CD-recensies

Diana Damrau brengt ode aan Meyerbeer

De gevierde Duitse sopraan Diana Damrau heeft een volledige cd gewijd aan het repertoire van haar kosmopoliete landgenoot Giacomo Meyerbeer. Een prachtig initiatief, al zijn er wel kanttekeningen te plaatsen bij de uitvoering.

Drie weken terug schreef ik nog vol lof over de welkome voorstelling van Le Prophète in Essen, waarin ik pleitte voor meer Meyerbeer. In de tussentijd hebben veel operahuizen hun plannen voor het volgende seizoen bekendgemaakt en tot mijn vreugde lijkt er langzaam echt sprake te zijn van een Meyerbeer-revival. Iets wat deze Joodse componist zeker verdient.

Ik ben dan ook in mijn nopjes dat er eindelijk een ster is die het aandurft om een volledig album aan deze componist te wijden. Meer zelfs: de cd is voller gepropt dan mogelijk lijkt te zijn, met 81 minuten muziek.

Het oeuvre van Meyerbeer laat zich niet makkelijk samenvatten. Grofweg besloeg zijn carrière drie periodes. De eerste, waarin hij het vak leerde, bracht hij door in Duitsland en Oostenrijk. Tezamen met Carl Maria von Weber kreeg hij compositielessen van Georg Joseph Vogler.

Na wat Duitse (opera)successen besloot de componist op 25-jarige leeftijd naar Italië te gaan, om daar het vak als operacomponist volledig onder de knie te krijgen. In Italië schreef hij zes opera’s, waarvan de laatste, Il Crociato in Egitto, hem furore over de grens opleverde.

Na dit internationale succes was de interesse in Parijs gewekt, waar hij zijn volgende successen boekte. In samenwerking met de Franse toneelschrijver en librettist Eugène Scribe bracht hij daar zijn grootste hits in première: Robert le Diable (1831), Les Huguenots (1836), Le Prophète (1849), Dinorah (oorspronkelijk Le Pardon de Ploërmel uit 1859) en postuum L’Africaine (oorspronkelijk Vasco da Gama uit 1865).

Het mooie van de cd van Diana Damrau is dat alle drie de periodes aan bod komen. Alle beroemde Franse opera’s zijn vertegenwoordigd, maar er zijn ook fragmenten uit zijn Italiaanse periode (twee aria’s) en er klinken zelfs delen uit twee Duitse’s opera’s (Ein Feldlager in Schlesien, later verwerkt tot L’Étoile du Nord, en Alimelek, oder Die beiden Kalifen). De twee Duitse fragmenten zijn voor het eerst opgenomen.

De ‘Duitse Meyerbeer’ past Diana Damrau mijns inziens het beste. De Duitse aria’s, met name ‘Nun in der Dämm’rung Stille’ uit Alimelek, lijken heel erg op de muziek van Von Weber. Dat is repertoire dat Damrau past als een fluwelen handschoen. Over de rest van de cd kan ik kort zijn: het zijn stuk voor stuk aria’s die ik beter heb gehoord, helaas. Op momenten was ik zelfs zeer teleurgesteld door de zang van de sopraan.

Damrau (45) is één van de meest populaire sopranen van deze tijd. Aan het begin van haar carrière hoorde ik haar als Blondchen in Die Entführung aus dem Serail (2003). Ik was toen erg onder de indruk. Ze had een stralende sopraan met een fantastische coloratuurtechniek. Twee jaar later was ze gepromoveerd tot Konstanze in dezelfde opera (in München). Dat was voor mij een voorbode dat ze te snel rollen op haar repertoire nam die haar wellicht minder zou passen. Dat hoor je terug op deze cd. Haar coloratuurvaardigheid is er nog steeds, maar ze zet haar stem zeer zwaar aan en haar sprankelende hoogte heeft plaatsgemaakt voor een fors tremolo, vooral goed te horen in de aria ‘Ah, questo bacio’ uit Emma di Resburgo.

Luister als voorbeeld ook naar het begin van ‘Ô beau pays de la Touraine’. De aria is doorgaans een plezier om te horen, maar hier ben ik al moe na de eerste frase. Nee, dan haal ik liever die goede oude Joan Sutherland uit de kast. Het hele eerste deel van de aria oefent Damrau te veel druk uit op haar stem. Na een vergelijkbaar middendeel coloratuurt ze er in de cabaletta ‘A ce mot seul s’anime’ vrolijk, maar slordig, op los, met wat halve trillers en lelijke hoge noten. Hetzelfde euvel hoor je goed in de aria ‘Robert, toi que j’aime’ uit Robert le Diable.

Maar laten we eerlijk zijn: we mogen niet klagen. Een volle cd met alleen maar aria’s van Meyerbeer blijft een uniek iets, en zeker de premièreopnames van de twee Duitse opera’s zijn de moeite waard voor de liefhebber. De volgorde riep bij mij wat vragen op, maar dat mag de pret niet drukken.

Jammer trouwens dat Damrau in het boekje uitgebreid beschrijft dat haar liefde voor de componist ontstond toen ze de scenische cantate Gli amori di Teolinda zong, aan het begin van haar carrière, maar dat die cantate ontbreekt op de cd. Maar goed, dat geldt ook voor ongeveer de helft van de opera’s van Meyerbeer. Een tweede cd zou gerust in productie genomen kunnen worden!

Laten we hopen dat met deze cd een trend is gezet en dat nog velen Damrau’s voorbeeld volgen en Meyerbeer weer de aandacht geven die hij verdient!

Vorig artikel

De operazomer in: Glyndebourne

Volgend artikel

Opera in de media: week 21

De auteur

Lennaert van Anken

Lennaert van Anken

1 Reactie

  1. Hans van Verseveld
    19 mei 2017 at 23:45

    Op 6 oktober 2014 zong Diana Damrau in Rome o.l.v. Antonio Pappano een concert dat vocaal geheel aan Meyerbeer was gewijd. Zowel de audio- als ook de video-opname heb ik mijn bezit Als groot Meyerbeer verzamelaar en bewonderaar heb ik die opnamen meerdere malen bekeken en beluisterd. Steeds opnieuw probeerde ik te ontdekken, wat er aan mankeerde en irriteerde. Bij de video dacht ik ‘mens, sta eens stil en sta niet zo met die armen te maaien’. Iets wat ze tijdens haar concert in het Amsterdamse Concertgebouw ook deed.
    Erger nog, vond ik het totale gebrek aan interpretatie. Of ze nou Marguerite of de Page uit Les Huguenots zong en dat deed ze dus, het maakt niets uit, het klinkt allemaal een beetje spichtig en dun vooral gemaniëreerd.
    Na het beluisteren van de inderdaad super lange- en super nieuwe Damrau CD moet ik helaas bekennen dat ik het eens ben met Lennaert van Anken. Hier missen we toch echt de stemschoonheid en de volmaakte coloraturen van Dame Joan Sutherland in Les Huguenots. Zij zong ook aria’s uit Robert le Diable, l’Etoile du Nord en Le Pardon de Ploërmel, waardoor vergelijken bijna onvermijdelijk wordt.

    Overigens is de aria uit Ein Feldlager in Schlesien niet helemaal een ‘premiere recording’. Op 14 april 1984 was er in Berlijn een concertante uitvoering en daarvan bestaat in het illegale cirquit een opname.

    Van de grandioze cantate “Gli Amori di Teolinda” bestaat een opname met Nelly Miricioiù. Zij zong dit curiosum tijdens een zondagmatinee in Vredenburg op 10.5.1998. De NCRV/KRO hebben hiervan een opname. Grandioos!!

    De volgende Meyerbeer opera die op de CD verschijnt komt uit Essen, waar Le Prophète de afgelopen weken de Meyerbeer adepten heel blij heeft gemaakt. Heerlijk zo’n renaissance…………