Operarecensie

Anna’s kwaliteiten in het kwadraat

Anna zong Anna in The Met, afgelopen zaterdagavond, en opende daarmee een nieuw seizoen Live in HD, de wereldwijde uitzending van de producties van de Metropolitan Opera in New York. Anna Netrebko glansde in de titelrol van Anna Bolena.  Het was meer een vocaal dan een artistiek feest dat tegen het einde toch nog spanning kreeg.

Weer meer bioscopen doen mee in Live in HD van The Met, Italië en Rusland zijn sinds dit seizoen ook aangeschakeld. In Nederland zullen elf producties uit het New Yorkse operahuis te zien zijn in de zalen van Pathé, CineMec Ede en Foroxity in Limburg. Den Haag was uitverkocht en Rotterdam zat flink vol op de openingsavond.

Anna Netrebko (fotoe: Ken Howard)

Valt er nog iets toe te voegen aan wat al gezegd is over de vocale kwaliteiten van sopraan Anna Netrebko? Van mij gaat u het niet horen. De vrouw is meer dan uitmuntend in het kwadraat van talent en techniek. Haar vertolking van Anna Bolena, de naamgenote die onder tragische omstandigheden de dood vindt na een konings- en koninginnedrama, werd bejubeld in Wenen, afgelopen april. De constante in de uitvoering uit New York was die stem. Close in beeld is vanuit de bioscoopstoel goed te zien met welk gemak ze intoneert, hoe ze subtiel en stevig afwisselt en hoe ze de kleur van haar rol vocaal vormgeeft.

Het roldebuut van haar tegenspeelster, Ekaterina Gubanova als Jane Seymour, was van een ander soort kwaliteit. Nogal bescheiden zong ze de rol van Jane Seymour, die verteerd wordt door schuldgevoel. Het leek me een keuze van de regie om zowel Seymour als de vroegere geliefde van Anna Bolena, Lord Percy, een wat fletsere, bleke uitstraling te geven, zowel in spel als in belichting, kleding en grime. Percy werd gezongen door Stephen Costello.

De rol van de koning was van Ildar Abdrazakov. Hij had vocaal en in zijn spel wel erg weinig kleuren op zijn palet. Wat er ook gebeurde, de koning keek boos en dreigend vanonder zijn wenkbrauwen naar al die vrouwen die het leven ingewikkeld maakten en uit leken op macht. Een aangenaam rustpunt vormde de solo van Tamara Munford, die in stem en uiterlijk een markante page Smeaton neerzette. Ze had een aanwezigheid waar je op het podium niet omheen kon. Jammer dat ze in het laatste deel was toegetakeld als een Lotus-patient.

Een zeer enthousiaste en zeer Italiaanse Marco Armiliato stond voor het orkest. Hem kun je in het Italiaanse repertoire wel om een boodschap sturen. Al na de zinderende ouverture kreeg hij een ovatie. Kledingontwerpster Jenny Tiramani had voor deze Anna Bolena waarschijnlijk zonder al teveel moeite een paar containers Henry VIII-kostuums bij de BBC kunnen huren. Daar moeten ze er na al die tv-series enorme voorraden van hebben. Ze bestudeerde echter Holbein en baseerde daar haar kledingontwerp op. Ze voorzag de dames van een bevallig trapeziumvormig decolletétje.

Ekaterina Gubanova (foto: Ken Howard)

Als regisseur David McVicar al enige inspiratie had bij het vormgeven van deze Anna Bolena, dan wist hij dat in de eerste uren van de voorstelling goed te verbergen. Er was werkelijks niets verassend aan de manier waarop er geacteerd en bewogen werd. Het begin was zelfs rommelig, en het verhaal kwam moeizaam op gang.

Veelzeggend was de moeite die Renée Fleming, de presentatrice van de HD-uitzending, had om een zinnig antwoord te krijgen op haar vragen in de pauze naar voorbereiding en inleving. Netrebko kwam niet verder dan het cliché dat Bolena een ‘sterke vrouw’ was. Ze had ook gekeken naar de serie The Tudors, ‘don’t tell the director’, waar de verhouding tussen Bolena en Percy overigens was weggelaten uit het script.

Pas na heel lang, bijna drie uur, gebeurde het ineens alsnog op het podium in Lincoln Center: aan het begin van de slotscène liet videoregisseur Gary Halvorson langzaam een camera langs de vrouwen van het koor rijden, het decor was spannend, de belichting werd interessant en plotseling was het geheel van cliché-opera echt spannend theater geworden. In die setting kwamen Netrebko’s aria’s er indringend uit, bliksemde het op het podium van de spanning in het verhaal en luidden de klokken voor het huwelijk tussen de koning en Seymour.

Het einde van Anna Bolena naderde… Boven het podium werd het dreigende silhouet van de beul zichtbaar, die Anna Bolena opwachtte. En zo kreeg de kwaliteit die Anna Netrebko vanaf de eerste minuut in de voorstelling bracht alsnog een podium in een voorstelling die zich lang voortsleepte en toch nog een waardige apotheose kreeg.

Vorig artikel

Bartoletti bezorgt Matinee nieuwe triomf

Volgend artikel

Deutekom geëerd met gala in Carré

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.

7Reacties

  1. jop
    16 oktober 2011 at 10:52

    Gisteren ook in Rotterdam deze voorstelling bekeken.
    Leuk om te zien dat de zaal aanzienlijk voller was, dan vorig jaar bij de opening (Das Rheingold).

    Wat betreft bovenstaande recensie, heb ik de voorstelling ook zo beleefd. Decor en beweging van de zangers vond ik rommelig en storend.
    Maar Anna Netrebko, die ik voor het eerst ‘live’ hoorde heeft een zeer grote indruk op mij gemaakt.

    Slot van het stuk was inderdaad van een hoger niveau, qua decor. Het verdwijnen van Anna en het naar beneden komen van de beul, was een mooie vondst.

    Tamara Munford vond ik overigens in sommige delen een onaangenaam vibrato hebben.

  2. Basia Jaworski
    16 oktober 2011 at 13:34

    Ik vond de voorstelling prachtig en heb van het begin tot het eind genoten.
    McVicar is, wat mij betreft, een van de beste regisseurs van de laatste tijd – geen concepten, maar gewoon opera maken.
    Ook het decor vond ik indrukwekkend – spaarzaam, maar ter zake doende.
    Ik genoot ook van _alle_ zangers. Allemaal hadden ze hun min/plus puntjes, maar het kan niet anders in een live uitzending, zeker ook als alle camera’s (en dat zijn er heel wat!) op je gericht zijn.

  3. joseph
    16 oktober 2011 at 14:28

    Ik heb echt genoten van de voorstelling, vooral van Netrebko.
    Anna blijft een wereldster uit de opera, dat heeft ze nogmaals bewezen.
    Mooi in close up gebracht was de ontroering van Anna Netrebko bij het spontane applaus van het publiek na haar voorlaatste aria.
    Ik werd ook positief verrast door het talent van Tamara Mumford.
    Hoedje af voor de decorbouwers en de kostuums in het MET. Tot in de details afgewerkt.

  4. Spen
    16 oktober 2011 at 20:39

    Ben nog steeds onder de indruk van de voorstelling. Anna Netrebko heeft me nooit heel erg kunnen boeien, maar dat is wel anders na gisteren. Wat een stem! Prachtige productie ook.

  5. Steven SURDÈL
    18 oktober 2011 at 14:55

    De keuze voor de 16e-eeuwse schilderijen van Hans Holbein als inspiratiebron voor de kostuums zou best wel eens terug te gaan op Lucchino Visconti, die in 1957 precies hetzelfde deed toen Callas en Simonato Anna Bolena em Jane Seymour na jaren van vergetelheid weer uit de as deden herrijzen. Als ik mij niet vergis zijn diezelfde kostuums en decorstukken zelfs na een jaar of vijftien opnieuw (en toen voor het laatst) benut.

  6. 19 oktober 2011 at 16:32

    Vond Netrebko nooit een bijzonder boeiende zangeres. Zij heeft zich echter in Anna Bolena laten zien, als een héél goede zangeres. Vooral in de laatste scene, was haar zang boeiend, dramatisch. Genoten!!
    Haar acteerwerk vind ik, helaas, niet zo indrukwekkend.

  7. Steven SURDÈL
    20 oktober 2011 at 13:55

    Over deze bios-Bolena kan ik niet oordelen, vermits ‘mijn’ bioscoop was uitverkocht. Maar van wat ik van haar op You-tube heb gezien, vond ik hetzelfde als hiervóór Mevr. de Bruyn: een mooie stem, maar géén rasactrice.
    Zeker bij een getergde en verraden vrouw als Anna Bolena heb je die scherp-gekromde neus met de dodelijke adelaarsblik nodig, zoals bij Mazzola, Theodossiou en Antonacci, of vroeger bij Callas en Sills. Terwijl – met alle respect – het gelaat van Netrebko mij veeleer doet denken aan een volronde en doorgaans hoogstverwonderde baby.

    De vraag is natuurlijk of je dat argument mag aanvoeren zolang geen mens zijn fysiek zelf voor het uitkiezen heeft. Maar ter verdediging wil ik dan toch verwijzen naar dat welbekende DVD fragment uit Tosca(1964, Covent Garden, met Callas, ook op You-tube) met Tito Gobbi als Scarpia, die speciaal voor deze gemene rol door de grimeur van een paar eveneens gemene wenkbrauwen en een haakneus werd voorzien. Zo kan het dus wèl.