Operarecensie

Die Fledermaus mist vaart, humor en orkest

Een goede uitvoering van Die Fledermaus vereist in mijn optiek theater vol vaart en humor en een bruisend orkest. De Fledermaus van Internationale Opera Producties kwam niet vooruit, oogstte weinig lachers en moest het de hele avond met een ingeblikt orkest doen. U begrijpt de conclusie.

Die Fledermaus is een hit van Johann Strauss junior. Zeker rond de jaarwisseling wordt het werk nog vaak van stapel gehaald. Niet verwonderlijk: de champagne vloeit rijkelijk en er wordt heel wat gedanst en gesjanst.

Shawnette Sulker als Adele (foto: Nedelian Neshev).

Internationale Opera Producties (IOP) besloot het nieuwe jaar dan ook met een nieuwe productie van de operette te openen. Maar niet alleen om 2011 een kurkenknallende start te geven, ook omdat het gezelschap ‘de operette’ een warm hart toedraagt en zich wil inzetten om het genre op de planken te blijven brengen.

De voorstelling in Amsterdam gisteravond, één van de eerste van de tournee, was extra bijzonder omdat die plaatsvond in het gloednieuwe theater DeLaMar, op een steenworp afstand van de Stadsschouwburg. Een prachtig pand, dat echter één euvel heeft: de orkestbak.

Het orkest van de Staatsopera van Bourgas (Bulgarije) was de gehele avond slecht te oren (in elk geval vanaf rij 14). Het klonk alsof de muziek van een bandje werd gedraaid. Ingeblikt. Maar wat wil je, als de bak slechts een rotsspletige opening biedt om het geluid naar de zaal te transporteren? Arme musici. Alsof ze in hun kleedkamer zaten opgesloten.

Voor mij viel de hele avond hierdoor in het water. Het orkest is de opgewonden hartslag van heel de operette. Zonder haar is het leven snel uit de brouwerij verdwenen. De zangers staan in hun hemd, de vele dansen komen sukkelig over en tussen de gesproken dialogen en gezongen nummers zit haast geen contrast meer. Om slechts een paar consequenties op te noemen.

Los daarvan betwijfel ik of de productie mij met een prima orkestbak wél had kunnen overtuigen. De enscenering had namelijk weinig om het lijf.

De hele avond werd er gebruikgemaakt van één simpel decor. Het was tot op zekere hoogte functioneel, maar daar is alles mee gezegd. Kleur of sfeer creëerde het niet. Het oogde nogal kaal en leeg.

Rein Kolpa als Eisenstein en Selma Harkink als zijn vrouw Rosalinde (foto: Nedelian Neshev).

Maar al zou er een stuk bordkarton staan, dan nog zou je met pienter acteerwerk een heel eind kunnen komen. De regie van Hans Nieuwenhuis viel me op dat front echter tegen. De personages werden weinig origineel neergezet. Ze chargeerden af en aan in een poging grappig te zijn, maar hun gedrag en hun grappen lagen vaak zo voor de hand, dat het juist een pijnlijk gebrek aan humor (of een teveel aan flauwe humor) opleverde.

Hierdoor duurde het stuk voor mijn gevoel veel langer dan het in werkelijkheid is. Het verhaal leek maar niet op te schieten. Elke keer kwam het weer tot stilstand door een matig uitgespeelde scène. Dat was zelfs in de zaal te merken, waar soms luid gezucht werd.

Voor de zangers zullen alle omstandigheden niet erg stimulerend hebben gewerkt. Jammer, want goede stemmen waren zeker aanwezig. Selma Harkink zong een knappe, klankrijke Rosalinde, Elmar Gilbertsson wist goed raad met de lyrische partij van Alfred en Shawnette Sulker gaf met haar verderlichte sopraan een uitstekende vertolking van Adele. Spits en lekker lichtvoetig.

De productie zal ongetwijfeld in niveau groeien tijdens de komende tournee en met een fatsoenlijke orkestbak mag er muzikaal zeker meer van verwacht worden, want Erki Pehk liet mooie ideeën horen. Niettemin denk ik dat de voorstelling als geheel zijn beperkingen heeft. Er zijn bepaalde ingrediënten die een operette niet kan missen.

Die Fledermaus is tot en met 27 februari nog 21 keer te zien in Nederland en België. Zie voor meer informatie de website van Internationale Opera Producties.

Vorig artikel

Cecilia Bartoli spettert in Le Comte Ory

Volgend artikel

Opera van Braunfels in ere hersteld in Gera

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

1 Reactie

  1. Ada Mulisch
    3 februari 2011 at 02:47

    Was er niet vorige seizoen een recensie over een ‘dreamteam’ dat volgens NRC ‘operette maakte zoals die ooit bedoeld was”? Waarom heeft deze producent deze creatieve bevlogelingen los gelaten. Dat was vernieuwende operette met behoud van het hart van het genre. Wie ook weer? ff opzoeken op Google: Pieter Cox en Marc Krone. Internationale Opera Producties; haal ze terug en red de operette van ondeskundigheid!