CD-recensies

Leo Nucci overtuigt in regieloze Rigoletto

Rigoletto als vocale show, zo zou je de productie van de Arena di Verona uit 2001 kunnen samenvatten. Er is praktisch geen regie; de zangers zingen simpelweg hun nummertjes. De enige die zich onderscheidt van de rest is Leo Nucci in de titelrol. Hulde voor hem.

AMArthaus Musik bracht deze versie van Rigoletto onlangs uit op dvd. Het is allerminst een doorsnee operavoorstelling en dat zal wel komen door het immense amfitheater waar het in opgevoerd wordt. Dat geeft een voorstelling al snel het karakter van een show.

En een show is het. Er staat wel een regisseur vermeld – Charles Roubaud – maar die voert weinig uit. Zijn opening van de opera is briljant, dat moet ik hem nageven. Begeleid door de dramatische ouverture zien we Rigoletto bij de poort van het paleis van de hertog van Mantua komen. Hij heeft zichbaar moeite zijn rol van spottende nar aan te nemen voordat hij naar binnen gaat, want hij lijdt onder zorgen. Treffend.

Daarna is het echter afgelopen met de goede ideeën. De personages worden niet uitgewerkt, maar staan zoutloos op het toneel hun aria’s af te werken. Er gebeurt niets, je wordt niet meegesleept in het verhaal. De wat overdreven ‘encores’ van het duet ‘Si, vendetta, tremenda vendetta’ en ‘La donna è mobile’ houden daarbij extra op.

Maar goed, zo’n ‘traditioneel-statische’ manier van opera opvoeren kan best interessant zijn als de stemmen enerverend zijn. Dat zijn ze echter niet. De zangers zijn oké, maar niet zo oké dat ze je van je stoel krijgen.

De kleinere rollen zijn zwak bezet. Sparafucile (Mario Luperi) is veel te liefjes, terwijl zijn zus Maddalena (Sarah M’punga) naar mijn idee te mannelijk zingt. Ze lijkt bijna een Carmen. Monterone (Giuseppe Riva) is niet bepaald dreigend en ook de rest valt tegen.

Leo Nucci is de enige die diepgang in zijn rol weet aan te brengen

Aquiles Machado is een keurige hertog van Mantua. Hij heeft een forse stem, een beetje nasaal en eentonig van klank, maar in elk geval geschikt om zijn partij overtuigend te zingen. Acteren doet hij echter amper, zodat hij geen moment een boeiend karakter wordt.

Inva Mula is bij vlagen prachtig als Gilda. In ‘Caro nome’ produceert ze enkele ellenlange, kwetsbare hoge noten, wat helemaal past bij haar personage. Ze verschiet echter ook regelmatig van kleur en zingt dan te schel en te volwassen. Ook heeft ze een paar lelijke momentjes.

Qua overtuigingskracht halen Machado en Mula het niet bij Leo Nucci (Rigoletto). Hij is de enige die diepgang in zijn rol weet aan te brengen. Hij acteert geweldig een mismaakte nar die diep van binnen voortdurend in angst leeft. Zijn gezichtsuitdrukkingen – op dvd goed zichtbaar – zijn daarbij wonderbaarlijk sprekend.

Nucci zingt met strakke, door een zwaar leven aangetaste stem. Zijn frasering is niet altijd even mooi en zijn laagte is minder vol dan zijn middenregister en hoogte, maar hij is altijd overtuigend. Alleen hij maakt iets bij je los.

Het orkest van de arena maakt onder leiding van Marcello Viotti nu en dan wat schoonheidsfoutjes, maar speelt verder levendig en vlot.

Niettemin is dat alles bij elkaar genomen een karige oogst voor een productie van zo’n voornaam ‘operahuis’. Zeker als de regie niets voorstelt, verwacht je veel van de zangers, maar alleen Nucci kan aan die verwachtingen voldoen. In 2001 in de arena zelf was de productie vast een belevenis, een show. Op dvd is het dat niet.

Zie voor meer details van deze uitgave de website van C&S Entertainment. Zie ook de ‘etalage’ van nieuwe uitgaven van Arthaus Musik op de homepage.

Vorig artikel

Exiles mixt barok met hedendaagse werk

Volgend artikel

Domingo zingt hartstochtelijke Hoffmann

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.