Operarecensie

Hermus leidt intense Anne Frank Cantate

Vrijheid versus onderdrukking. Dat thema werd zaterdag op intense wijze van muziek voorzien door het Nederlands Philharmonisch Orkest, met de Anne Frank Cantate van Hans Kox en de vijfde symfonie van Sjostakovitsj. Indrukwekkend!

Het slotapplaus afgelopen zaterdag (foto: S. Boerma).
Het applaus na de uitvoering van de Anne Frank Cantate in het Concertgebouw afgelopen zaterdag (foto: S. Boerma).

“We kunnen het verleden niet negeren, anders negeert het verleden ons.”

Deze uitspraak van Hans Kox is voor velerlei uitleg vatbaar, maar staat als een huis. Je kunt het betrekken op het historisch besef van feiten en gebeurtenissen, iets waar het tegenwoordig vaak aan ontbreekt. Je kunt het ook zien als een pleidooi voor de continuïteit in de kunst, in dit geval de kunst van het componeren. Simplistisch gezegd: zonder Bach geen Sjostakovitsj en zonder Badings geen Kox.

Ik ben altijd een enorme bewonderaar van Hans Kox geweest. Mijn eerste kennismaking met zijn muziek was eind jaren tachtig, toen ik zijn L’Allegria hoorde, onvoorstelbaar mooi gezongen door Lucia Meeuwsen. Veel van mijn collega’s vonden dat er iets aan mijn ‘goede smaak’ mankeerde. Ik hield immers ook van andere toen verguisde componisten: Korngold en Szymanowski. Maar tijden veranderen. Gelukkig.

Werd de eerste uitvoering van de Anne Frank Cantate nog door veel recensenten de grond in geboord – het werk zou een “smakeloos samenraapsel” zijn – tegenwoordig durft men op zijn eigen oren te vertrouwen en mag muziek weer beschouwd worden als meer dan een opsomming van wiskundige formules.

Kox trekt een lijn tussen de oudtestamentische profetieën (het boek Ester) en de droge verslagen uit Auschwitz, gecombineerd met uitspraken van Hitler zelf. En dat alles koppelt hij aan gedichten van onder anderen Rilke, Celan en Keléko.

Het is zonder meer waar dat het werk episodisch is, maar hoe kun je beter herdenken dan juist zo: fragmentarisch en episodisch, schijnbaar zonder een vaste verhaallijn. Die lijn is er natuurlijk wel, maar die moet je zelf ontdekken en dat ontdekken doe je door goed te luisteren. Naar de muziek, maar ook naar de woorden.

Antony Hermus.
Antony Hermus.

In de Anne Frank Cantate komen we Anne Frank niet tegen. Zij is hier noch lijfelijk noch via citaten uit haar beroemde dagboek aanwezig. Dat heeft voornamelijk te maken met de rechten, maar haar naam alleen voldoet als symbool voor en surrogaat van de zes miljoen.

De cantate bestaat uit drie delen. Via ‘Nox’ (nacht), dat staat voor de (aanzet tot) de Jodenvervolging, belanden wij in ‘Mors’ (dood), in de vernietigingskampen. In ‘Lux’ (licht) moeten we ons er vervolgens bij neerleggen dat er niets is geleerd en dat er niets gaat veranderen.

“Du suchst mich, und es gibt mich nicht mehr”, zingt de sopraan, waarop het koor alleen maar met woorden van Augustinus kan antwoorden: “Slecht zijn de tijden, maar wij zijn de tijden.”

De uitvoering van afgelopen zaterdag kon in mijn ogen niet beter gedaan worden. Alle drie de solisten – Martina Prins, Helena Rasker en Bastiaan Everink – waren meer dan voortreffelijk. Hun woorden waren goed verstaanbaar en hun voordracht was zeer indrukwekkend.

Antony Hermus dirigeerde het Nederlands Philharmonisch Orkest alsof zijn leven ervan afhing: zo ontzettend intens! Bijzonder getroffen werd ik ook door het Nederlands Concertkoor (koordirigent Louis Buskens). Huiveringwekkend en schrijnend mooi.

In de vijfde symfonie van Sjostakovitsj gaat het ook over vrijheid versus onderdrukking. Maar voor mij staat de symfonie voornamelijk symbool voor de vrijheid van meningsuiting. Hoe verpak je je boodschap als je mond gesnoerd is en je voor de kleinste verspreking de kogel kunt verwachten, of op zijn minst levenslange opsluiting?

Ironie en spot zijn sterke middelen, mits ze goed begrepen kunnen worden. In het geval van deze symfonie heeft het goed gewerkt: de dictator vond het geweldig en de luisteraars konden tevreden naar huis. Maar in hun harten wisten zij dondersgoed welke beelden zij zich bij de sterke noten moesten indenken.

Het Nederlands Philharmonisch haalde alles uit de kast om de symfonie te geven waar het om vraagt. Het orkest brulde, gierde en wiegde en in het groteske laatste deel werd het Allegro inderdaad ‘non troppo’, maar zonder ‘ma’.

Voer om over na te denken, dit concert. Zeker tijdens deze dagen.

Het concert werd op 2 mei live opgenomen en maandagavond op Radio 4 uitgezonden.

Hieronder Bastiaan Everink over de cantate:

De eerste uitvoering van de Anne Frank Cantate in 1984 is ook op YouTube te vinden:

Vorig artikel

Wiericker Opera organiseert vierde concert

Volgend artikel

Mouhlen en Prins zingen bij Op Hodenpijl

De auteur

Basia Jaworski

Basia Jaworski

1 Reactie

  1. Gerrit Jan Zijlstra
    8 mei 2015 at 21:48

    ik kende de cantate niet en heb de voorstelling niet gezien. Maar bij het beluisteren van de opname uit 1984 en het lezen van je recentie van de opvoering van afgelopen zaterdag heb ik de overtuiging dat ik een prachtige intense ervaring heb gemist.