CD-recensies

Mariss Jansons dirigeert cleane Mahler 4

Mariss Jansons heeft een nieuwe opname aan zijn ‘Mahler-catalogus’ bij het Koninklijk Concertgebouworkest toegevoegd: de vierde symfonie. Helemaal aan de verwachtingen voldoet het echter niet.

Mahler 4 JansonsLaat ik het voorzichtig formuleren: hoe hoog ik Mariss Jansons ook acht, zijn Mahlers hebben mij nooit echt kunnen bekoren. Het voelt vaak alsof zijn nuchterheid hem in de weg staat om zich ongegeneerd aan emoties over te geven.

Ook de vierde symfonie, onlangs op het eigen label van het Concertgebouworkest uitgebracht, ontsnapt hier niet aan. Wat ik hoor, is een zeer transparant en doorzichtig – maar ook een zeer afstandelijk – gespeelde symfonie. Nergens broeit het. Het klinkt als een zonnige zomerdag, zonder dat op de verre achtergrond het naderende onweer voelbaar is.

Sterk is wel dat je door Jansons’ aanpak alle afzonderlijke instrumenten één voor één voorbij hoort komen. En allemaal worden ze zo mooi bespeeld dat je naar adem moet snakken. Perfectie ten top. Maar Mahler is het niet. Althans, niet mijn Mahler.

Ook Dorothea Röschmann, één van mijn geliefde (Mozart-)sopranen, voldoet hier niet. Haar stem is groot geworden, volwassen. Niet licht meer en al helemaal niet ‘himmlisch’. Ze is een volwassen vrouw, geen meisje.

Haar niet altijd zuivere intonatie kan ik haar vergeven – live is immers live – maar haar interpretatie vind ik meer dan irritant. Nee, geef mij maar Helen Donath. Of Lucia Popp.

Vorig artikel

Larsson brengt ode aan Scandinavische lied

Volgend artikel

YouTube-portret: Susan Graham

De auteur

Basia Jaworski

Basia Jaworski