Buitenlands nieuwsNieuws

Düsseldorfer Tannhäuser creëert grote rel

Als aandacht het doel van regisseur Burkhard C. Kosminski is, mag hij zich een tevreden man noemen. Wereldwijd wordt er inmiddels geschreven over zijn Tannhäuser, die zaterdag bij de Deutsche Oper am Rhein in Düsseldorf in première ging. Kosminski plaatste Wagners opera in nazi-Duitsland en maakte daarmee een storm van protest los.

Scène uit de omstreden Tannhäuser (foto: Hans Jörg Michel).

Je zou denken dat het Duitse operapubliek het inmiddels allemaal wel gezien heeft. Bloed, geweld, seks, fascisme, executies op het toneel, rauwe massamoorden. Is dat niet al decennialang gangbaar op de operatonelen van onze oosterburen?

Toch is de reactie op Kosminski’s Tannhäuser ongekend woedend. Zodanig zelfs dat het oog van internationale media er inmiddels ook op gevallen is. In plaatsen van Washington tot Israël werd erover gepubliceerd.

Kosminski is een toneelregisseur – intendant van een toneelgezelschap in Mannheim – en maakte met Tannhäuser zijn operadebuut. Hij verplaatste Wagners romantische opera naar de tijd van nazi-Duitsland. Tijdens de ouverture liet hij de nodige figuranten vergassen in glazen gaskamers en aansluitend werd, zonder muzikale begeleiding, een familie uitgekleed, kaalgeschoren en geëxecuteerd. Tannhäuser zelf haalde de trekker over.

In het vervolg van de voorstelling bleef het theaterbloed vloeien, werd Elisabeth verkracht door Wolfram von Eschenbach en kreeg het publiek de nodige Hitlergroeten, hakenkruisen en andere nazisymboliek voorgeschoteld.

Al na dertig minuten klonken de eerste boe’s en andersoortige uitingen van ongenoegen, zo schreef de Duitse pers. Mensen verlieten de theaterzaal, sommigen met slaande deuren. De recensent van RP Online meldde zelfs dat een man naar een arts gebracht moest worden omdat het choquerende spektakel zijn bloeddruk te veel werd. En een Roemeense toeschouwer wiens familie had geleden onder Ceausescu verliet badend van het zweet de zaal.

Na het vallen van het doek kreeg Kosminski, uiteraard, een orkaan van boe’s te horen, inclusief scheldpartijen. En tijdens het premièrefeestje achteraf probeerde een toeschouwer de regisseur te belagen.

In de dagen na de première nam het protest tegen de productie toe. Dat ging van mensen die het theater opbelden om hun kaarten voor de andere voorstellingen van de reeks kwijt te raken tot kritische uitspraken van de Israëlische ambassadeur. Ook de Joodse gemeenschap in Düsseldorf liet van zich horen. Die vond de productie smakeloos en niet legitiem. De voorzitter nam het zelfs op voor Wagner, die, ondanks zijn antisemitische uitlatingen, toch echt niks van doen had met de Holocaust.

De intendant van de Rheinoper, Christopher Meyer, toonde zich in citaten in diverse media geschokt door de reacties op de productie. Tegelijk had hij wel verwacht dat het iets los zou maken. Volgens Meyer is de productie niet gemaakt om een schandaal te creëren, maar wil het de ongelofelijke schuld van die tijd laten zien. “Het bespot de slachtoffers niet, maar rouwt om hen”, zei hij.

Er gaan geruchten dat Meyer de productie van het toneel zal halen, maar de persvoorlichter in Düsseldorf ontkent dat. Vooralsnog blijven de overige vier voorstellingen (12, 19, 30 mei en 2 juni) op de planning staan.

Vorig artikel

Deckers Traviata blijft overtuigen

Volgend artikel

Mezzosopraan Mimi Aarden overleden

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

4Reacties

  1. Olivier Keegel
    8 mei 2013 at 15:44

    IN BLIJDE VERWACHTING VAN BIJLTJESDAG

    Ik heb het al vaker gesignaleerd: ik geloof dat de Regietrash op haar laatste benen loopt. Het operapubliek pikt het niet meer, en dat wordt uiteraard in de hand gewerkt door pathologische gevallen als Kosminski die net als heroïnejunks steeds een stapje verder moeten gaan om te scoren.

    Men komt tot inkeer! Tegenstand wordt nog geboden door fellow travellers als intendant Meyer, die jarenlang voorop hebben gelopen om hun avantgardistische imago veilig te stellen, maar nu paniekerig proberen hun hachje te redden. Om eens helemaal in stijl te blijven: NSB’ers kregen na de oorlog te maken met justitie, degenen die de Konwitschny’s en Kosminski’s van deze wereld vrj spel boden, krijgen te maken met het operapubliek. Het wordt hoog tijd dat degenen die verantwoordelijk zijn voor het op het podium toestaan van bagger als deze Tannhäuser en Konwitschny’s Salome, definitief het veld ruimen. En vervangen worden door intendanten die verre blijven van volstrekt onzinnige uitspraken zoals die van Meyer: “De productie is niet gemaakt om een schandaal te creëren, maar wil de ongelofelijke schuld van die tijd laten zien.” Wat wij nodig hebben zijn intendanten die (als intendant) geen reet geven om “de ongelofelijke schuld” van welke tijd dan ook, maar die gewoon doen waarvoor ze zijn aangesteld: een aardig stukje opera op de planken brengen.

    PS Schiet me ineens te binnen dat Audi beloofd had dat hij in 2013 zou vertrekken. Er is al bijna een half jaar voorbij, ik zou zeggen: komt er nog wat van?

  2. Antonio
    8 mei 2013 at 16:00

    Met meer dan afschuw heb ik kennis genomen van wat er in Dusseldorf is gebeurd.
    Het zou het Operahuis sieren als ze de waanvertoning terug zouden trekken.

  3. kersten
    8 mei 2013 at 16:40

    Waarom nietsvermoedende bezoekers van een romantische opera op zulke
    Fremdkörper tracteren? Ik heb iemand met een concentratiekampverleden gekend die in de bioscoop bij The Longest Day al buiten zinnen raakte.