Achtergrond

Column: Annemarie Kremer

Drie Nederlandse opera-artiesten verzorgen iedere maand een column op Place de l’Opera. In november: sopraan Annemarie Kremer over Luisa Miller, operastress en blauwe plekken.

Wat heerlijk om weer thuis te komen! De zuivere nachtlucht van het Zuid-Franse heuvellandschap opsnuivend vallen we verkreukeld uit de auto na weer eens 1300 km van mijn laatste optreden naar huis te hebben gereden.

Ik ben één van die gelukkigen die een reizend bohemien-bestaan voert – samen met mijn man, hond en soms ook de kat. Een spannend, hectisch leven waarin we voortdurend nieuwe mensen, andere culturen en fijne cappuccino’s leren kennen. Maar terug op onze afgelegen berg voelen we dat het ‘ver van mijn bed’- gevoel dat ons hier onmiddellijk bevangt ook heerlijk is. Tegelijkertijd begint het geheid na een paar weken weer te kriebelen: ik wil weer op pad voor een nieuw opera-avontuur en verse stress!

(Foto: Frank Doorhof)

De afgelopen drie maanden gaf ik aan het Staatstheater in Stuttgart mijn debuut in de prachtige titelrol van Luisa Miller van Verdi en had ik tevens veel succes als Tosca in de gelijknamige opera van Puccini. Het bracht me donderend applaus, maar ook stress en moeilijke momenten.

In de productie van Luisa Miller was bijvoorbeeld gekozen voor een toneel met zes vloerdelen en acht wanden, die afzonderlijk van elkaar en veelvuldig op en neer bewogen. Buiten je eigen verantwoordelijkheid als zanger om altijd 100 procent inzet te geven qua zang en acteerwerk, en niet ziek te worden en dergelijke, ben je voor veel aspecten tijdens een voorstelling afhankelijk van anderen. Van mijn tegenspeler, die me moet rondzwaaien en dragen. De mannen van het koor, die me op hun schouders zetten. Het technische team dat de podiumdelen bedient. De dirigent: geeft hij me het goede tempo voor die coloratuuraria? Eigenlijk is het dus een wonder dat er relatief weinig ongelukken gebeuren tijdens dit soort voorstellingen!

Toch ging het nogal eens fout. De tenor struikelde en liet me onelegant en pijnlijk vallen vlak voor één van mijn aria’s. Koormannen werden ziek en hun invallers hadden minder brede schouders: lag ik weer op de grond. De podia bleven steken net toen ik eraan kwam rennen. Voelt u ‘m al? Ik kan u ondertussen een hele goede fysiotherapeut in Stuttgart aanbevelen!

De tempi van de dirigent waren gelukkig wel altijd goed. Maar het geeft stress alles onder één hoed te krijgen en toch ontspannen te blijven. Ha, wat een heerlijk beroep! Want zo’n uitdaging is net iets voor mij, ook al geeft ‘t soms blauwe plekken. Die verdwijnen wel weer na een paar weken. De honger voor het podium blijft. Morgen op weg naar Montreal!

De Nederlandse sopraan Annemarie Kremer studeerde in Maastricht en begon haar carrière in Aachen in Duitsland, waarna ze bij vele Duitse operahuizen optrad. Inmiddels maakt Kremer in vele landen goede sier met dramatische rollen als Tosca, Madama Butterfly en Norma. Zie www.annemariekremer.nl.

Vorig artikel

Een warme Nabucco in het Concertgebouw

Volgend artikel

Een fraaie Freiburgse Adriana Lecouvreur

De auteur

Annemarie Kremer

Annemarie Kremer