Operarecensie

Serero geeft visitekaartje af in Amsterdam

In een ongebruikelijke zaal in het Concertgebouw gaf bariton David Serero maandagavond zijn visitekaartje af. Niet met onweerstaanbare zang, maar met een verbroederend recital waarin hij het publiek fraai wist te bespelen.

David Serero.

Wist u dat er in het Amsterdamse Concertgebouw ook een Koorzaal bestaat? Ik niet. Niet dat het vreemd is, het koor moet toch ook ergens repeteren. Maar je kijkt ervan op als je, op weg naar een recital in de Kleine Zaal, omgeleid wordt.

De ‘zaal’ bevindt zich in de ‘catacomben’ van het gebouw en het ziet er prachtig uit. Je waant je in een huiskamer van een landlord: het is er intiem, maar de verlichting komt van de kristalen kroonluchters. Eigenlijk de meest perfecte entourage voor het optreden van David Serero, een jonge Franse bariton (30), die zijn visitekaartje in Amsterdam kwam afgeven.

Wat kan ik u er over vertellen? Veel, eigenlijk. Of misschien juist weinig – want u had er bij moeten zijn en het moeten meemaken. Op papier zag het een beetje verwarrend en rommelig uit en in het echt was het ook inderdaad rommelig, maar dan wel op een prettige manier.

Serero begon met Figaro (uit Le nozze di Figaro) en Escamillo en ging gauw over naar De man uit La Mancha, Showboat en Fiddler on the roof. Tussendoor was er tijd voor grappen en een soort van ‘stand-up’ komedie. Soms leuk, soms flauw, maar wel zeer herkenbaar, zeker voor een grote deel van het publiek.

Dat hij even met zijn ‘Yiddishe Mamme’ ging bellen, want hij heeft haar al 10 minuten niet gesproken, gaf de pianist (meer dan alleen maar een ‘dienstbare’ Damien Lehman) ook de kans om eens even te soleren, wat hij echt briljant deed met de Revolutionaire Etude van Chopin.

Revolutionair was het recital zeer zeker niet, maar het publiek wel. In de zaal (voor de helft gevuld met Joodse oma’s met hun – inmiddels volwassen geworden – kleinkinderen) waren er ook een twintigtal jonge… Iraniërs. En mijn rij telde ook een Amerikaanse, een Argentijnse, een Israëli, een Pool en een Rus.

Een verbroedering? Jazeker, maar dan daadwerkelijk in de praktijk gebracht, want niet alleen de Kalinka’s en de Kathyusha’s, maar ook de Hava Nagilah werd door iedereen van harte meegezongen. Een mooi voorbeeld voor waar de muziek (en de kunst en de cultuur, en ….) belangrijk voor is. En een mooi voorbeeld waarom boycot nergens toe dient, want juist dan begrens je mensen van en uit elkaar.

David Serero is misschien niet de beste bariton ter wereld, daarvoor is zijn stem denk ik iets te klein. Maar hij is nog jong. En één ding is zeker: hij weet zijn publiek te bespelen en dat is ook heel erg veel waard. Hij is een echte entertainer. Een mooie man ook, goed en met zorg gekleed. Ik noem het professioneel. Noteer zijn naam en check zijn data. De moeite waard.

Hieronder een fragment:

Vorig artikel

Trailers: Veel jaren '60 en '70 bij Arthaus

Volgend artikel

De Dood van Poppaea op tournee

De auteur

Basia Jaworski

Basia Jaworski

3Reacties

  1. Basia Jaworski
    18 april 2012 at 21:43

    een kleine correctie – ik heb het over Iraniërs gehad, maar zij zelf geven de voorkeur voor “Persian”.
    Met excuses en de toevoeging dat de moeder van de bariton een Perzische (maar nog steeds Yiddische Mamma!) is.

  2. Jan
    18 april 2012 at 22:25

    Maar weinig mensen kwamen naar het evenement. “Het Concertgebouw Amsterdam” was niet een ideale plaats voor dit soort uitvoering, wat vooral een muzikale komedie was, en niet een concert.

  3. Basia Jaworski
    20 april 2012 at 08:28

    @Jan – tegenwoordig wordt er in het CGB ook reggea, pop, hiphop en heavy metal gespeeld. En dan heb ik het niet eens over jazz en folk en alle andere crossing overs en crossing borders.