (Live vanuit de Met). Het voordeel/nadeel van die uitzendingen zijn de ongenadige close-ups, ongenadig voor wie geen acteertalent in huis heeft dan altijd. Er was helemaal geen expressie, nou ja tenzij je met je ogen rollen een expressie wil noemen?, drie standaard gezichtsuitdrukingen en dan dat stomme lachje op de meest dramatische ogenblikken! of hij helemaal geen idee had van wat hij daar stond te zeggen/zingen. Geen nuances, geen passie, geen innerlijke “verscheurdheid” door wat hij denkt te moeten doen. Kortom, teleurgesteld dus met de prestatie an Botha als Othello. En grote bewondering voor Renée Flemming ! Moet moeilijk zijn je eigen partij te blijven “beleven” wanneer je tegenover zo iemand staat. Botha zou zich beter bij concerten houden, daar is geen acteertalent vereist en de stem is er wel.

  2. Laura
    28 oktober 2012 at 18:25

    .erda, ik ben het met je eens. Ik ben niet naar Otello in de bios geweest, maar heb Botha een keer live gezien in Tannhauser en dus hier in het fragmentje van Otello. Hij kan goed zingen, daarom staat hij natuurlijk ook op de hoogste podia, maar hemeltjelief, wat kan de man toch verschrikkelijk slecht acteren. Elk gebaar, elke gezichtsuitdrukking past totaal NIET bij de inhoud van wat hij zingt. Ik vind dat als je Otello zingt, je toch echt iets aan rolbeleving moet doen. Ik noem maar een Antonenko die in de Doelen concertante toch wel echt alle aspecten van Otello’s karakter óók visueel, in simpele gebaren, kon overbrengen.

  3. joseph
    28 oktober 2012 at 19:16

    IK ben eveneens naar Otello gaan zien. Ik vond eerste en tweede bedrijf
    niet zo denderend, zelfs bijna vervelend, maar gelukkig kantelde de vertoning in positieve zin.
    Botha ? Nou ja … Kan beter. Live is hij best te versmaden.
    Maar Fleming maakte wel indruk op mij. Al bij al, toch genoten van mijn opera-avond.

  4. .erda
    29 oktober 2012 at 10:37

    Joseph,

    Ik mag aannemen dat je bedoeld “live is hij best te genieten” ipv “versmaden”? Kan zijn. Maar het was nu eenmaal in de Bios. En hoewel de geluidsinstallatie in mijn zaal prima is (dolby surround) vond ik eigenlijk de ster van de avond, ook vocaal, Falk Struckman in de Iago, en dit ondanks de prima prestatie van Renée Flemming. En ja, ook ik heb al bij al wel genoten van de opera-avond, waar de regie van Mojinski zeker toe bijgedragen heeft. Eindelijk weer eens een Othello die zich afspeelt waar het moet, in de kostuums van de tijd etc. etc. De laatste versie die ik live zag was niet om aan te zien – gemoderniseerd- met een Othello in het Wit Kapiteinspak van een Cruise liner, en de Iago in een wit medisch schort??? Zag overigens dit WE een Traviata vanuit Luik op TV waar ook NIET naar te kijken viel vanwege de “moderniseringen” … of word ik oud?

  5. joseph
    31 oktober 2012 at 11:47

    Sorry hoor. Dank voor de rechtzetting.
    Het moderne gedoe van klassieke opera … ik heb er ook een hekel aan.