FeaturedOperarecensie

Michael Volle schittert in nare Matinee

Hoeveel moord, doodslag, demonen, op wraak zinnende goden en furies kan een mens in de drie laatste donkere maanden van het jaar verwerken? Veel, als het aan de programmeurs van De Nederlandse Opera en de ZaterdagMatinee ligt. De Matinee droeg zaterdag Das Gehege en Salome bij aan het programmageweld.

Al vanaf het begin van het seizoen is het moord en doodslag in Amsterdam. Eerst wordt zowat iedereen aan allerlei goden opgeofferd. Dan komt Elektra met haar bijl zwaaien en nu slaat Orest in de nieuwste opera van Manfred Trojahn – met de hulp van zijn zus, dat wel – met de boormachine om zich heen.

Let op, het is geen waardeoordeel! Ik ben gek op Elektra en de productie bij DNO was meer dan prachtig. Ook de muziek van Manfred Trojahn vond ik goed. Helaas werd zijn opera door de in mijn ogen idiote regie om zeep geholpen.

Vroeger konden we nog troost uit de ZaterdagMatinee putten. Maar dit jaar spreekt ook daar de programmering van één en al narigheid – op de schitterend uitgevoerde Gioconda na.

Op zaterdag 10 december mochten we kennis maken met Das Gehege van Wolfgang Rihm, een soort monodrama uit 2005. Gelukkig duurde het maar drie kwartier, want er was geen lol aan te beleven. Ik vond de muziek verschrikkelijk gedateerd – Schönberg heeft dit honderd jaar geleden al in zijn Erwartung gedaan, maar dan duizend keer beter.

Er was een lichtpuntje: Hellen Kwon. Zij zong ‘de vrouw’ die zo gefascineerd wordt door een adelaar, dat zij hem aan het eind vermorzelt. Een moderne versie van Salome, zegt het programmaboekje. Zou wel. Haar vertolking van de hondsmoeilijke partituur was werkelijk adembenemend en daar neem ik mijn pet voor af.

Na de pauze kregen we Salome. Nu hoort u mij niet echt klagen, want Salome behoort tot mijn lievelingsopera’. Maar om mijzelf te citeren: hoeveel moord, doodslag, demonen, op wraak zinnende goden en furies kan een mens in de drie laatste donkere maanden voor het eind van jaar verwerken?

Stephan Rügamer was een prachtige, gloedvolle Narraboth. Met zijn stem maakte hij zijn fascinatie voor Salome meer dan duidelijk.

Susan Bullock was een fatsoenlijke Salome, maar niet meer dan dat. Haar stem miste het Lolita-achtige van een vroegrijp meisje, een meisje dat ook nog eens om hulp smeekt die zij niet krijgt. Natuurlijk niet, want alle hulpverleners hebben alleen de mond vol met woorden. Werkelijk helpen doen zij niet.

Net zo min als dirigenten die zo van zichzelf en van hun eigen geluid houden dat ze niet eens meer aan de zangers denken. Ziehier meteen mijn kritiek op Edo de Waart. Het orkest speelde zonder meer prachtig, maar zo waanzinnig hard dat de plafonds van het Concertgebouw er zelfs van trilden. Kom er als zanger maar eens bovenuit!

Toch lukte het Michael Volle (Jochanaan) wonderwel goed. Wat een persoonlijkheid, wat een geluid en wat een voordracht. Daar word je inderdaad verliefd op.

Ook Roman Sadnik (Herodes) was buitengewoon goed. Ook van hem kon ik mijn ogen (en oren!) niet afhouden.

Maar nu is het genoeg. Laat de operaheldinnen maar lekker sterven, hoort erbij, maar mag het, alsjeblieft, tbc zijn? Ik snak naar La bohèrme! En waar blijft het vergeten belcanto?

Het zit er helaas niet meer in. Het is over. Snik.

Vorig artikel

Youtube-portret: Patricia Petibon

Volgend artikel

Faust sluit biosjaar meesterlijk af

De auteur

Basia Jaworski

Basia Jaworski

4Reacties

  1. Lieneke Effern
    12 december 2011 at 15:58

    Basia, Ik ben er jaloers op hoe jij dingen onder woorden kunt brengen. Ik kan het nl. niet, maar ik heb wel precies gevoeld wat jij hebt opgeschreven en sluit me graag bij jouw woorden aan!

  2. Thea Derks
    12 december 2011 at 17:45

    Beste Basia,

    Dank weer voor je ingeleefde beschrijvnig. Ik was er niet bij, maar heb nu toch een goed beeld van wat ik (niet) gemist heb!

  3. Laura
    12 december 2011 at 22:57

    Ik heb ook inmiddels wel weer behoefte aan iets anders… en zeker in deze donkere decemberdagen begint dat heel erg duister-moordlustige wel erg zwaar te worden.

    Om toch eens aan het dromen te slaan en de roep om o.a. meer belcanto na te volgen, mijn persoonlijke droomlijstje voor de toekomst bij DNO en/of de zaterdagmatinee:

    – Donizetti’s Engelse koninginnenopera’s: Anna Bolena, Maria Stuarda, Roberto Devereux – kom maar op!
    – Bellini’s Sonnambula, Capuleti e Montecchi etc. etc.
    – Gounods Faust. Zeker na de heerlijke versie in the Met voel ik de behoefte aan een lokale Faust.
    – Massenets Manon en Werther. Antonio Pappano is er een voorvechter van, Het Opernhaus des Jahres (Brussel) programmeert Cendrillon – m.a.w. Massenet is geen vies woord meer – laat maar komen!
    – Meyerbeer! Na La Juive en Les vêpres kan een grand opéra van dé man van de grand opéras toch niet ontbreken!
    – Verdi en Rossini gaan er ook allebei in, maar die komen gelukkig na de jaarwisseling spoedig onze kant uit!
    – En na de éclatante successen bij de matinée mogen wat mij betreft Guillaume Tell en La Gioconda het podium van het muziektheater op!

  4. Spen
    13 december 2011 at 12:18

    Ja Laura, dat zijn nog eens opera’s! Als dat soort opera’s worden opgevoerd, ben ik veel vaker in DNO te vinden.