FeaturedOperarecensie

Operadagen: Ronflonflon met Marthaler

Een vol programma met muziektheater binnen en buiten vormde het begin van Operadagen Rotterdam 2015. De komende tien dagen is er overal in Rotterdam opera, muziektheater en theater met muziek. Place de l’Opera bericht over de hoogtepunten in het programma. Vandaag dag één.

Hoofdrolspelers Tora Augestad en Michael von der Heide in   Fångad av en stormvind (still uit de promovideo).
Hoofdrolspelers Tora Augestad en Michael von der Heide in Fångad av en stormvind (still uit de promovideo).

De tiende editie van Operadagen Rotterdam is gisteren begonnen en daar komt geen Rotterdammer onderuit. Die werd gisteren op straat geconfronteerd met mobiel gezang op de Singing Bicycle voor acht personen en ook op koopavond was er opera. Terwijl het centrum vol liep met mensen die hun vertrouwen in de economie kwamen belijden met hulp van het pasverworven vakantiegeld, klonk er opera in de speciale festivaletalage van de Bijenkorf.

Binnen in de Rotterdamse Schouwburg hield burgemeester Aboutaleb een openingstoespraak over het festivalthema ‘gelijkheid’, die hij al jaren persoonlijk had ervaren tijdens de samenzang op de Koeweide in Crooswijk, een vast onderdeel in het programma. Speciale gast Pierre Audi, directeur van De Nationale Opera, noemde in zijn bijdrage het festival een juweel en sprak uit eigen ervaring toen hij zei dat festivals de beste manier zijn om creatieven samen te brengen. Audi richtte in Londen het Almeida Festival op en was de laatste jaren artistiek directeur van het Holland Festival.

Operadagen-directeur Guy Coolen wordt met het jaar offensiever in zijn stelling dat Operadagen geen traditionele opera brengt, maar uit die wereld citeert, er op varieert en waar mogelijk innoveert. “Toen we begonnen, tien jaar geleden, was er sprake van de wens een eigen operahuis in Rotterdam te vestigen, maar inmiddels maken we met dit festival de stad tot één groot operahuis”, zei hij bij de opening van het festival.

De ultieme relativering van het klassieke opera-aspect was zijn aankondiging dat één van de hoofdrolspelers uit de openingsvoorstelling King Size ooit voor Zwitserland meedeed aan het Eurovisiesongfestival en met twee punten als laatste eindigde in de halve finale met ‘Il pleut de l’or‘.

Theater met muziek

Met King Size, een voorstelling van Christoph Marthaler uit 2013, opende het festival in een tone of voice die goed past bij wat Operagen voor ogen heeft: opera, muziektheater, theater met muziek. Regisseur Marthaler is befaamd om zijn theaterregie en deed daarnaast nogal wat operaproducties in de grote theaters van Europa. Hij regisseerde La traviata en Wozzeck voor de Opéra de Paris en in 2005 opende de Bayreuther Festspiele met zijn enscenering van Wagners Tristan und Isolde.

Ik heb de dvd van die Tristan ooit doorgekeken ter voorbereiding op een interview met Robert Holl, die in die productie König Marke zong, en herinner me vooral de traagheid ervan. Holl had – zo vertelde hij toen – veel plezier in het zingen van Marke, maar kon mogelijk enthousiasme over de regie van de voorstelling heel goed verbergen.

King Size is niet revolutionair of innovatief. Het laat zien dat Marthaler het theater zo in de vingers heeft dat hij van een eenvoudig gegeven – man en vrouw in een hotelkamer – een bijzondere en bij vlagen grappige, gedetailleerde voorstelling kan bouwen. Niet lang, maar door het vrijwel ontbreken van dialoog overal te spelen. En dat gebeurt dan ook, binnenkort in Noorwegen en Italië.

Fångad av en stormvind in oratoriumstijl

Er is vrijwel geen tekst in King Size, maar wel heel veel muziek. Het stel, aanvankelijk hotelpersoneel dat transformeert naar hotelgasten, negeert elkaar communicatief vrijwel volledig. De liefdesvlam lijkt behoorlijk gedoofd maar zingend verhinderen ze dat er gepraat hoeft te worden.

Hij doet een parmantige versie van ‘Tout, tout pour ma chérie’ van Michel Polnareff, zij zingt, liggend onder het bed, een lied van Dowland. En samen staan ze, in klassieke oratoriumstijl, compleet met zwart partituurboek, op het podium in ‘Fångad av en stormvind’, de winnende bijdrage van de Zweedse Carola – jawel, ook al van het songfestival. Fantasierijk is de muziekkeuze van Marthaler zeker, hij laat het thema uit Tristan und Isolde naadloos overgaan in ‘I’ll be there’ van de Jackson 5.

De humor van Marthaler in deze voorstelling is absurd, ironisch en parodiërend. Hij speelt met theaterwetten, laat mensen door een deur afgaan en uit de coulissen weer opkomen. Een oudere vrouw wandelt geregeld door de hotelkamer, eet met een schoenlepel uit haar tas en jat de telefoon. Ze lijkt de anderen niet op te merken, en dat is wederzijds. Het doet denken aan Wim T. Schippers, als die een rustige dag heeft. Er zijn terloopse grappen, waarbij Marthalers keuze voor vorm en middelen nergens extreem wordt. Er is geen geweld, geen shockeffecten, maar er zijn grinnikgrappen te over.

Net zo lastig als uitleggen wat er leuk kan zijn aan het oeuvre van Schippers, is ook van deze onderhoudende voorstelling niet goed onder woorden te brengen hoe de humor werkt. Maar de vijf kwartier vlogen om, al was het jammer dat er in die tijd geen gsm afging. Helemaal aan het begin was op een obligaat bandje in een hele rij talen vooraf gemeld dat zoiets mocht. “Please make sure your mobile device is switched on.”

Vandaag

Vandaag, zaterdag, gaat Operadagen Rotterdam verder met Figaro op het Schouwburgplein, het Paradijskerkconcert met Claron McFadden en de Tenorbattle in LantarenVenster. Alle informatie vindt u op de website van Operadagen Rotterdam.

Vorig artikel

Opera in de media: week 22

Volgend artikel

Håkon Kornstad: jazz en opera

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.

3Reacties

  1. Leen Roetman
    23 mei 2015 at 12:28

    ‘King Size’ zorgde voor een soort kortsluiting in mijn hoofd. Ik raakte in vervoering door de prachtige muziek van componisten als Schumann, Wagner, Dowland, Mahler, The Kinks (‘go to sleep’). Maar tegelijkertijd was het ook zo grappig, dat ik moest glimlachen, grinniken, schateren. En vertederend hoe de Koningskinderen op het King Size bed lagen aan het eind van de voorstelling, op een oud Duits volksliedje ‘Es waren zwei Königskinder’). Wat een heerlijke voorstelling.

  2. Leen Roetman
    23 mei 2015 at 13:33

    Na afloop van King Size was er ook een bruisende festivalsfeer (met prosecco!) op de First Night at the Opera. Met optredens in het hele gebouw van de Rotterdamse Schouwburg. Zo belandde ik o.a. in de orkestbak voor een uitvoering van The Little Matchgirl Passion (Pullitzer Prize) van David Lang. Mystieke, verstilde zang en spaarzame percussie door vier talenten van ‘Nieuwe Stemmen’ van het Damask Ensemble.

  3. Maarten-Jan Dongelmans
    23 mei 2015 at 15:02

    Behoorlijk nieuwsgierig geworden na deze enthousiaste woorden. Op naar Rotterdam!