Achtergrond

Youtube-portret: Der Hölle Rache

Het is zowel één van de meest bekende als één van de meest halsbrekende aria’s ooit geschreven: ‘Der Hölle Rache’ uit Die Zauberflöte van – hoe kan het ook anders – Mozart. Ondanks de hoge moeilijkheidsgraad hebben vele sopranen zich aan de aria gewaagd. Een portret in beeld van enkele vertolkingen. Met dank aan Youtube.

Diana Damrau als Königin der Nacht in een productie van het Royal Opera House (foto: Royal Opera House).
Diana Damrau als Königin der Nacht in een productie van het Royal Opera House (foto: Royal Opera House).

‘Der Hölle Rache kocht in meinem Herzen’, luidt de officiële titel van Mozarts aria, maar alleen het noemen van de ‘Koningin van de Nacht’ is vaak al genoeg om de gedachten van de meeste mensen uit te laten gaan naar de ijle sopraanhoogte die de wraaklustige koningin zo beroemd maakte.

Een beetje onterecht, want ze zingt eerder in het Singspiel van Mozart nog een andere aria – ‘O zittre nicht, mein Lieber Sohn’ – die qua moeilijkheid niet onderdoet voor ‘Der Hölle Rache’. Maar goed, één van beide aria’s moest het toch winnen in de jacht naar faam…

De beroemde aria kent niet alleen een enorme omvang (twee octaven, tot aan een verbazingwekkende hoge f toe), maar is ook snel en heftig. Het enige waar de Koningin van de Nacht op het moment van zingen aan denkt, is wraak, dood en verderf. Ze dreigt haar dochter Pamina dat ze haar dochter niet meer zal zijn, als ze Sarastro (haar tegenstrever) ‘de pijn van de dood’ niet laat voelen.

De eerste zangeres die de aria zong, was Mozarts schoonzus Josepha Hofer. Het verhaal gaat – opgetekend door componist Ignaz von Seyfried – dat Mozart op zijn sterfbed ijlde over de hoge noten van Hofer, die kennelijk indruk op hem hadden gemaakt.

Na Hofer volgden vele sopranen die sierden of ontsierden met de paar minuten muziek. Hieronder vijf voorbeelden.

Om te beginnen natuurlijk ‘onze eigen’ Cristina Deutekom. Met de rol van de Koningin van de Nacht maakte zij internationaal faam in de jaren zestig. Ze debuteerde ermee bij De Nederlandse Opera in 1963 en zong de rol (en dus ook de aria) vervolgens bij alle grote Europese operahuizen en ook bij de Metropolitan Opera in New York.

Hieronder zingt ze de aria tijdens een televisieopname in 1971. Een beetje statisch qua performance, maar vocaal zeer krachtig.

 

Een bejubelde Koning van de Nacht van dit moment is Diana Damrau. Het is niet voor niets de rol die ze tot nu toe het vaakst gezongen heef (in meer dan vijftien verschillende producties). Hieronder neemt ze de aria op voor haar album Arie di Bravura, dat verscheen bij Virgin Classics. Ze geeft vooraf tekst en uitleg.

De befaamde Franse coloratuursopraan Natalie Dessay wilde de rol eigenlijk niet zingen – omdat het om een slecht karakter ging – maar ging overstag in een productie van Robert Carsen voor het festival in Aix-en-Provence. Hieronder een optreden van haar in de Franse plaats, in 1994. Carsen gaf haar bewust een ‘zachter’ karakter.

Erg fraai vind ik de vertolking van Edda Moser, een Duitse sopraan die vanaf de jaren zestig carrière maakte. Ze zong de rol onder meer bij de Metropolitan Opera, waar ze negen seizoenen actief was. Hieronder haar vurige vertolking.

Verrassend genoeg zijn er soms ook heren die de aria aanpakken om op spectaculaire wijze succes te behalen. Bijvoorbeeld de Roemeens-Moldaavse Radu Marian. De ‘natuurlijke castraat’, zoals een dirigent hem eens omschreef, zong het stuk al toen hij zeven was. Hieronder een opname daarvan. Hij zingt in het Frans.

Vorig artikel

Kožená toont tekstbegrip in vijf talen

Volgend artikel

Kunst, seks en dood

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

1 Reactie

  1. 26 augustus 2009 at 23:57

    ongelooflijk al die diva presentaties van Bravura arias uit die
    zauberflöte,Mijn voorkeur gaat uit naar Chris Deutekom (jubileum uitvoering onder Solti!) Deutekom onderscheidt zich in “der Hölle Rache”aria van alle andere sopranen door haar vloeiende staccatos
    bijna legato,terwijl andere divas een hakkelende cavaleta produceren.

    Interessant in Die Zauberflöte en meest onbekend bij het opera publiek
    het bizondere karakter van dit werk dat werd gepresenteerd als een deels gezongen en gesproken Volkstheaterstuk(Singspiel)met een rol voor komische gangmaker of animator.In dit Singspiel was dat Papageno (van papagaai,veelprater,na-aper).Om die reden werd die Zauberflöte aanvankelijk lauw ontvangen door het vaste Weense opera publiek tot men ontdekte dat Mozart’s enige Grand-Opera een meesterstuk van symbolisme was en alle regels en facetten van de Weense vrijmetselaars bonden in muziek en handeling toepasten.

    Ik zou graag over deze zgn FREIMAURER OPER met Mozart-Opera-fans van gedachten willen wisselen.Mail mij dus gerust voor een proefbabbel over dit onderwerp

    Tot spoedig