FeaturedOperarecensie

Fascinerende Laika beleeft wereldpremière

De opera Laika beleefde dinsdagavond een voortreffelijke wereldpremière in de Stadsschouwburg Amsterdam. Componist Martijn Padding en librettist P.F. Thomése hebben elkaar helemaal gevonden in dit nieuwe werk. Een absolute aanrader.

Scène uit Laika (foto: Marco Borggreve).
Scène uit Laika (foto: Marco Borggreve).

Laika werd door Martijn Padding gecomponeerd in opdracht van De Nationale Opera, met het Holland Festival als coproducent. Het libretto van deze in het Nederlands gezongen opera werd geschreven door Frans (P.F.) Thomése.

De titel Laika is wat misleidend, want dit legendarische ruimtehondje, dat in 1957 als eerste levende wezen een baantje rond de aarde cirkelde, speelt slechts een bescheiden rol in het werk. Laika gaat eigenlijk over de hedendaagse tv-koning Robbert, presentator van een praatprogramma.

Robbert wordt omringd door nauwelijks kleinere ego’s, zoals de ranzige tv-kok Ricardo en regisseuse Trix Dominatrix. Verder is er een aardige rol voor Leporello, de man die de kijkcijfers bijhoudt. Hij parodieert zijn naamgenoot met een opsomming van deze cijfers: “Maar op vrijdag, ja op vrijdag, op vrijdag is het een miljoen en duizend drie.”

Trix ziet haar relatie met Robbert als een artistiek huwelijk, waar ze graag nog een component aan zou willen toevoegen. Maar niet alleen Trix, ook de grimeuse Grimelda is zwaar verliefd op hem. Haar positie is weliswaar lager dan die van Trix, maar ze heeft het voordeel dat ze te pas en te onpas aan hem mag zitten. Als ze mijmert over haar kansen, steunt het ensemble Asko|Schönberg haar daarin met een pakkende Bossa Nova.

Robbert is ondanks zijn succes ongelukkig en heeft twijfels over zijn leven. Zijn dominerende moeder wrijft dat er nog eens flink in: “Vroeger was hij één met de planeten. In plaats daarvan hangt hij nu de ster uit in een studio waar de werkelijkheid tussen twee reclameblokken past.”

Hij trekt zich terug in een droomwereld, waarin hij contact kan maken met zijn vroegere helden, de eerste kosmonauten. Daar komt Yuri Gagarin in beeld en ook het hondje Laika, dat ‘voor eeuwig’ rond de aarde cirkelt.

Als hij afglijdt als presentator en Ricardo op zijn plek begint te azen, verdwijnt Robbert als het ware in de ruimte om zich met zijn idolen te verenigen. Om dat proces duidelijk te maken, heeft regisseur/vormgever Aernout Mik werkelijk alles uit de kast gehaald, daarin ondersteund door de muziek. Robbert laatste woorden luiden heel toepasselijk: “Duizend zonnen begeleiden onze reis, we hadden ook op blote voeten kunnen gaan.”

Mik is voornamelijk bekend als vormgever van processen die hij zelf omschrijft als het vullen van ruimtes met installaties waarin geënsceneerde filmbeelden zijn opgenomen. Dat concept heeft hij integraal toegepast in Laika, met dien verstande dat er nu live acteurs, zangers en orkestmusici aan zijn toegevoegd.

Het publiek zit in een kring rond de tafel van de talkshowhost, de spelers bewegen zich in de ruimte tussen de tafel en het publiek. Met een rijdend keukenblok ramt Ricardo daar te pas en te onpas tussendoor. Op videoschermen is steeds weer een ander deel van het publiek te zien, waardoor je als toeschouwer deel wordt van de voorstelling.

Na de pauze – als Robberts wereld, maar nog meer die van Trix, uit elkaar valt – worden alle personages verdubbeld. Ze volgen de echte personages op de voet en soms playbacken ze zelfs hun zang mee. Alleen Robberts dubbel verwijdert zich en wordt de rest van de voorstelling veroordeeld tot het uitbeelden van wanhoop en vertwijfeling door middel van (wat geforceerd) stil spel.

Thomése heeft een libretto geschreven waarin de scheiding tussen hoge en lage cultuur is vervaagd. Laika is ‘een volkse opera’ die iedere geoefende tv-kijker moet kunnen aanspreken. Zijn teksten zijn eenvoudig maar pakkend, met hier en daar een prachtige zin als: “Ze kijken in de spiegels van mijn ogen, ik kijk slechts in een donker gat, het dode oog van de camera.”

De muziek van Padding is toegankelijk, nergens overheersend en past goed bij het amusement van de tv-wereld. Zo nu en dan zijn er duidelijke citaten te horen, zoals de eerder genoemde Bossa Nova en een stuk typische jarenzestigjazz in grote bezetting (denk aan ‘Blues and the abstract truth’ van Oliver Nelson).

In een interview verwijst Padding naar Mozart en dan met name naar de manier waarop die in zijn opera’s met ‘brutale’ muziek de energie vasthoudt. En de vergelijking met Mozart houdt daar niet op. In Thomése heeft Padding zijn Da Ponte gevonden. Je krijgt de indruk alsof die twee al jaren samen muziektheater maken, zozeer is hun beider inbreng complementair.

Laika - Marco Borggreve 2
Scène uit Laika (foto: Marco Borggreve).

Robbert werd uitstekend vertolkt door Thomas Oliemans. Padding liet hem naar mijn smaak iets te vaak met falsetstem zingen, maar in het grootste deel van zijn partij was hij de bij het operapubliek inmiddels zo vertrouwde bariton.

Mattijs van de Woerd was een kostelijke Leporello, die letterlijk de hele tijd achter de kont van Trix aanliep met zijn kijkcijfers. Claron McFadden als Trix en Marieke Steenhoek als Grimelda gaven met prachtige zang en uitstekend spel gestalte aan de twee rivaliserende vrouwen.

De dominerende moeder kwam voor rekening van Helena Rasker. Haar vertolking deed me herinneren aan de film Psycho, mede door de aanwezigheid van haar gebalsemde overleden echtgenoot in huis. Onmiskenbaar een hoogtepunt binnen de voorstelling.

Marcel Beekman was een perfecte, ranzige tv-kok, die aasde op Robberts baan. Na zijn wel erg minimale inbreng in De speler was het goed deze uitstekende tenor weer eens in een volwassen rol aan het werk te zien. Later deze maand zal Beekman overigens nog te horen zijn in Oidípous van Calliope Tsoupaki, ook een Holland Festival-productie.

Yuri Gagarin kreeg gestalte in de persoon van Dennis Wilgenhof. Hij kreeg weinig bewegingsruimte van de regie en moest het van zijn vocale inbreng hebben. Die was op zich goed, hoewel ik ook bij hem wat moeite had met de kopstempassages die hij te zingen had.

Het meisje van Vocaal Talent Nederland dat deze avond Laika zong, Leonie Meijer, had haar zenuwen goed in bedwang en vertolkte haar partij met verve.

Asko|Schönberg stond onder de leiding van Etienne Siebens, een grote naam in de hedendaagse muziek. Orkest en dirigent wisten hun reputatie geheel waar te maken.

Een groot compliment ten slotte voor de technische staf, die deze zeer complexe productie tot een vlekkeloze uitvoering hielp maken.

Laika is nog tot en met 8 juni te zien. Zie voor meer informatie de website van De Nationale Opera.

Vorig artikel

The News: intrigerend multimediaspektakel

Volgend artikel

Twaalfhoven, Benali maken opera rond Syrië

De auteur

Peter Franken

Peter Franken