AchtergrondFeatured

Cencic zoekt graag naar het onbekende

De nieuwe cd Rokoko is een uitstekend voorbeeld van waar de passie van countertenor Max Emanuel Cencic ligt: zoeken naar het onbekende. “Ik noem het zelf muziekarcheologie. En ik zou het graag meer willen doen in de toekomst.” Een gesprek over counterzang en Johann Adolf Hasse.

Max Emanuel Cencic (foto: Laidig).
Max Emanuel Cencic (foto: Laidig).

Max Emanuel Cencic (1976) staat al sinds hij een klein jochie was in de spotlights. Kapsones heeft hij daar echter niet aan overgehouden. Integendeel, in ons gesprek vanuit zijn woonplaats Wenen lijkt het erop dat zijn (nu al) decennialange carrière hem juist extra nuchter, haast gelaten heeft gemaakt. Hij zegt niet werkelijk ambities te hebben. Hij kijkt in alle rust wat er op zijn pad komt.

Cencic werd geboren in Zagreb, Kroatië. Als kleine jongen zong hij op een Kroatisch tv-kanaal de beroemde aria ‘Der Hölle Rache’ uit Die Zauberflöte (nog steeds te beluisteren op YouTube). Het leverde hem niet alleen nationele bekendheid, maar ook een plaatsje bij de fameuze Wiener Sängerknaben op.

In Wenen bleef de jonge Cencic er uitspringen. Als tiener kreeg hij nooit de baard in de keel, dus zette hij zijn carrière voort als mannelijke sopraan. Op zijn negentiende nam hij echter een sabbatical. “Ik wist niet zeker of ik verder wilde als zanger”, vertelt hij. “Ik had nooit echt het besluit genomen om operazanger te worden. Het had zich simpelweg zo ontwikkeld.”

Na twee jaar en wat extra training in Amerika besloot Cencic toch zijn zangcarrière voort te zetten. “Je kunt niet altijd kiezen wat je wilt. Soms moet je met een compromis leven. Maar ik denk dat ik er het beste heb uitgehaald.”

Cencic kwam terug op het toneel als countertenor, niet als sopraan. “Ik had nog steeds niet echt een ‘voice break’ gehad, maar mijn laagte had zich meer ontwikkeld, zodat ik meer alt- en mezzorollen kon zingen.”

Inmiddels staat Cencic te boek als één van de beste countertenoren van dit moment. Opernwelt roemde zijn stem zelfs als de fraaiste counter van vandaag de dag. Hij staat in alle grote operahuizen en werkt samen met de grootste namen uit de barokwereld. Zijn opnames en optredens hebben hem vele onderscheidingen en prijzen opgeleverd.

Exotisch

Als counter zingt Cencic regelmatig rollen die oorspronkelijk door castraten werden vertolkt. Vindt hij dat beide stemtypes te vergelijken zijn? “Ik denk van wel. Er zijn een paar opnamen van echte castraten, uit het begin van de twintigste eeuw. Het zijn slechte opnamen en de castraten waren al oud, maar je kunt toch horen wat voor stemmen zij hadden.”

“Er zijn een paar counters die stemmen van zo’n fantastische kwaliteit hebben dat ze veel overeenkomsten met hen vertonen”, vervolgt Cencic. “Ik denk dus niet dat het onmogelijk is om als counter een castraat ‘na te doen’. Tegelijk denk ik niet dat je alle castratenrollen per se door counters moet laten zingen. Vrouwen kunnen het ook prima doen.”

Cencic is blij dat zijn stemtype door de jaren heen een respectabeler reputatie heeft gekregen. “Het is nooit leuk om als exotische vogel bekeken te worden. Je wilt beoordeeld worden op het werk dat je doet. Tegenwoordig is een countertenor minder exotisch, meer gerespecteerd.”

Rossini

Cencic bracht vorig jaar bij EMI Classics de cd Venezia uit, waarop hij veel onbekend operawerk uit de gloriedagen van Venetië opnam. Ook op zijn nieuwe cd Rokoko, uitgebracht bij Decca, staat het onbekende centraal. Cencic heeft het hele album aan de lang veronachtzaamde componist Johann Adolf Hasse gewijd.

Max Emanuel Cencic - Rokoko“Het idee begon twee jaar geleden”, zegt hij. “Ik wilde eerst een mix van componisten uit de rococotijd maken, maar ik vond meer en meer muziek van Hasse. Het was prachtig en heel geschikt voor mijn stem.”

Cencic omschrijft de muziek van Hasse als ‘virtuoos’ en ‘veeleisend’. “Het is een mix van barokke en klassieke elementen. Het is haast een vroege Rossini. Zo gebruikt Hasse veel blazers. Die orkestratie is typisch voor latere klassieken. Het geeft de muziek een ander gewicht en dwingt je om je stem anders te projecteren.”

In Hasse vindt de counter ook bewijs voor zijn overtuiging dat barokmuziek niet één stijl is, maar een veelheid aan stijlen omvat. Daardoor raakt hij er ook nooit op uitgekeken. “Barok heeft vele kanten en stromingen. Ieder land en soms zelfs iedere stad had zijn eigen stijl. Ook in Nederland was er een specifieke stijl rond de muziek van Sweelinck. Het is heel interessant om dat te ontdekken.”

Cencic zou graag meer van dat ‘ontdekkingswerk’ willen doen in de toekomst. “Daar ligt wel mijn passie. Ik werk samen met een paar musicologen die in bibliotheken op zoek gaan naar onbekende werken. Soms vind je dan manuscripten die honderd jaar lang verloren gewaand waren en waar niks aan veranderd is. Dat is heel bijzonder.”

Communiceren

Op zijn cd zingt Cencic elf aria’s van Hasse, onderbroken door een concert voor mandoline. Zeven van de aria’s werden nooit eerder opgenomen. Het is een prachtige verzameling, begeleid door Armonia Atenea onder leiding van George Petrou. De muziek is afwisselend en melodisch verbluffend sterk en de zang van Cencic is de overtreffende trap van waar de meeste andere counters tot in staat zijn.

Met Rokoko heeft Cencic beslist nog niet het laatste woord van Hasse gezongen. In juli gaat hij Hasses opera Siroe opnemen, samen met onder andere sopraan Julia Lezhneva. De opname komt in november uit bij Decca. Dan wordt de opera ook enkele malen opgevoerd bij de Opéra Royal de Versailles.

In de zomer heeft Cencic nog meer opnameactiviteiten in de planning staan. Hij staat graag in de studio. “Het is een mooie manier om met de wereld te communiceren. Dan hoef je niet overal heen…”

Ook in Nederland zal Cencic de komende tijd weer te horen zijn. Hij zong eerder bij de NTR ZaterdagMatinee in Vivaldi’s Farnace (2012) en Händels Alessandro (2013) en zal op 10 mei, weer bij de Matinee, de rol van Mandane zingen in Artaserse, een opera van Leonardo Vinci.

Zie voor meer informatie de website van het Concertgebouw en Cencic’ persoonlijke website.

Hieronder de aria ‘La sorte mia tiranna’ uit de opera Siroe, gefilmd tijdens de opnamesessie:

De cd Rokoko is momenteel met korting te verkrijgen bij Klassieke Zaken.

Vorig artikel

Opera per Tutti trekt door het land

Volgend artikel

Opera in de media: week 10

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.