AchtergrondBinnenkortFeatured

Médée: de Everest in het sopraanrepertoire

OPERA2DAY zet vanaf 25 november Médée van Luigi Cherubini op het toneel, één van de meest dramatische opera’s uit het repertoire, met een helse titelrol voor sopraan. Regisseur Serge van Veggel en de twee Médée-vertolksters, Capucine Chiaudani en Maribeth Diggle, blikken vooruit op de bijzondere productie.

Promotiebeeld van OPERA2DAY's productie van Médée.
Promotiebeeld van OPERA2DAY’s productie van Médée.

Als Luigi Cherubini nog zou leven en een sollicitatie zou moeten doen, dan had hij een paar puike referenties kunnen vermelden. Natuurlijk Maria Callas, die met Medea (de Italiaanse versie van Médée) grote successen vierde. Maar ook Beethoven, die het theatrale oeuvre van de componist prees als “het werk van een genie”. En vergeet Brahms niet, die Médée omschreef als “de hoogste top van de dramatische muziek”.

OPERA2DAY brengt Cherubini in november en december in het land. Zeven keer voert het gezelschap Médée op, de originele Franse versie van de opera, die in 1797 onder het label ‘opéra-comique’ in première ging in het Théâtre Feydeau in Parijs. Deze Franse versie was nog niet eerder in Nederland te zien.

Hernán Schvartzman, muzikaal leider van OPERA2DAY, dirigeert het op achttiende-eeuwse instrumenten spelende orkest. Artistiek leider Serge van Veggel regisseert en zangers als Dario Schmunck, Alexandra Schoeny, Huub Claessens en Barbara Kozelj zingen in de cast.

De hoofdrol wordt dubbel bezet door de Italiaanse sopraan Capucine Chiaudani, eerder dit jaar als Tosca te zien bij Opera Zuid, en de Amerikaanse sopraan Maribeth Diggle, bekend van de Dutch National Opera Academy.

Place de l’Opera stelde Van Veggel, Chiaudani en Diggle elk drie vragen.

Serge van Veggel, regisseur: ‘Het stuk is ongelofelijk goed’

Serge van Veggel.
Serge van Veggel.

Waarom Médée?
“Om twee redenen. Ik vind Médée al heel lang één van de beste opera’s die ik ken, terwijl de opera toch niet zo bekend is. Het zit heel slim in elkaar en sleept je daardoor helemaal mee.

De tweede reden is dat wij in Den Haag ontstaan en gevestigd zijn. Den Haag had vroeger een grote operatraditie, waarbij het genre ‘opéra-comique’ heel populair was. Cherubini werd vaak opgevoerd, al is Médée volgens mij nooit in Den Haag te zien geweest. Met dit erfgoed willen we wat doen.”

Waarom hebt u niet voor de bekende ‘Callas-versie’ gekozen?
“Ik kende eerst ook alleen de Italiaanse versie. Maar toen kwam ik erachter dat het nooit zo geschreven was. De recitatieven in veristische stijl klonken weliswaar lekker, maar er was toch iets mis mee. De originele versie heeft dialogen. En juist die gesproken delen brengen het drama dichtbij.

De dialogen zijn in nogal hoogdravend Frans geschreven. Wij hebben daar korte, moderne Franse dialogen van gemaakt, maar met hetzelfde doel als de originele teksten: het drama dichtbij brengen.”

Hoe hebt u deze opera verder aangepakt als regisseur?
“Dat was moeilijk. Het stuk is zo ongelofelijk goed dat je het risico loopt dat je het als regisseur alleen maar in de weg gaat zitten. Daarom moet je proberen er niet te veel in te duwen, maar het simpelweg te ‘laten gebeuren’. Je moet met de zangers proberen dicht bij de tekst en de muziek te komen, dan valt het vanzelf op zijn plek.

We kiezen voor een abstrace ruimte, zodat de karakters maximaal de ruimte krijgen. De personenregie is dan ook heel belangrijk. Verder zullen in totaal meer dan duizend scholieren en amateurs-zangers aan de voorstellingen deelnemen, bijvoorbeeld als ‘het volk’. We hebben ons zo wel veel werk op de hals gehaald, maar dit is waar we als OPERA2DAY voor gaan. We kiezen een concept en gaan daar dan op alle manieren voor, tot in alle details.”

Capucine Chiaudani, Médée: ‘We kunnen Médée niet haten’

Capucine Chiaudani.
Capucine Chiaudani.

Wie is Médée voor u?
“Ze is complex. Ze heeft vele gezichten, vele aspecten. Er gaan zo veel emoties in haar om, iedereen kan zich wel in iets van haar herkennen. De liefde, de haat, het onrecht… Naar mijn mening is dat ook waarom we Médée niet echt kunnen haten. Terwijl ze eigenlijk zo verschrikkelijk is…

In mijn ogen is ze ook dapper. Ze neemt haar eigen leven in handen. Zeker voor de tijd waarin de opera geschreven werd, was dat heel modern en geëmancipeerd.”

Médée staat bekend als loodzware rol. Wat maakt het zo zwaar?
“Het vereist een enorme energie. Je bent altijd op het toneel en hebt emotioneel geen moment rust. Je stopt soms met zingen voor een monoloog, maar moet dan direct daarna weer zingen. Het is als een marathon voor de stem.

Ik heb wel meer zware rollen gezongen, zoals Tosca en Fedra. Maar dat soort rollen zijn als de Mont Blanc, Médée is de Everest. Het brengt je als zanger tot je limiet. Maria Callas noemde het niet voor niets een ‘killer role’.”

Hoe bereidt u zich voor op zo’n veeleisende rol?
Lachend: “Los van veel bidden…? Ik luister veel naar andere zangers, dan hoor je zowel goede als slechte ideeën en voorbeelden. Verder heb ik het toneelstuk van Euripides gelezen en wat films bekeken.

Uiteraard was Maria Callas de eerste naar wie ik luisterde. Wat je bij haar hoort, is dat ze zichzelf geen moment spaart. Ze zingt Médée niet, ze wordt Médée. Dat is een stadium dat zelfs veel grote zangers niet bereiken, maar voor mij is dat wel de absolute prioriteit. Je moet het niet alleen technisch goed zingen, je moet ook de juiste ‘mood’ vinden. Het moet de mensen raken. Dat zou voor alle zangers het doel moeten zijn.”

Maribeth Diggle, Médée: ‘Ze is een monster’

Maribeth Diggle.
Maribeth Diggle.

Wie is Médée voor u?
“Het is een indrukwekkende dame, dat is duidelijk. Verder ben ik eigenlijk nog steeds aan het ontdekken wie ze is. Belangrijk voor mij is dat alles om macht draait, en daar wil Médée heel ver voor gaan. Ze wil er zelfs voor moorden. Wat dat betreft is ze een monster.”

U bent een jonge zanger. Waarom besloot u deze zware rol nu al te gaan zingen?
“Iedereen die ik het vertelde, trok hetzelfde gezicht – zo van: ‘oef…’ – en wenste me succes. Maar ik ben een soort verslaafd aan dit soort gecompliceerde, extreme personages. En ik word ook altijd gevraagd voor dit soort lady’s. Bovendien: dit soort rollen krijg je niet elke dag aangeboden, en als je als jonge zanger dan het vertrouwen krijgt dat je het ook echt kan…

Ik zou het trouwens niet gedaan hebben als ik hiervoor niet een paar andere flinke rollen had gezongen, zoals Butterfly en Elvira. Je moet weten dat je zo’n lange rol aankunt, al blijft het natuurlijk altijd een risico.”

Wat is het uitdagendste van deze rol?
“De rol is onophoudelijk dramatisch, maar met een wijd spectrum aan emoties. Het gaat van zacht, manipulerend tot woedend en veeleisend. Die nuances moet je ook aanbrengen in je zang, anders ‘kill’ je jezelf.

De rol is eigenlijk als een marathon van emoties. Extreme emoties. Dat maakt het uitdagend. Je moet proberen een zo krachtig mogelijk karakter neer te zetten, zonder jezelf kapot te zingen. Je moet tot je grenzen gaan.”

Médée beleeft op 23 november zijn voorpremière in Schiedam en gaat op 25 november in première in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag. Daarna volgen er nog vijf voorstellingen. Zie voor meer informatie de website van OPERA2DAY.

Hieronder de trailer van de productie:

Vorig artikel

Opera in de media: week 46

Volgend artikel

Amsterdams Operakoor op kruistocht

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.