AchtergrondFeatured

Hoofdredactioneel: Arm Nederland

In gesprek met zangdocente Henny Diemer drong gisteren tot mij door hoe slecht het er eigenlijk voorstaat voor jonge zangers in Nederland. Als de bezuinigingsbijl in 2013 zijn gaten heeft geslagen, dreigt de kweekvijver voor operatalent op te drogen. En wie neemt er dan verantwoordelijkheid?

Scène uit L'elisir d'amore, een productie van de Dutch National Opera Academy (foto: Mylene Siegers).

Het is geen geheim dat het voor jong talent lastig is opstapjes te vinden naar een carrière in de operawereld. Nieuw is het ook niet. Er zal nooit een tijd zijn geweest dat je even de Scala of Covent Garden binnenliep en bij het knippen van je vingers een rol kreeg aangeboden. Toch denk ik dat je wel kan stellen dat het hoe langer hoe lastiger wordt. In elk geval in Nederland.

De budgetten van conservatoria zijn door de jaren heen aardig afgeroomd, zodat een conservatoriumdiploma alleen te karig is om je cv mee te vullen. De meeste opleidingsinstituten hebben simpelweg de middelen niet om je op alle aspecten van het operaberoep voor te bereiden.

Amsterdam en Den Haag zijn met hun Dutch National Opera Academy de uitzondering. Maar de academie biedt ook maar plaats aan een beperkt aantal zangers. Bovendien worden die plaatsen grotendeels door internationale studenten ingenomen.

Utrecht had ooit een operaklas, maar die werd wegbezuinigd. De Nationale Reisopera heeft zijn Resident Artists Programme, maar dat dreigt te verdwijnen. Opera Studio Nederland fungeert al ruim twintig jaar als springplank voor talent, maar lijkt in 2013 ook het bokje te zijn. Wat blijft er dan nog over?

Ondertussen is de aanwas van zangers in spe nog steeds vreselijk groot. Te groot. Bezoek een zangconcours en je wordt om de oren geslagen met jonge stemmen, vooral sopranen, allemaal hunkerend naar contracten. Waar gaan die terechtkomen?

Op één punt heeft Staatssecretaris Zijlstra dan ook gelijk: dat grote aantal klassieke muziekstudenten moet omlaag. Willen conservatoria hun verantwoordelijkheid nemen voor jong talent, dan moeten ze allereerst hun ballotages aanzienlijk verscherpen. Leg de lat een paar meter hoger, dan springt alleen talent met echt potentieel binnen. Alle beschikbare middelen kunnen dan ingezet worden om dat echte talent klaar te stomen.

Jammer genoeg slaat Zijlstra vervolgens de plank helemaal mis door de onontbeerlijke vervolgtrajecten ná het conservatorium uit te roeien. Zelfs met een verbeterde conservatoriumopleiding blijven die programma’s hoogstnoodzakelijk om zangers te helpen voet aan de grond te krijgen in de operawereld.

Het is in mijn ogen aan de operagezelschappen om de gaten die de Staatssecretaris in het ontwikkelingsproces van talenten slaat te stoppen. Er zijn plannen voor twee gezamenlijke jong talentproducties van DNO, de Reisopera en Opera Zuid in het komende kunstenplan, maar twee producties in vier jaar tijd lijkt me niet afdoende. Er moet meer gebeuren. Geef talent ruim baan!

Het interview met Henny Diemer is later deze week op Place de l’Opera te lezen.

Vorig artikel

Programma Festival d’Aix-en-Provence 2012

Volgend artikel

Enquête: Place de l'Opera-lezer eet gezond

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

10Reacties

  1. Henrie
    3 april 2012 at 18:42

    Helaas denk ik dat je conlusie juist is 🙁

  2. 3 april 2012 at 20:38

    Dat is precies waarom ik (in eigen beheer, zonder subsidies, dus ook onafhankelijk van Dhr.Zijlstra) met een zeer bescheiden budget, mijn simpele maar doeltreffende producties maak.

    We hebben intussen lopen:
    Die Zauberflöte – Mozart
    Hänsel & Gretel – Humperdinck
    Amahl and the nightvisitors – Menotti

    en binnenkort:
    Les Dialogues des Carmelites – Poulenc

    De deelnemers kunnen aan het eind van de rit de rol als ‘gedaan’ op het CV zetten. Dit is van onschatbare waarde als je het vak in wilt, het eerste wat een agent van je wil weten is “welke rollen heeft U uitgevoerd”?

    (Beter bij Wiebke Göetjes in Tjietjerkstradeel dan niets, denk ik dan maar….)

    Elk jaar komt er een nieuwe productie bij, de oudere producties blijven lopen en nieuwe mensen die de rollen willen leren worden er in geschoven.

    Zo komt in september 2012 de Zauberflöte wel 6x terug.
    De Zauberflöte hebben we intussen al 15x gespeeld,
    Hänsel&Gretel een keer of 10 en Amahl 5x.

    Info: http://www.hojotohozangstudio.nl

    Groet,
    Wiebke Göetjes

  3. 4 april 2012 at 16:38

    Helemaal eens dit keer. Na 10 jaar zwoegen en zweten kreeg Opera Sudio Nederland eindelijk wat meer geld. Om daarna weer stelselmatig gekort te worden en dus volgend jaar feitelijk ten dode opgeschreven te staan. Ondanks het rapport over opera studio’s en hun nut – alweer 22 jaar geleden – en de cijfermatige bewijzen van 20 jaar Opera Studio Nederland (v/h International Opera Center NL). En al ben ik de laatste jaren niet direct betrokken meer, het doet mij echt pijn dat de toekomst voor jonge zangers opnieuw aan de goden overgeleverd wordt. Zoals wijlen Hans de Roo zei : na 10 jaar weten politici die dan aan de macht zijn absoluut niet wat er 10 jaar daarvoor allemaal speelde, laat staan nog langer geleden. Maar ze denken wel te weten hoe het er over 10 jaar uit zal zien. Nou ben ik geen politicus en geen helderziende maar ik vrees nog erger dan nu 20 jaar geleden.

  4. S. Surdèl
    4 april 2012 at 16:52

    Helemaal mee eens. Ons land wordt al sinds de yuppengeneratie van de jaren ’80 in toenemende mate geregeerd door kille bestuurders (mennudjurs in modern Nederlands), die vaak geen enkele affiniteit hebben met de inhoud van de portefeuille waar ze over gaan. Nee, liever scoren ’ten koste van’ met gunstige statistieken bij de superieuren, dát is waar een beetje vent tegenwoordig mee vooruit komt. Terwijl de kwaliteit toch net als altijd staat of valt met voldoende goede leermeesters en vaklui die zich gewaardeerd weten.

  5. Mauricio Fernández
    5 april 2012 at 08:16

    Het probleem zit veel dieper dan alleen de bezuinigingen waar wij allemaal meet te maken hebben.
    Ten eerste, het is nog steeds onbegrijpelijk èn schandalig dat de Nederlandse Opera destijds van de ene dag op de andere besloten heeft om de opera studio af te schaffen. Ieder zichzelf respecterend operagezelschap waar ook ter wereld heeft gewoon de plicht om jong talent een kans te geven en hier speelt nationaliteit geen enkele rol (meer). Het operabedrijf is gelukkig een internationaal gebeuren en je kunt niet zomaar zeggen, wij geven slechts Nederlandse zangers de kans, dit is heel dom en kortzichtig. Bovendien, gezien de in veel opzichten provinciale aanpak van de zangeducatie aan de Nederlandse coservatoria is het alleen goed als nationale zangers zich kunnen meten met hun buitenlandse collegae, anders verzanden ze in het koffieconcertcircuit.
    Een verandering van mentaliteit aan de muzikale instituten, de zangdocenten (er zijn uiteraard eervolle uitzonderingen!)en een verhoging van de eisen aan docenten èn studenten kan alleen bereikt worden als men in Nederland nu eindelijk ophoudt met navelstaren!
    Dat hiervoor geld nodig is zal niemand tegenspreken, maar zou het niet beter zijn als de krachten gebundeld worden, een strengere selectie plaatsvindt en de mentaliteit iha opener wordt? Dan maak je een vuist tegen alle minkukels in de politiek die hun gang denken te gaan, juist vanwege het gebrek aan eensgezindheid!

  6. 5 april 2012 at 09:16

    Ik ben het eens met Jordi Kooiman dat de overheid en de Nederlandse Opera geen behoorlijk beleid hebben voor jonge Nederlandse zangers. Maar het commentaar van Mauricio Fernandez is ook helemaal juist: als we de zangopleiding op 9 van de 12 conservatoria afschaffen en vervolgens hogere eisen gaan stellen aan de overblijvende opleidingen bereiken we 2 zaken: minder maar beter opgeleide zangers en er blijft meer dan voldoende geld over voor een behoorlijke, internationaal georiënteerde Opera Studio. Die instelling moet natuurlijk worden gesteund en nauw samenwerken met de Nederlandse Opera. Dat laatste zal echter niet gebeuren, vrees ik. Ondanks veel grote woorden van Pierre Audi, heeft de Nederlandse Opera geen poot uitgestoken om de huidige Opera Studio Nederland te redden. Met een budget van meer dan 30 miljoen was dat voor DNO geen enkel probeelm geweest, maar dat moet je dan wel willen.
    De enige Nederlandse Opera-instelling die consequent heeft gewerkt voor jonge Nederlandse zangers is natuurlijk Opera Zuid, waar al jaren jonge Nederlanders op het toneel worden gezet. Dat staat niet in het artikel van Kooiman en dat is jammer, want Miranda van Kralingen verdient een compliment voor haar succesvolle beleid. Dankzij Opera Zuid kon onder meer Karin Strobos doorbreken. De ideale combinatie voor Nederland: 3 behoorlijke opleidingen – vervolgens gaan de beste zangers naar de Opera Studio, daarna Opera Zuid en/of Reisopera. Daarna debuut op het Waterlooplein en bij de NPS Matinee in het Concertgebouw te Amsterdam. Dat is precies wat gebeurd is met Karin Strobos en dat werkt…..
    Mijn slotconclusie: er is meer dan voldoende geld beschikbaar voor jonge zangers alleen wordt het verkeerd verdeeld. De Nederlandse Opera onder Hans de Roo had een veel beperkter budget dan DNO nu, maar desondanks was er geld voor een behoorllijke Opera Studio. Een kwestie van prioriteiten stellen. Dat geldt ook voor de inrichting van de conservatoria, er wordt ongelooflijk veel geld weggegooid met het opleiden van zangers die – helaas – veel te weinig talent of doorzettingsvermogen hebben. Maar ook dat zal niet veranderen, de vakbonden zullen een echte herstructurering met alle middelen verhinderen en de huidige staatssecretaris van Cultuur is zo geschrokken van de reacties op zijn botte blijk beleid, dat hij voorlopig geen zin heeft om een nieuwe strijd aan te gaan. En dus moeten de werkelijk getalenteerde jonge Nederlandse zangers naar het buitenland om hun opleiding te voltooien. Ik zal ze daar graag bij helpen en heb na mijn vertrek bij de Studio daarvoor een nieuw instituut op poten gezet, de Orfeo Foundation. Die naam is gekozen als herinnering aan de jubileumproductie van Opera Studio Nederland in 2010 die ook door Jordi Kooiman werd beschouwd als een schoolvoorbeeld voor het presenteren van jong talent. Die productie werd geregisseerd door ….. Pierre Audi en daarvoor wilde hij niet betaald worden. Daarom is het huidige beleid van de Nederlandse Opera zo merkwaardig. ….

  7. Ria
    5 april 2012 at 10:28

    Een compliment voor de heldere visie van Hans Nieuwenhuis!
    Ik bezocht jarenlang optredens bij de Opera Studio Nederland en ga nog steeds met plezier naar Opera Zuid waarbij jong talent, w.o. Karin, de kans krijgt om te groeien.
    Ik wens Hans graag succes met zijn nieuwe instituut!

  8. Mauricio Fernández
    5 april 2012 at 10:29

    Orpheus ging door de hel maar zag uiteindelijk het licht, wèl moest hij iets heel dierbaars achterlaten. Veel sukes met je nieuwe onderneming Hans!

  9. Steven SURDÈL
    5 april 2012 at 11:05

    Orpheus? Pas maar op Mauricio: vóór je het weet wordt deze site als elitair weggezet.
    Overigens lijkt de bovenstaande discussie sterk op die in het hoger onderwijs: ook daar wensten bijna alle universiteiten jarenlang zoveel mogelijk studies tegelijk aan te bieden, terwijl er nu kris kras hele opleidingen worden geschrapt (of onherkenbaar herbenoemd) die bij een betere samenwerking voor ons land behouden hadden kunnen blijven.

  10. J. v.d. Bee
    5 april 2012 at 20:19

    Ik heb met interesse de bijdragen van (bijna) iedereen gelezen. Mijn waardering voor het feit dat ondernemende geesten als de heer Nieuwenhuis en mevrouw Göetjes kans zien om dit soort initiatieven op te zetten. Ik hoop dat er voldoende belangstelling en steun is om dit soort initiatieven (financieel) te laten overleven.

    Het is spijtig dat bij DNO er niet zoiets bestaat als het Jette Parker Young Artists Programme van de Royal Opera. Dit programma geeft jonge zangers de kans om zich verder te ontwikkelen door een trainingsprogramma en een ondersteuning in de zin van engagementen met gages. Een sopraan die deelnam aan het programma vertelde mij met zeer veel enthousiasme over de kansen en steun die het programma bood. Zij heeft vanuit dit programma een aantal kansen gehad zich te presenteren die haar uiteindelijk hebben gebracht naar grotere rollen in vooraanstaande operahuizen. Waarom heeft DNO niet zo een programma? Ik vermoed dat het ontwikkelen van (Nederlands) talent een lage prioriteit heeft bij DNO.

    Als DNO zo een programma had gehad en dit ook een schenkingsdoel was in het kader van de nieuwe geefwet worden was ik graag bereid geweest een gift aan DNO te doen. Nu vond ik de doelen van DNO niet in mijn beleving vallen om aan te schenken omdat zij op geen enkele wijze iets concreets voor de toekomst wilde neerzetten.

    Ik voel mij als potentieel schenker weinig geroepen om de exploitatie tekorten van DNO – waarvan ik van mening dat deze mede door het (artistieke) beleid van DNO worden veroorzaakt – te dichten. Mijn gift zal daarom naar het concertgebouw gaan om een aandeel in de emissie te kopen. Hier zie ik een veel betere bestemming omdat dit project op het investeren in de toekomst gericht.

    Ik hoop dat initiatieven zoals bijvoorbeeld dat van de heer Nieuwenhuizen maar ook opera Zuid kunnen profiteren van de mogelijkheden die de Geefwet bied om fondsen te verwerven. Ik denk dat de boodschap van het ontwikkelen van talent kan aanslaan mits juist gebracht.