FeaturedOperarecensie

Cosi: deden ze het allemaal maar zo…

Het Orkest van de Achttiende Eeuw houdt Beethoven even in de kast en zette Così fan tutte op de lessenaar. Het ensemble ging een welhaast volmaakte samenwerking aan met een gastdirigent en met een ensemble vol zeer competente solisten. Veel leuker kan het bij Mozart niet worden.

Maestro Ed Spanjaard nam voor deze productie het stokje over van Frans Brüggen (foto: Ronald Knapp).
Maestro Ed Spanjaard nam voor deze productie het stokje over van Frans Brüggen (foto: Ronald Knapp).

De laatste grote Così fan tutte-productie in Nederland dateert alweer van 2006, toen het duo Wieler/Morabito de drie Da Ponte-opera’s van Mozart voor De Nederlandse Opera ensceneerde. Er stonden grote namen in die voorstelling. Luca Pisaroni zong Guglielmo en Daniele de Niese – tegenwoordig in die rol onder de pannen bij de Metropolitan Opera in New York en thuis in Glyndebourne – was Despina.

Uitgerekend op de zondagmiddag dat de tv en enkele bioscopen in Nederland deze voorstelling live zouden uitzenden, ging het mis met het ingenieuze computergestuurde draaipodium en moest de uitzending worden afgelast.

Technische problemen zijn bij de Così die de komende weken door Nederland en België reist niet te verwachten. Decor is er niet en aan attributen reizen enkel vier stoelen, een boek, een medaillon en, inderdaad, twee plaksnorren mee. Er zijn speciale kostuums, maar aanvullend theaterlicht wordt niet ingezet.

Toch is dit een vrijwel volmaakte semiscenische productie. Op de bühne zat een orkest dat met overduidelijk plezier speelde, strak in de klank en vlot in het tempo. Meest opvallend waren Maragaret Urquhart en Robert Franenberg, de contrabassisten aan de linkerkant, waarvan ik vermoed dat ze naast muzikale kwaliteiten ook op hun danstalent zijn aangenomen. Het swingde af en toe flink in die hoek van het podium. En musici die even niets te doen hadden keken glunderend naar de prestaties van hun zingende collega’s voor op het podium.

De vaste plek van Frans Brüggen voor het orkest wordt voor deze tournee ingenomen door Ed Spanjaard. Die lijkt de partituur te hebben bestudeerd met een open blik en met oprechte interesse in hoe de muziek van Mozart klonk toen hij geschreven werd en kan klinken op originele instrumenten in een moderne concertzaal. Hij produceerde een spontane, speelse Mozart, met evenredige aandacht voor de strijkerklank en het authentieke, en dus wat eigenzinnige, koper. De kleine bijdragen van Capella Amsterdam pasten daar goed bij.

Het gebeurt nog wel eens in de operawereld dat stem en vocale kwaliteit wel voor een rol kloppen, maar leeftijd en uitstraling niet. Zo zag ik eens, lang geleden, een Tosca die moeiteloos door kon gaan voor de tweelingzus van Angela Merkel. En over Netrebko, afgelopen weekend in de rol van een 18-jarige, valt ook wel iets te zeggen. Maar de cast van deze Così bestond uit mooie meiden en leuke jongens die, goed aangekleed door ontwerper Ysbrant en vlot geregisseerd door Jeroen Lopes Cardozo, hun rollen in alle opzichten geloofwaardig speelden.

Lenneke Ruiten kreeg ruim de kans haar vocale klasse te etaleren. Kennelijk viel Mozart aan zijn schrijftafel wat meer voor Fiordiligi, want voor haar schreef hij meer en mooiere solonoten. Ruiten zong ze trefzeker in alle registers en maakte indringende miniaturen van haar solo’s voor het publiek, zeker in de aria waar ze spijt krijgt van wat er gebeurde.

Lenneke Ruiten etaleerde haar vocale klasse (foto: Marco Borggreve).
Lenneke Ruiten etaleerde haar vocale klasse (foto: Marco Borggreve).

Mezzo Rosanne van Sandwijk was aanvankelijk een speelse, naïeve Dorabella. Dat meisjesachtige deed ze goed. Maar bij de omslag, als Dorabella wel erg snel geneigd is te vallen voor de charmes van de verklede Guglielmo, liet ze andere kanten zien.

De vrouwenstemmen hadden in mijn oren wat minder last van het marmer van de grote Doelenzaal. Het geluid van de mannen raakte soms wat verstrooid in de stenen muurelementen van het podium. Een draai naar links of rechts deed de projectie al snel verdwijnen.

Tenor Anders Dahlin, die ik tot nu toe vooral als oratoriumzanger kende, kon prima uit de voeten met zijn rol. Zijn stem klonk me soms wat ingehouden in de oren, alsof hij niet alle kracht gebruikte die hij heeft. Uit André Morsch kwam een fraai, donker baritongeluid en ook hij speelde zijn rol, zeker als de verklede soldaat met plaksnor, met merkbaar plezier.

Voortdurend op het podium was David Wilson-Johnson, die de Alfonso met dubbele agenda mooi neerzette. Hij greep in de finale stevig in Despina, die door Ilse Eerens met veel kleur en aanwezigheid werd gezongen.

Het bleef heel lang gezellig, guitig en geestig op het podium. De boog naar het einde, als het complete ensemble werkelijk bloedchagrijnig de zaal inkijkt, werd door regisseur Lopes Cardozo slim gemaakt. De sfeer sloeg om van licht naar getergd, van onschuldig naar diep wantrouwend.

De grote operahuizen in Nederland hebben dit jaar geen Mozart op hun planning staan, maar deze Così biedt redding voor wie zijn portie Mozart toch wil scoren. En tegen langzaam aankomende herfstdepressies of zelfs een gebroken hart lijkt me deze voorstelling een meer dan heilzaam medicijn.

Così fan tutte is nog tot 20 oktober te zien in theaters in Nederland en België. Zie voor meer informatie de website van het Orkest van de Achttiende Eeuw.

Vorig artikel

Regisseur Patrice Chéreau overleden

Volgend artikel

Hannigan betovert in Dutilleux-liederen

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.

3Reacties

  1. 8 oktober 2013 at 15:54

    Een erg goede en correcte recensie, mijn compliment. Ik was er dus ook en heb ervan genoten. Aanbevolen!

  2. Maartje
    8 oktober 2013 at 17:25

    Ik kan niet wachten om het te zien! Het lijkt me een fantastische line up voor een Cosí!!

  3. willem
    10 oktober 2013 at 15:20

    Gisteravond in Muziekgebouw Eindhoven een bloedmooie voorstelling van de Cosi! Prachtig soepel en geacheveerd spelend orkest, prima solisten met Lenneke Ruiten als absolute heldin. Hartverwarmend! Ik kijk uit naar een volgende Mozart van deze buitengewoon intrigerende crew.