Operarecensie

Griekse liefdesliederen overtuigen niet

Speciaal voor het Holland Festival componeerde Calliope Tsoupaki enkele liefdesliederen, gebaseerd op gedichten van Kaváfis. Een voorstelling die prachtig had kunnen zijn, maar die maandag 14 juni in de Gashouder tegenviel.

Calliope Tsoupaki (foto: Ruud Jonkers).

De oorspronkelijk Griekse Calliope Tsoupaki (Piraeus, 1963) kwam, na wat omzwervingen, ruim twintig jaar geleden naar Nederland, waar ze compositie studeerde bij Louis Andriessen. Inmiddels is haar naam gevestigd en zijn haar composities geliefd. Geen wonder: ze schrijft mooie, toegankelijke muziek, vaak zeer poëtisch ook. Haar noten spreken mensen aan en naar haar muziek kan je rustig op een stille avond luisteren, zonder dat het je ergert of verveelt.

Speciaal voor Holland Festival componeerde zij een aantal liederen bij de gedichten van Kaváfis en bewerkte ze een drietal oudere, eind jaren negentig gecomponeerd voor de Griekse zangeres Nena Venetsanou.

Op 14 juni werd het eenmalig uitgevoerd in de Gashouder. Of om precies te zijn: in het Zaha Hadid Architects Paviljoen. Zaha Hadids deconstructivistiche stijl van ontwerpen is zonder meer boeiend en haar projecten prachtig om te zien, zo ook het Paviljoen. Maar of het bevorderlijk is voor de muziek? Het komt er vaak dof over en er is naar mijn mening te veel galm.

Pierre Audi maakte een mis-en-space voor de voorstelling, wat letterlijk ‘plaatsing in de ruimte’ betekent. Vorig jaar leverde het prachtige en zeer ontroerende beelden op in Passion van Dusapin. Gisteren was het gewoon gebakken lucht. De hele mis-en-espace bestond uit Griekse krukken waarop de zangers en het koperkwartet af en toe plaatsnamen.

En het rondjes lopen in de hele ruimte door de ‘verteller’ Ramsey Nasr (die voorafgaand aan elk van de acht Kaváfis-liederen het bijhorende gedicht reciteerde) was zeer nadelig voor je concentratie. Je werd er onrustig van en je lette ook veel minder op de prachtige verzen dan je zou willen, want onwillekeurig ging je hem met je ogen volgen. Dat soort gedichten lees je toch echt liever zelf.

Persoonlijk vond ik Ramsey Nasr niet echt overtuigend. Ik hield niet van de manier waarop hij de gedichten voordroeg, bovendien vond ik in zijn stem te weinig kleuren. Het kan zijn dat het de bedoeling was om de echte kleuren pas later te laten komen, met de muziek. Maar was het dan niet beter om dat voorlezen achterwege te laten en de muziek te laten spreken? Met boventitels, desnoods.

De muziek was duidelijk in de Griekse traditie verankerd, maar dan in het melancholieke deel ervan – denk aan Manos Hadjidakis, maar dan zonder de zonnige klanken van bouzouki, en zonder ouzo. Op den duur werd het monotoon en het duurde te lang. Je hoorde ook mensen met stoelen schuiven, wat best storend was.

De uitvoering was maar magertjes. Het Egidius Kwartet deed er alles aan om vals te klinken, wat ze ook vaak lukte. Het was alsof ze er zelf niet in geloofden en de stemming was eerder dat van een begrafenis dan van liefde.

Gelukkig was er ook Marcel Beekman. In zijn solo’s werd de muziek opeens boven de middelmaat uitgetild en klonk het zoals het waarschijnlijk had moeten klinken.

Ook de vier blazers brachten wat leven in de brouwerij. Hun soms schelle tonen gaven de eentonige muziek meer kleur.

Mijn conclusie: gooi de verteller eruit en engageer een paar goede zangers. Het liefst versterkt met een vrouw (Agnes Baltsa, waar ben je?) en af en toe een instrumenteel stukje tussendoor om de sleur te doorbreken. Het kan prachtig worden.

Vorig artikel

Discografie: L’elisir d’amore

Volgend artikel

Callas, Malkovich en meer bij Arthaus

De auteur

Basia Jaworski

Basia Jaworski

2Reacties

  1. Thea Derks
    16 juni 2010 at 16:33

    Beste Basia,

    Dank voor je beschrijving. Helaas moest ik vanwege een verschrikkelijke verkoudheid voortijdig afhaken en heb ik maar ongeveer de helft gehoord. Ik vond Nasr in dat gedeelte wel ingeleefd en onnadrukkelijk voorlezen en vond zijn stem – en zijn gewandel – goed passen bij de sfeer; boventitels leiden te vaak af van de zang. Ook ik vond de uitvoering niet optimaal, maar ik dacht dat de zangers en blazers er wellicht nog even ‘in’ moesten komen. Heel jammer dat ik de cyclus niet integraal heb kunnen horen.

  2. 17 juni 2010 at 08:27

    Ik heb dit concert niet gezien en reageer eigenlijk meer op de vraag ‘Agnes Baltsa, waar ben je?’. Het toeval (als dat bestaat), wil dat Baltsa op 31 mei jl. weer een heel succesvol concert met haar Griekse liederen heeft gegeven in Zürich. Ik heb zelf het genoegen gehad dit concert bij te wonen in Dortmund en Wenen. Jammer genoeg loopt Nederland niet echt warm voor Baltsa, dus de kans dat we haar in dit concert in Nederland zullen mogen horen lijkt erg klein. Liefhebbers raad ik aan naar haar CD ‘Songs my Country Taught me’ te luisteren.