AchtergrondFeatured

Tuschinski: 2e operahuis van Nederland?

De benaming ’tweede operahuis van het land’ is natuurlijk vergezocht, maar er zit zeker iets in. Niet zozeer door het aanbod van Tuschinksi – er zijn veel meer bioscopen in Nederland die rechtstreeks opera’s uitzenden – maar vooral ook door de entourage en de sfeer. Die maken dat je je inderdaad in een echt operahuis met allure waant.

De foyer van Tuschinski.

Ik twijfel er niet aan dat u allemaal weet wie Abraham Tuschinski (Brzeziny, Polen, 14 mei 1886 – Auschwitz, 17 september 1942) was. De door hem opgerichte en naar hem genoemde bioscoop is één van de mooiste bioscopen ter wereld, zo niet de mooiste.

De bioscoop is in art deco gebouwd, maar de Amsterdamse School en de Jugendstil doen er ook aan mee. Het geheel is een lust voor het oog en ik ken mensen die er alleen naartoe gaan om zich aan die schoonheid te kunnen laven.

In oktober 2009 is Tuschinski met live-opera-uitzendingen vanuit de Metropolitan Opera uit New York begonnen en ze doen het geheel in stijl. Er wordt een rode loper uitgerold, je kaartjes worden door twee in rode livrei gestoken mannen gecontroleerd en de champagne staat klaar.

Ze hebben ook hun eigen ‘Uitzending gemist’: op zondagochtenden kan je terecht bij Encore, waar je de door jou gemiste opera alsnog kan zien. Of terugzien, wat ook vaak gebeurt.

Tijdens de uitzending van Francesca da Rimini afgelopen zaterdag reageerden enkele betrokkenen:

Leon Spee, service manager van Tuschinski:
“Nee, ik ben geen ‘opera-avondenspecialist’, ik doe meer dan opera alleen. Of ik ooit een opera heb gezien? Nou… nee… eigenlijk nooit. Tijdens de uitzendingen ben ik aan het werk, ik moet er echt voor zorgen dat alles soepel en goed verloopt en dat iedereen tevreden is. Maar ik hoop wel dat het er ooit van komt.

De opera-avonden lopen waanzinnig goed. Zodra de ticketverkoop van start gaat, staan er al om vijf, zes uur ’s ochtends rijen voor de bioscoop. Gewapend met matrassen, stoelen, koffiekannen wachten ze de opening van de kassa’s geduldig af.

Leon Spee: "Iedereen wordt verwelkomd met een glas prosecco."

Het aantal operabezoekers per avond is enorm. Normaal hebben we ongeveer 770 toeschouwers in de grote zaal. Vanavond verwachten wij tussen de 400 en 450 gasten. De aankleding vinden we heel erg belangrijk, vandaar ook dat we er veel aandacht aan besteden. Iedereen wordt verwelkomd met een glas prosecco en in de pauzes serveren we wijn en frisdranken.

De Encore wordt nog beter bezocht dan de rechtstreekse uitzendingen. Het is natuurlijk veel goedkoper, maar je krijgt niet de allure, wat er toch een beetje bij hoort, denk ik.

Of we ook voorstellingen uit andere operahuizen gaan uitzenden? Daar is best veel vraag naar, dus we zijn in onderhandeling, maar het antwoord moet ik u nog schuldig blijven. In ieder geval nog niet het volgende seizoen.”

Bo van der Meulen, een in Londen wonende operakenner en producent, verzorgt al jaren de inleidingen:
“Een inleiding op het toneel duurt een klein half uurtje en ik probeer het zo toegankelijk mogelijk te doen. Ik bereid mij best lang voor. In de meeste gevallen ken ik de opera’s goed, dus naar de gewone achtergronden hoef ik geen onderzoek te doen. Ik probeer in rare archieven te duiken om met verrassende weetjes te komen.

Bo van der Meulen: "Mijn rol is ook een beetje die van gastheer namens Tuschinski geworden."

De eerste jaren vertelde ik ook nog de hele inhoud van de opera, maar ik beperk me nu meestal tot de ontstaansgeschiedenis en de achtergronden. Meestal vermeld ik ook wel Nederlandse zangers die rollen in de betreffende opera’s gezongen hebben en welke cd- of dvd-opnames aan te bevelen zijn. Ik probeer ook altijd wat anekdotes en oude artikelen of recensies op te sporen.

Soms bekijk ik de opera’s eerder al in New York, zeker als het om een nieuw werk gaat, zoals The Enchanted Island. Verder plaats ik informatie op de Facebook-pagina van Opera Tuschinski en is mijn rol ook een beetje die van gastheer namens Tuschinski geworden. Dus ik sta na afloop ook iedereen een goede avond te wensen.”

Facebook

Opera Tuschinski is inmiddels een begrip geworden op Facebook. De oprichtsters van de pagina zijn Lieneke Effern en Monique ten Boske. De groep telt momenteel 85 leden. Je kunt je zelf aanmelden, maar één van de beheerders moet wel goedkeuring verlenen, met het oog op spammers.

Lieneke Effern:
“Eerlijk gezegd weet ik niet precies hoe lang de Facebook-pagina Opera Tuschinski bestaat. Een jaar of twee, denk ik. De oprichting heeft veel te maken met de unieke locatie waar wij de opera’s zien. Het idee van de pagina komt van Monique en ik probeer de info te verzorgen. Het leek ons leuk om mensen via de pagina met elkaar in contact te brengen, maar vooral om informatie te delen over de uitvoeringen. Mensen kunnen er ook kaartjes proberen te verkopen of te ruilen.”

Monique ten Boske:
“Ik ga graag naar de opera, live bij voorkeur, maar de uitzendingen in Tuschinski zijn wel het op één na de beste; het is een bijna-live-ervaring! Geweldige zangers en dito uitvoeringen, interviews en natuurlijk de close-ups. En dat in een zaal met een super sfeer en gezellige mensen.

Als ik op vakantie ben, ga ik daar ook naar de uitzending, wetende dat mijn moeder in Groningen en mijn operavrienden in Amsterdam op dat moment naar dezelfde voorstelling zitten te kijken. Het komt regelmatig voor dat we om één uur s’ nachts nog even bellen, want het gevoel bij een bioscoopuitzending is soms net zo heftig als die bij een live-opera.”

Francesca da Rimini

Zaterdag werd één van mijn geliefde opera’s, Francesca da Rimini van Zandonai, uitgezonden. Het einde van de eerste akte is een lang uitgesponnen liefdesduet zonder woorden. Op het moment dat de cello’s aanzetten weet je al dat het niet goed komt. En het komt niet goed.

In de prachtige enscenering van Piero Faggioni ontvouwde zich een renaissance-drama van jewelste. De uitvoering was zonder meer uitstekend, maar deed mij de legendarische productie met Scotto en Domingo niet vergeten.

Eva-Maria Westbroeks noten vloeiden in lange lijnen en de schoonheid van haar stem kan niet genoeg geprezen worden, maar ik had er graag iets meer zielenpijn in willen horen.

Marcello Giordani was een adequate Paulo, maar zijn lelijke broers (Marc Delevan als Gianciotto en Robbert Brubacker als Malatestino) hebben het van hem, zeker wat drama betreft, gewonnen.

De volgende uitzending in Tuschinski (en vele andere bioscopen) is Giulio Cesare op zaterdag 27 april.

Vorig artikel

Podcast: Launch van Rheingold op de Rijn

Volgend artikel

Bach Consort speelt Zapp Mattheus

De auteur

Basia Jaworski

Basia Jaworski

2Reacties

  1. a.dekker
    24 maart 2013 at 19:26

    LS,
    graag zou ik meedoen aan Giulio Cesare op zaterdag 27 april.
    Hoe kan ik daarvoor bespreken. (En hoe laat begint het).
    Met vriendelijke groet,

    Arie Dekker
    Overschiestraat 148
    1062 XK Amsterdam
    020-6153364

  2. Antonio
    25 maart 2013 at 10:10

    Beste Arie,
    ga naar de site van Opera in Tuschinski en daar vind je alle informatie:
    http://www.pathe.nl/special/opera