BinnenkortNieuws

Derde Musical meets Opera in De Doelen

Het Rotterdams Philharmonisch Orkest brengt op 10, 11 en 12 november voor de derde keer Musical meets Opera, een concertprogramma waarin opera en musical gemixt worden. Op het affiche onder anderen Karin Strobos, Peter Bording en Aldo di Toro.

Karin Strobos. (© Keke Keukelaar)

Musical meets Opera staat dit jaar in het teken van ‘onverwachte liefde’. Welke musicals en opera op het programma staan, houdt het Rotterdams Philharmonisch Orkest (RPhO) geheim, maar het hint wel naar werken als Carmen, Aida, Beauty and the Beast, Miss Saigon en Phantom of the Opera.

Er is een flinke cast geëngageerd met bekende namen uit de musical- en operawereld. Romy Monteiro, bekend van het tv-programma The Voice en de musical The Bodyguard, vertegenwoordigt het musicalgenre, naast Jim Bakkum, bekend van Grease, en de Engelse musicalster Katie Hall, die in vele bekende musicals een hoofdrol zong.

Voor de operafragmenten zijn eveneens drie zangers aangetrokken. Mezzosopraan Karin Strobos keert na haar optreden in de eerste Musical meets Opera terug bij het RPhO. Naast haar staan tenor Aldo di Toro en bariton Peter Bording, de enige in de cast die zowel opera als musical op zijn cv heeft staan.

Musical meets Opera is driemaal te zien in De Doelen in Rotterdam. Zie voor meer informatie de website van het Rotterdams Philharmonisch Orkest.

Vorig artikel

Festival November Music van start

Volgend artikel

Omroepkoor zingt Schuberts Stabat Mater

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

47Reacties

  1. Maarten-Jan Dongelmans
    2 november 2017 at 15:11

    En wanneer heeft het Rotterdams Philharmonisch (of welk ander orkest dan ook) eens het lef om een avond Operette meets Opera te programmeren? Thema? Bedrogen liefde? Keus genoeg. Fledermaus, Lustige Witwe, Le nozze, Hoffmanns vertellingen etc. etc.

  2. Simon Zoonen
    2 november 2017 at 15:18

    Musical meets opera? Middelmatige commercie meets opera bedoel je. Hoge en lage kunst valt niet te mengen.

  3. P. van Velde
    3 november 2017 at 21:16

    Hoge en lage kunst?
    Gelukkig dachten Leonard Bernstein, George Gershwin, Aaron Copland, Kurt Weill, Mark Adamo, Lauritz Melchior, Cesare Siepi, Ezio Pinza, Brenda Lewis, Julia Migenes, Anna Moffo, Robert Merrill, Peter Hoffmann etc. etc. daar anders over.

  4. Pieter K. de Haan
    3 november 2017 at 22:01

    Geachte mevrouw/heer Van Velde, kunst of commercie?

  5. P. van Velde
    4 november 2017 at 00:18

    @Dhr. de Haan
    Kunst en commercie zijn niet antoniem. Bovendien mag je ervan uitgaan, dat ieder theatraal-muzikaal werk vanuit een commercieel oogpunt wordt gemaakt, of dat nu van de hand van Mozart of van Lloyd Webber komt.
    Dhr. Zoonen dogmatiseert dat hoge en lage kunst niet te mengen zijn. Dat riekt naar een aan purisme inherent snobisme. Feit is, dat de makers en uitvoerders van diezelfde kunstvormen daar anders over denken, al hoeft dat natuurlijk niemand op andere gedachten te brengen. Ook op de bewering dat alles wat musical heet per definitie middelmatig is en iedere opera een kunstwerk valt heel wat af te dingen. Zo mag voor velen West Side Story een meesterwerk zijn terwijl driekwart van Rossini-opera’s als copy/paste broddelwerk afgeserveerd zou kunnen worden.
    Kunst of Vermaak is een al jaren voortkabbelende maar altijd een interessante discussie.
    Wie heeft er gelijk? Who cares! In de kunsten is nochtans geen plaats voor dogmata.
    “Als er maar een enkele waarheid bestond, zou men niet honderd verbeeldingen van hetzelfde thema kunnen schilderen.”

  6. Olivier Keegel
    4 november 2017 at 10:56

    Lijkt me een prima gelegenheid voor de operaliefhebber om eens van een ander repertoire kennis te nemen. Ik weet zelf 0,0 van musicals; ik ben een keer naar Miss Saigon geweest (goed gepikt van Butterfly), en vond het muzikaal stomvervelend. Maar wellicht worden wij verrast!

    Wat ik niet goed begrijp is “Welke musicals en opera’s op het programma staan, houdt het Rotterdams Philharmonisch Orkest (RPhO) geheim.”
    Huh? Of wordt gewoon bedoeld: het programma staat nog niet vast? Anders kan ik deze kleuterbenadering niet goed verklaren.

    @Maarten-Jan Dongelmans: NedPho organiseert in december 3 operetteconcerten.

  7. Maarten-Jan Dongelmans
    4 november 2017 at 12:55

    @Heer Olivier: dank voor de tip!

  8. Maarten-Jan Dongelmans
    4 november 2017 at 12:59

    Ik zie op de site van het Ned. Philharmonisch slechts twee concerten staan. Mooi programma. Een aanrader!

  9. Pieter K. de Haan
    4 november 2017 at 15:47

    Geachte mevrouw/heer Van Velde,

    Met mijn vraag “kunst of commercie?” doelde ik niet op een tegenstelling tussen “hoge en lsge kunst” maar op een aantal van de door u genoemde artiesten, m.n. zangers, uit de wereld van de klassieke muziek, dat uitstapjes heeft gemaakt naar de lichte(re) muze, n.m.m. niet zozeer gedreven door een artistieke behoefte als wel om commerciële redenen.

  10. Caprasse Stefan
    4 november 2017 at 18:47

    Ach, de mate waarin commercie een rol speelt en of iets ‘hogere’ of ‘lagere’ kunst is, het kan alleen maar leiden tot een oeverloze (en zinloze) discussie. Laat elke artiest doen waar hij zin in heeft en elke toeschouwer genieten van waar hij plezier in beleeft, zonder be- en veroordelingen…!
    Overigens ben ik geen musicalliefhebber…

  11. P. van Velde
    4 november 2017 at 20:38

    Geachte heer De Haan,

    Anders dan een hele rits aan zangers die wel eens een album met lichte muziek hebben opgenomen, stonden alle bovengenoemde zangers daadwerkelijk in musicalproducties op Broadway – de meesten zelfs terwijl ze gelijktijdig aan de Met te horen waren.
    Aangezien de gages (ook destijds) aan de operahuizen veel en veel hoger lagen dan bij een musicaltheater, zal het niet (uitsluitend) een commerciële afweging zijn geweest.
    Wellicht is mijn beeld te rooskleurig maar zeker van Siepi, Pinza, Merrill, Moffo en Lewis is bekend, dat ze een uitgesproken affiniteit met de lichtere muze hadden.

  12. Fred
    4 november 2017 at 23:07

    doe daar maar Thomas Hampson, Jerry Hadley, Richard Tucker, Jan Peerce, Te Kanawa, la Deut en zovele anderen bij.
    Raar toch dat sommige opera/zang liefhebbers Showboat e.d. niet kennen….Vreselijk bekrompen mentaliteitje…Denk je nu echt dat Mozart, Verdi etc niet aan de commercie dachten? Dat was hun prioriteit nummer 1

  13. Pieter K. de Haan
    5 november 2017 at 12:31

    Geachte mevrouw/heer Van Velde,

    Dank voor de informatie, die voor mij grotendeels nieuw en dus verhelderend was. Voor de goede orde, ik heb niets tegen musicals als zodanig. Wel heb ik geleidelijk een zekere weerzin opgebouwd tegen de manier waarop daar doorgaans in wordt gezongen.

  14. Stefan Caprasse
    6 november 2017 at 09:24

    Voor één keer ben ik het met Fred eens: mooie muziek is mooie muziek, in alle genres – ook al heb ik, net als iedereen, mijn voorkeuren. En commercie is inderdaad van alle tijden, en daar is trouwens op zich niets mis mee: een mens moet kunnen leven en dat was al altijd zo!

  15. Freek
    6 november 2017 at 20:56

    Wat jammer dat de heer Zoonen niet meer heeft gereageerd op de (correcte) reacties van de heer of mevrouw Van Velde. Ik ben zo benieuwd op basis van welke argumenten musical volgens hem als middelmatige commercie en lage kunst kan worden weggezet en opera als hoge kunst. Dat musical niet zelden spectaculair (Zorro, The lion king, Tarzan, Joseph) of nostalgisch (Was getekend, Ja zuster, nee zuster) escapisme is, wil ik best toegeven. Maar ik durf wel te beweren dat er echt wel koren tussen het kaf te vinden is, zowel inhoudelijk als muziekdramatisch (Les misérables, Company, West Side Story). Dat de zangstijl of de muziek niet ieders voorkeur heeft, staat vanzelfsprekend niet ter discussie (andersom schijnt ook voor te komen: mensen die een sopraan die Wagner zingt of een tenor die Puccini ten beste geeft niet aan kunnen horen), maar dat staat ook los van de vraag of er sprake is van hoge of lage kunst.

    Wellicht speelt hier het publiek – of beter: de beeldvorming rondom het publiek een rol? Opera lijkt dezer dagen vooral (maar niet uitsluitend) voor een elite te zijn, musical is, ondanks de soms hoge toegangsprijzen, makkelijker voor iedereen te genieten. Maakt dat het tot lage kunst? Als dat het geval is, dan was de gemiddelde negentiende-eeuwse opera dat evenzeer. Er waren hele volksstammen die ‘Di tanti palpiti’ uit Rossini’s Tancredi floten. O gruwel.

    Tot slot, en ten overvloede: opera heeft een traditie van ruim vier eeuwen en die traditie heeft echt niet alleen maar hoogtepunten voortgebracht. De musical staat pas in de kinderschoenen. De vertrekpunten voor beide genres zijn ontegenzeggelijk anders, maar dat is wel een heel smalle basis om een compleet genre af te serveren.

    (Niet dat het ertoe doet, maar ik ben een hartstochtelijk liefhebber van opera – Rossini, Verdi, Strauss en op z’n tijd Wagner; ik mag graag zelf in musicals zingen, zoals nog onlangs in Zorro, en ook operette, zoals afgelopen weekend als Major-General in The pirates of Penzance in een productie in Emmeloord. Ik ben geen relativist in hart en nieren, maar ik geloof wel dat elk werk op z’n eigen merites beoordeeld moet worden.)

  16. Maarten-Jan Dongelmans
    6 november 2017 at 22:35

    @Freek: dank voor deze afgewogen en relativerende reactie. De discussie lijkt me hiermee op behoorlijke wijze gesloten.

  17. Stefan Caprasse
    7 november 2017 at 09:29

    Tenslotte toch even opmerken dat de grenzen tussen de genres soms toch eerder vaag zijn. ‘West Side Story’ zou een musical zijn maar kan evenzeer als een moderne opera beschouwd worden, zeker als het door Carreras en Te Kanawa (onder leiding van de componist!) gezongen wordt. Porgy and Bess zullen sommigen ook een musical noemen maar moet, zeker qua stemtypes, toch eerder bij de opera geklasseerd worden. Sommige werken van Offenbach (zoals ‘La Belle Hélène’) kunnen hetzij als komische opera (de tittelrol kan best door een goede operazangeres gezongen worden!), hetzij als operette, hetzij zelfs als musical beschouwd worden. Zelfs Carmen heeft soms iets van een musical (en dat bedoel ik absoluut niet denigrerend!). Zo beschouwd heeft indeling in genres (en zeker spreken over ‘hoge’ of ‘lage’ kunst toch wel iets kunstmatigs, niet? Genres lopen in elkaar over…

  18. Maarten-Jan Dongelmans
    7 november 2017 at 12:40

    @Stefan: even als losse opmerking: frappant dat je in dit verband Carreras en Te Kanawa noemt. Eerstgenoemde is het schoolvoorbeeld van een klassieke ster die zich in musicalland, althans in The West Side Story, totaal ongelukkig voelde. De DVD van de oefensessie van het nummer Maria spreekt hier boekdelen: ontluisterend voor José, frustrerend voor Lenny.

  19. Rudolph Duppen
    7 november 2017 at 13:28

    @Maarten-Jan:Bernstein wilde Alberto Remedios maar kreeg Carreras. Bernstein had Remedios gehoord als Siegfried in de beroemde Ring o.l.v Reginald Goodall bij The English National Opera. Naar verluid scheen hij van Carreras nog nooit gehoord te hebben.De oefensessies werden achteraf nog pijnlijker omdat Carreras toen al ernstig ziek moet zijn geweest.

  20. Stefan Caprasse
    7 november 2017 at 14:42

    En toch vond ik (persoonlijk) de interpretatie van Carreras mooi… Te Kanawa, tja, die was ietwat te ‘serieus’ voor Maria…

  21. Maarten-Jan Dongelmans
    7 november 2017 at 18:39

    Bedankt Rudolph voor de info. Dat Carreras tweede keus was, heb ik nooit geweten.

  22. Kersten van den Berg
    7 november 2017 at 21:57

    Lenny zou nog nooit van Carreras gehoord hebben. Grapje toch?

  23. Olivier Keegel
    7 november 2017 at 22:07

    Gelieve het woord “Lenny” te vermijden. Avez-vous guardé les cochons ensemble?

  24. Olivier Keegel
    7 november 2017 at 22:07

    gardé

  25. Stefan Caprasse
    8 november 2017 at 08:56

    @Olivier Keegel: Zoudt U dat laatste eens nader willen uitleggen? (Met excuses voor mijn onbegrip…)

  26. Kersten van den Berg
    8 november 2017 at 09:50

    Le jeu en vaut la chandelle?

  27. Stefan Caprasse
    8 november 2017 at 10:14

    Wo ist nun mein Wissen gegen diess Wirrsel ?
    Wo sind meine Rune gegen diess Räthsel ?

  28. Pieter K. de Haan
    8 november 2017 at 11:29

    De gedachtewisseling wordt er niet duidelijker op, als ik zo vrij mag zijn dat op te merken.

  29. Stefan Caprasse
    8 november 2017 at 12:10

    Wann also wird die Decke schwinden ?

  30. Fred
    8 november 2017 at 21:59

    jeezesmiena nog aan toe, Carreras was idd tweede keus maar uiteraard niet voor Remedios (hoe komen ze d’r op) maar wel voor Neil Shicoff die er tot nu spijt van heeft.
    Del Monaco was de eerste klassieke geschoolde tenor die ’tonight’ opnam in die legendarische ‘song for you’ lp onder Mantovani. Hij had beter niet in het Engels gezongen net zoals Carreras, later nam Tucker het nummer ook op en velen volgden

  31. Rudolph Duppen
    9 november 2017 at 10:00

    Leonard Bernstein is said to have wanted him (Alberto Remedios) to sing Tony in the 1985 recording of West Side Story, but when he told the record company to “get the tenor with the Spanish name” they hired José Carreras.

    (bron:Obituary Alberto Remedios. The Daily Telegraph 14-06-2016)

  32. Stefan Caprasse
    9 november 2017 at 13:13

    In een uitgebreide rubriek (te vinden op google) ‘impossible discs’, die een hele reeks bezettingswijzigingen van gekende opnames opsommen -alsook een aantal opnames die wel voorzien waren maar nooit gerealiseerd zijn, boeiend!- wordt gesteld dat José Carreras uiteindelijk Tony zong, nadat zowel Neil Shicoff als Francisco Araiza onbeschikbaar bleken. Ook Jessye Norman zou oorspronkelijk voorzien zijn in die opnames. Over Alberto Remedios wordt niets gezegd, maar goed, als dat in The Daily Telegraph stond zal daar ook wel ‘iets’ van waar zijn zeker… al kan ik me moeilijk zulk een Wagnerstem in Tony voorstellen…

  33. Maarten-Jan Dongelmans
    9 november 2017 at 15:40

    @Stefan: het wordt er niet duidelijker op. Ben benieuwd naar de reactie van ‘jeezesmiena’.

  34. Stefan Caprasse
    9 november 2017 at 16:10

    Is dat laatste woord ‘Noord-nederlands’ van boven de Moerdijk ? 🙂

  35. Maarten-Jan Dongelmans
    9 november 2017 at 16:19

    Ik zou het niet weten maar ik dook het op in bovenstaande reactie van 21:59 …

  36. Rudolph Duppen
    9 november 2017 at 18:29

    Alberto Remedios zong ook met Sutherland, Caballé en Pavarotti. Zijn stem was ook uiterst geschikt voor belcanto.

  37. Stefan Caprasse
    9 november 2017 at 18:56

    In dat geval zou het natuurlijk gekunnen hebben. Trouwens zelfs de meest ‘heroïsche’ Wagnerrollen hebben ook hun lyrische momenten ( bv Winterstürme van Siegmund, monoloog bij ‘Waldleben’ van Siegfried)

  38. Jan de Jong
    9 november 2017 at 21:23

    @Stefan Caprasse
    Jezusmina (diverse schrijfwijzen) is een verhaspeling van Jesu Domine. Een tussenwerpsel en bastaardvloek (Noord-Nederlands), een zelfde soort woord als het zuidelijker nondeju.

  39. Caprasse Stefan
    10 november 2017 at 13:16

    Waarvoor dank!

  40. Rudolph Duppen
    10 november 2017 at 13:24

    Die bastaardvloek was wel tegen mij gericht, had ik de indruk.Ik hoop dat die geen nadelige gevolgen voor me heeft.In een opera is een vervloeking meestal fataal.Als U niets meer van mij hoort, heeft het gewerkt.

  41. Caprasse Stefan
    10 november 2017 at 19:11

    Aber wir sollen anrufen gewaltige Namen!

  42. Caprasse Stefan
    10 november 2017 at 19:28

    Nieuws elke vloek is trouwens even doeltreffend in de Opera: Kundry vervloekt Parsifal en desondanks bereikt hij toch weer het Graalgebied!

  43. Caprasse Stefan
    10 november 2017 at 19:31

    NieT elke…

  44. Maarten-Jan Dongelmans
    10 november 2017 at 22:38

    @Rudolph: zie het alstublieft niet als een vloek maar eerder als een gefrustreerd uit- sorry: tussenwerpsel.

  45. Olivier Keegel
    11 november 2017 at 16:36

    Amice Caprasse, ik ben u nog een uitleg verschuldigd. Ik heb een enorme hekel aan het gebruik van het familiaire “Lenny” als men Leonard Bernstein bedoelt. Het suggereert een intimiteit die er niet is. In Frankrijk gebruikt men de frase “A-t-on gardé les cochons ensemble?!” om ongewenste familiariteit aan de kaak te stellen. In het Nederlands zegt men wel, veel minder beeldend: “Heb ik soms bij u in de klas gezeten?”

    Ik heb trouwens gisteren het litigieuze evenement bezocht. Men dient de operaknop even om te zetten (“flexibilieit” is mijn middle name) maar dan was het ook een feestelijke, plezierige en pretentieloze avond. Na de voorstelling kwam ik dirigent Koen Schoots te spreken. Hij bleek in plaats van de ouverture Don Pasquale liever de ouverture La Forza del Destino te hebben gespeeld. Dit meende hij. Mijn reactie leidde tot enige discussie.

  46. Caprasse Stefan
    12 november 2017 at 17:16

    Compar Keegel, dank voor de uitleg. Persoonlijk vind ik het een beetje ver gezocht om een misplaatste intimiteit te zoeken achter ‘familiaire’ benamingen, maar als U dat vind, is het Uw recht dat niet te doen.

  47. Caprasse Stefan
    12 november 2017 at 17:22

    Maar als bv Deborah Voigt zelf haar autobiografie ‘Call me Debbie’ noemt, ach, waarom zouden we dat dan niet doen?