FeaturedOperarecensie

Wereldpremière Orest: waar is het bloed?

Zo bloederig als Orest werd aangekondigd, zo keurig en huiselijk kwam de nieuwe opera van Manfred Trojahn gisteravond bij de wereldpremière voor de dag. Trojahns muziek sprak wel van horror en wraak, maar dat kreeg geen weerklank in de regie van Katie Mitchell. Een wat dubbele voorstelling.

Scène met Rosemary Joshua als Helena en Dietrich Henschel als Orest (foto: Hermann und Clärchen Baus).

Wellicht was het met het oog op de kerstgezelligheid. Of vanuit de gedachte dat een opera in december toch iets huiselijks moet hebben. In elk geval gaf regisseur Katie Mitchell de nieuwe opera van Manfred Trojahn niet het jasje dat je zou verwachten bij een verhaal over een zoon die zijn moeder vermoordt, ook tante maar de hersens inslaat en tantes dochter gijzelt…

Als het ‘doek’ onder het zwijgen van het orkest traag omhoog gaat, kijk je aan tegen een fraai huis (decor van Giles Cadle). Alles zit erop en eraan: ruime woonkamer, chique trappenhuis, slaapkamer, badkamer. Zelfs de kerstboom en dwarrelende sneeuwvlokjes in de achtertuin zijn niet vergeten.

In de slaapkamer is duidelijk bloed vergoten en een groep forensisch onderzoekers probeert te achterhalen hoe. Het lijkt de opmaat tot een thriller-achtig spektakel. Maar helaas. Dat is het niet.

Terwijl de forensisch deskundigen de gehele avond het oog bezig moeten houden, contempleren de zes personages in een statige, weinig dreigende manier over wat hen bezighoudt. En als er dan weer gemoord wordt, gebeurt dat op zo’n knullige wijze (met een boortje) dat het geen verschrikking maar gelach losmaakt in de zaal. Het ‘moment suprême’ zo om zeep helpen getuigt niet bepaald van sterk regiewerk.

De muziek van Trojahn schildert je ondertussen een heel ander tafereel voor ogen. Zijn noten spreken wel van horror, van bloederige gedachten en wraakzuchtige verlangens. Zijn partituur staat voortdurend onder hoogspanning en hij omkleedt met grillige sferen en effecten de zich afspelende tragedie. Erg sterk vind ik bijvoorbeeld de opnames van lugubere violen en stemmen die vanaf verschillende plekken in de zaal worden afgespeeld. Het creëert een mysterieuze, benauwde sfeer.

De Duitse componist betitelde zijn werk als ‘Musiktheater in sechs Szenen’. Bij het zien van de wereldpremière kreeg ik het idee dat de ‘Musik’ niet volledig tot zijn recht kon komen door het zwakke aandeel ‘Theater’. Jammer.

Orest en Elektra (foto: Hermann und Clärchen Baus).

De Nederlandse Opera heeft wel een uitmuntende cast opgesteld. Dietrich Henschel zingt met zijn prachtige bariton een intense Orest. Zijn personage wordt door waanbeelden verscheurd en dat laat Henschel bewonderenswaardig horen.

Sarah Castle drukt krachtig de hardheid en woede van Elektra uit. Haar mezzo vlamt door de zaal, zowel in de laagte als met enkele spetterende uithalen in de hoogte.

Rosemary Joshua (Helena) en Romy Petrick (Hermione) vormen een uitstekend moeder-dochterpaar. Beiden zingen stratosferisch hoog. Moeder iets rijper dan dochter, maar beide loepzuiver en puur van klank.

Ook de tenoren Finnur Bjarnason (Apollo/Dionysos) en Johannes Chum (Menelaos) hebben hoge partijen, waar ze zich knap doorheen werken. Bjarnason luid en opgewonden, Chum iets bedachtzamer.

Marc Albrecht geeft sterk leiding aan het Nederlands Philharmonisch Orkest. In sommige passages had het orkest wat mij betreft de volumeknop nog wel wat meer open mogen draaien, maar qua sfeer en effecten geven de musici een overtuigende interpretatie.

Orest is tot en met 28 december nog zeven keer te zien in Het Muziektheater in Amsterdam. Zie voor meer informatie de website van De Nederlandse Opera.

Vorig artikel

Opera in de media: week 50

Volgend artikel

Levine stopt met dirigeren tot 2013

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

7Reacties

  1. Peter Franken
    10 december 2011 at 10:55

    Mooie samenvatting, geheel mee eens.
    Probleem met de Oresteia vind ik dat er verschillende versies zijn, die van Aeschylos en die van Euripides. De trilogie van Aeschylos begint met de terugkeer van Agamemnon. Dit is uitgangspunt voor het libretto van de opera Cassandra van Gnecchi. Het tweede deel behandelt de stof die we terugzien in Elektra van Strauss. In de opera Orest wordt echter niet het derde deel van de trilogie van Aeschylos als uitgangspunt genomen, maar het stuk van Euripides. Die tragedie wordt redelijk nauwkeurig gevolgd, met een belangrijke uitzondering. Bij Trojahn staat Apollo bij voortduring op het toneel, Orest spreekt met hem, hij vraagt hem op hulp en raad. Dat maakt het onmogelijk om Apollo later als deus ex machina te laten verschijnen om de zaak een happy ending (sort of) te geven. Vandaar dat Trojahn ervoor kiest om Apollo zich te laten veranderen in Dyonisus. Deze probeert Orest een uitweg te bieden waar hij niet op ingaat. “Hij probeert de gekwelde moedermoordenaar te wijzen op nieuwe doelen. Hij lokt hem met roem”.
    In de opera is mij dit volledig ontgaan. De verandering van personage (Apollo wordt tijdelijk Dionysus)wordt niet zichtbaar gemaakt. Orest krijgt een klein object aangeboden waarvan ik niet kon uitmaken wat het voorstelde. Snel daarna wordt er ineens weer volgens de tekst van Euripides een eind aan het geheel gebreid. De opera is afgelopen zonder dat ik dat feitenlijk in de gaten had. Met mij een groot deel van het publiek, vrees ik. Het applaus liet nadrukkelijk enige tijd op zich wachten en kwam aarzelend op gang. Je wilt nu eenmaal niet te vroeg klappen!!
    Het stuk van Trojahn verdient een ander slot (te schrijven door een professionele librettist i.p.v. door de componist zelf) en maakt slechts een kans om tot het repertoire door te dringen in een geheel andere enscenering. Men had bijvoorbeeld het toneelbeeld van Willy Deckers Elektra kunnen gebruiken. Gwoon verder gaan op die trap. We zullen zien.

  2. Gerard
    10 december 2011 at 23:46

    Eh allemaal erg onderhoudend en erudiet, maar de muziek? het is tenslotte opera en die kan vaak een mindere tekst in iets groots doen veranderen.. is de muziek iets?

  3. Peter Franken
    11 december 2011 at 10:13

    Gerard, ik ben begonnen met te zeggen dat ik het geheel eens was met Jordi Kooiman. Hij schrijft lovend over de muziek, zowel het stuk zelf als de uitvoering er van. Mijn opmerkingen zijn slechts bedoeld als aanvulling daarop.

  4. Basia Jaworski
    11 december 2011 at 17:20

    @Peter – geweldig stuk! Maakt zo ontzettend veel meteen dudelijk!
    @ Gerard – de muziek was zonder meer goed, maar werd door de regie om zeep geholpen. Hopelijk krijgt de opera nog een tweede kans.

  5. Lieneke Effern
    11 december 2011 at 18:02

    Ik ben in het geheel geen kenner van moderne muziek. De muziek vond ik zeer spannend en ook heel beeldend, meer dan de enscenering in ieder geval. De muziek zou ik zeker vaker willen horen.

  6. martin
    11 december 2011 at 20:37

    Vanmiddag deze productie gezien en door de halflege zaal kon ik mezelf ‘upgraden’ van 8e naar 4e rang. 🙂 Terwijl veel moderne opera’s nogal cerebraal op overkomen, werd ik door deze muziek gelijk bij de kladden gegrepen: spannend en kleurrijk met ook momenten van sublieme schoonheid (het terzet van Elektra, Helena en Hermione!). De regie had wat mij betreft wel bepaalde charmes maar leek domweg niet bij de muziek te passen. Een ‘mismatch’ tussen typisch Duits heftig expressionisme en typisch Brits understatement en ironie. Dat bijvoorbeeld bij al deze gruwelijke gebeurtenissen menig personage nonchalant een sigaret of kopje koffie in de hand had en Hermione zelfs vlak na de moord op haar moeder de kerstballen ging opruimen, maakte op mij een (al dan niet bedoeld) komische indruk.

    Het kerstcadeau dat Orestes kreeg aangeboden was een boek waarin hij waarschijnlijk zijn eigen geschiedenis zal kunnen lezen. Want hij heeft toch eeuwige roem verworven, al wijst hij Apollo’s aanbod af. Diens haast wellustige dans met Helena geeft aan dat hij puur uit eigenbelang handelt en niet als hoeder van het recht. De mens Orestes toont zich met zijn twijfels en schuldgevoelens dus eigenlijk nobeler dan de goden…

    Het meest heb ik genoten van de vocale prestaties want ik vond alle zangers goed op dreef in hun zo te horen moeilijke partijen. Persoonlijk werd ik vooral geraakt door Rosemary Joshua als de Blanche Dubois-achtige Helena: aandoenlijk in haar naïviteit en ijdelheid.

  7. Maria
    18 december 2011 at 17:01

    Vrijdagavond hebben we Orest bijgewoond. Tsja. Bloedstollend was het bepaald niet wat mij betreft. Zo´n oubollige huiskamer is, nogmaals wat mij betreft, de verkeerde setting voor zo´n verhaal. Het wordt allemaal nogal ongeloofwaardig.
    Ik kan mij aansluiten bij meneer Franken: waarom niet gewoon verder gegaan op die trap van Elektra? Dat zou een geweldige zet geweest zijn.
    Desalniettemin, naar de muziek en de zang hebben we zeer geinteresseerd geluisterd. Er zaten drie prachtige stukken in: de drie dames in de slaapkamer, broer en zus bij het bad waar ooit hun vader vermoord werd, en Hermione bij de kerstboom.
    De opera eindigt nogal plotseling, zodat niemand dat eigenlijk door heeft. Dat is hierboven ook al opgemerkt.
    Niet een opera wat je beslist meegemaakt moet hebben, ook weer geen verloren avond, maar lieve mensen van DNO: mogen we volgend jaar rond kerst weer iets leuks?