AchtergrondBinnenkortFeatured

Kishani Jayasinghe: een parel uit Sri Lanka

Lange tijd liet de Sri Lankaanse sopraan Kishani Jayasinghe de rol van Leïla in De Parelvissers bewust links liggen. “Ik wilde geen cliché zijn.” Nu ze echter overstag is gegaan en de partij aan het repeteren is bij de Nederlandse Reisopera, is ze er helemaal verknocht aan geraakt. “Leïla staat voor mij op dezelfde hoogte als Mimì, Marguerite en Violetta.”

Kishani Jayasinghe: “Ondanks dat ik veel heb om op terug te vallen, hoop ik dat ik nooit meer terug hoef.”
Kishani Jayasinghe: “Ondanks dat ik veel heb om op terug te vallen, hoop ik dat ik nooit meer terug hoef.”

Het is 23 december, kort voor kerst. Kishani Jayasinghe heeft er ruim twee repetitieweken bij de Reisopera in Enschede opzitten. “Ik was hier nog nooit geweest, maar ik voel me nu al een local”, lacht ze.

Die avond vliegt ze naar haar geboorteplaats Colombo in Sri Lanka, waar haar ouders en schoonouders, haar man en haar twee jonge kinderen (3 en 1 jaar) al op haar wachten. Als het goed is, komt ze net op tijd aan om kerstavond mee te vieren, bij een aangenaam temperatuurtje van zo’n 25 graden. Net na de kerst stapt ze weer op het vliegtuig voor een reeks concerten in China. En op 5 januari is ze bij leven en welzijn terug in Enschede.

Dit is het intercontinentale leven van Kishani Jayasinghe. Ze woont in Londen, wortelt in Sri Lanka en heeft ook nog schoonfamilie in Sydney. “Het is moeilijk navigeren”, erkent ze. “Maar dat hoort bij dit vak.”

Belangrijk voor haar is dat haar kinderen altijd op één blijven staan. “Ik wilde altijd al een gezin. Mijn kinderen zijn nu mijn leven. Het zingen pas ik in mijn leven in. Niet andersom.”

Van Sri Lanka naar de Royal Opera

Het had allemaal totaal anders kunnen lopen voor Kishani, zo blijkt wanneer ze spontaan haar levensloop uit de doeken doet, onderbroken door veel hartelijke lachsalvo’s.

Ze groeide op in een klassiek nest, wat voor Sri Lanka – zeker in die tijd – ongewoon was. Haar vader speelde cello, haar moeder piano. Van vaders kant kreeg ze veel symfonische muziek te horen, van moeders kant opera. Haar vrienden hadden geen idee wat dat was, maar zij raakte er van jongs af aan vertrouwd mee.

Een carrière in de muziek was niettemin nooit een serieuze optie. “Ik zat op een academisch ingestelde school. Heel traditioneel. Je werd jurist, arts, ingenieur… Alles draaide om een allround educatie. En dat wilde ik zelf ook. Ik had me altijd voorgenomen om een goede opleiding te doen. Wat er ook gebeurt, dat raak je niet meer kwijt.”

Het recht sprak Kishani aan en dus vertrok ze op haar achttiende naar Nottingham, Engeland, voor een studie rechten. Daar hoorde een muziekdocent haar een keer zingen tijdens een zomerprogramma. Hij raadde haar aan om langs te gaan bij Pamela Cook, een bekende zangdocente die niet ver van de universiteit lesgaf.

Kishani: "Leïla is één van mijn favoriete rollen geworden."
Kishani: “Leïla is één van mijn favoriete rollen geworden.”

Kishani nam het niet al te serieus en was bovendien druk met van alles en nog wat, dus duurde het twee jaar voordat ze zijn advies opvolgde en Cook bezocht. De docente zag veel potentieel in haar stem en nam haar aan als leerling.

“Na een geheel onvoorbereide les had ze wel een flink gesprek met mij. Zingen was een serieuze optie voor me, zei ze, maar dan moest ik het wel echt willen en beseffen dat de discipline in dit vak niet normaal is. Als ik dat niet zag zitten, was dat helemaal niet erg, maar dan zou ik haar tijd en mijn geld niet moeten verspillen. Hoewel ik geschokt was – wilde ik dit wel echt? – was dat gesprek op één of andere manier een katalysator voor mij. Ik had nooit gedacht dat ik goed genoeg was om zangeres te worden, maar zij zette de deur op een kier.”

Daarna ging het hard. Kishani stortte zich op het zingen, terwijl ze ondertussen haar master rechten afrondde. Ze werd aangenomen bij de Royal Academy of Music en kwam daar ook in de operaklas terecht. “Toch bleef ik al die tijd denken: ik zie wel waar het schip strandt. Ik zat er niet met mijn hele hebben en houden in, zoals veel andere jonge zangers. Ik had iets om op terug te vallen.”

Dat veranderde toen ze auditie deed voor het prestigieuze Jette Parker Young Artists Programme van het Royal Opera House. “Ronde na ronde bleef ik erbij, tot ik in de finale stond. Toen dacht ik: dit kan hét moment zijn, hier wil ik echt voor gaan. Er ging van alles mis – ik moest mijn jurk vlak voordat ik op moest nog repareren en in een ruimte naast de auditiezaal was een luid feest aan de gang – maar toch ging het heel goed. Mijn stem deed precies wat ik wilde.”

Kishani werd aangenomen en zong niet lang daarna haar eerste rollen bij het Royal Opera House. Inmiddels heeft ze een fors aantal rollen op bekende podia achter haar naam staan. En ze geniet met volle teugen. “Ondanks dat ik veel heb om op terug te vallen, hoop ik dat ik nooit meer terug hoef.”

Zoals Liù en Butterfly

In haar klim naar de top won Kishani verschillende prijzen, waaronder in 2008 een prijs op het Internationaal Vocalisten Concours in Den Bosch. Dat optreden op Nederlandse bodem krijgt nu een vervolg met een tournee van De Parelvissers bij de Nederlandse Reisopera.

Reisopera-intendant Nicolas Mansfield nam de opera van Bizet speciaal voor Kishani op in zijn programmering. Het is dan ook een perfecte match: een sopraan uit Sri Lanka in een exotische opera die zich in Sri Lanka afspeelt. Toch moest Kishani heel wat schroom overwinnen voordat ze ja zei.

Kishani Jayasinghe siert het promotiebeeld van de tournee van Les pêcheurs de perles (foto: Marco Borggreve).
Kishani Jayasinghe siert het promotiebeeld van de tournee van Les pêcheurs de perles (foto: Marco Borggreve).

“Ik heb deze rol ooit eens als student gezongen, in het Engels, maar daarna heb ik hem heel lang niet willen doen. Ik wilde geen cliché zijn”, zegt ze. “Maar op een gegeven moment zei een vriend tegen me: ‘Waarom zou je je ertegen verzetten? Elke sopraan die eruitziet als Liù of Butterfly, benut dat. Waarom zou jij niet hetzelfde doen?’”

“Ik heb nu ook genoeg andere rollen gedaan om deze stap te kunnen zetten zonder een cliché te zijn”, vervolgt Kishani. “En ik moet zeggen: de rol past me als een handschoen. Niet alleen omdat ik Sri Lankaans ben, maar omdat het past bij mijn stem en mijn karakter.”

Leïla kan zich volgens Kishani meten met de grote heldinnen uit het operarepertoire. “Ze is een sterke vrouw, maar tegelijk feminiem. ‘Sweet, but not so sweet.’ Haar karakter heeft ook vele facetten. Ze begint met geweldige coloraturen, helder en schitterend, maar eindigt gebroken. En juist in die gebrokenheid laat ze zien wat voor een sterke vrouw ze is.”

De geniale Bizet

In de tijd van Georges Bizet waren verre, exotische culturen erg in trek. Maar de manier waarop die culturen werden afgebeeld in opera’s en andere kunstvormen, was dikwijls nogal karikaturaal en op veel punten bezijden de waarheid. Toch ziet Kishani in sommige elementen van De Parelvissers haar vaderland terug.

“De kern van de opera is een populair, folkloristisch verhaal uit Sri Lanka. Ik ken het al sinds mijn kindertijd en het is bijzonder om dat zo in een opera aan te treffen. En ook het exotische klopt: Sri Lanka is een juweel, waar je alle mogelijke natuurschoonheid kunt vinden, inclusief zee, strand en vissersdorpen.”

Van die couleur locale zal in de enscenering van Timothy Nelson echter niet zo veel te zien zijn, voorspelt Kishani. “Er zijn geen boten, tempels en symbolen, en er is geen zee en strand. Je zult niet het oude Azië zien. De productie is meer conceptioneel. Het gaat om de relatie tussen de drie hoofdpersonen, om het begrijpen van hun karakters. Daar ligt de focus op. Maar dat heeft zijn eigen schoonheid.”

De muziek is bovendien subliem, zodat je het eigenlijk nooit fout kunt doen, meent Kishani. “Het is een magisch stuk. Het heeft rijke ondertonen, maar is tegelijk heel delicaat en fijn. In de ritmes en golvingen hoor je Sri Lanka wel een beetje terug. Het heeft een Aziatisch vleugje. Maar het is uiteindelijk helemaal Bizet. Dankzij zijn genialiteit is Leïla één van mijn favoriete rollen geworden. Ik zou haar ieder jaar wel willen zingen!”

De Parelvissers gaat op 23 januari in première in het Wilminktheater in Enschede, begeleid door het Noord Nederlands Orkest onder Benjamin Levy. Daarna volgt tot en met 28 februari een tournee door het land. Zie voor meer informatie de website van de Nederlandse Reisopera.

Vorig artikel

YouTube-portret: Anna Prohaska

Volgend artikel

Eindejaarspolls nog tot 30 december open

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.