FeaturedOperarecensie

Don Pasquale tussen de bejaarden

Don Pasquale: een komedie over ouder worden. Dat is in één zin de debuutproductie van Wim Trompert bij de Nationale Reisopera. De regisseur werpt een interessant licht op Donizetti’s ouwe rijkaard, in een voorstelling met een prima cast en een voortreffelijk orkest.

Don Pasquale is een komedie in drie akten van Gaetano Donizetti. In de opera wordt een rijke vrijgezel in het ootje genomen door zijn neefje, diens liefje en de snode Dottor Malatesta. De ‘nieuwe generatie’, zou je kunnen zeggen.

Don Pasquale en Norina (foto: Marco Borggreve).

In zijn eerste productie voor de Nationale Reisopera leidt Wim Trompert echter de aandacht af van die valstrik en richt zich vooral op de levensfase waarin Don Pasquale zich bevindt: de ouderdom.

Don Pasquale woont in een soort luxe serviceflat, aanpalend aan een bejaardentehuis dat gevuld is met een groep geweldig geportretteerde oudjes (het koor van de Reisopera, hulde!).

Gaandeweg de opera zie je de oude man, bij zijn eerste entree nog zo zelfverzekerd en energiek, aftakelen. Zodanig dat het meelijwekkend begint te worden hoe de ‘jeugd’ hem manipuleert.

De insteek geeft het personage van Don Pasquale een diepgang die ongewoon is voor een komische opera als deze. Het is haast ontroerend, zoals de regisseur de ouderdom schildert. Tegelijkertijd houdt Trompert de humor er op vindingrijke manier in. Zo verwerkt hij Donizetti’s muziek regelmatig op komische wijze in het spel op het toneel.

Het enige minpuntje vind ik dat de slotakte, waarin de list van Norina, Ernesto en Malatesta onthuld wordt, aan kracht inboet. Het ‘kruit’ is uit die onthulling gehaald, omdat Pasquale in zijn ouderdom alles toch al niet meer volgen kan. De finale komt daardoor niet over als een climax. Het is eerder een kaars die uitdooft. Toepasselijk gezien Pasquale’s ontwikkeling, maar niet in lijn met Donizetti’s muziek.

Carmelo Corrado Caruso is een uitstekende keus voor de titelrol. Voor mij is hij de beste zanger uit de cast. Hij is zijn partij met gemak meester en geeft met zijn stevige stem overtuigend uitdrukking aan de leeftijd en de achteruitgang van zijn personage. Bovendien acteert hij sterk: humoristisch, onnozel en aan het einde toch ook sympathiek.

Norina en Ernesto (foto: Marco Borggreve).

Quirijn de Lang is een jonge, slimme Dottor Malatesta. Hij trakteert het publiek op volle baritonklanken, jeugdig en uitbundig gebracht. De scènes met hem en Pasquale vind ik muzikaal de hoogtepuntjes van de avond.

Het liefdespaartje Norina en Ernesto is met lichte, jonge stemmen bezet. De Fin Tuomas Katajala is een echte ‘tenore di grazia’: een lichtgewicht tenor met een bijna jongensachtig timbre. Hij typeert Ernesto goed, maar jammer genoeg kan hij het gepolijste klankje dat hij in het middenregister laat horen niet doortrekken naar de hoogte. Daarin vind ik hem toch vrij gespannen en moeizaam overkomen.

Hoogte heeft Zhang Huiyong als Norina daarentegen in ruime mate. Behalve haar boven iedereen uitrijzende topnoten vind ik haar echter nogal mager. Ze heeft uitstraling zat en zingt geen noot verkeerd, maar haar lichte, weinig ondersteunde stem is qua expressie beperkt. Echt sprankelen doet ze mijns inziens niet.

Wie dat wel doet, is het Orkest van het Oosten onder leiding van Jeremy Carnall. Het geeft een lichtvoetige, vrolijke uitvoering van Donizetti’s werk. Heel doorzichtig, zodat je je zonder inspanning de hele avond aan aangename muziek kan laven.

Don Pasquale is tot en met 11 december nog twaalf keer te zien in theaters in het hele land. Zie voor meer informatie de website van de Nationale Reisopera.

Vorig artikel

Legende Shirley Verrett overleden

Volgend artikel

Hilgersum wint Una Voce Particolare 2010

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

1 Reactie

  1. Ben Siebers
    1 december 2010 at 09:28

    Deze hele leuke voorstelling op 30 november in Zwolle gezien. Ik kan mij goed vinden in de recensie van Jordi: prima orkest en uitstekende solisten.
    Deze opera kent niet veel koorzang maar wat er gezongen moest worden was heel goed en daarnaast acteerde het koor geweldig.
    Enige twijfel heb ik over de typering van het liefdespaar: Katajala haalde wel degelijk de hoogte en Huiyong had wat mij betreft niet alleen in haar acteren voldoende expressie maar ook in haar stem. De ster van de voorstelling was inderdaad de bariton Carmelo Corrado Caruso.