Operarecensie

Tosca met gebreken blijft Tosca met Puccini

Cast, orkest, regie: op alles was wel wat aan te merken. En toch vond ik de Tosca waarmee Internationale Opera Producties haar seizoen opende overtuigend. Door alle ruis en rafels heen werd het verhaal sterk verteld en kreeg Puccini alle ruimte om te imponeren. En dat deed hij.

Scène met Mariana Panova als Tosca (foto: Nedelian Neshev).

Internationale Opera Producties (IOP) heeft ervoor gekozen haar seizoen 2010/2011 met een kaskraker te beginnen: Tosca van Giacomo Puccini. Niet alleen de aria’s ‘Vissi d’arte’ en ‘E lucevan le stelle’ zijn ware hits, ook de opera zelf geniet een grote populariteit. Het werk staat ongetwijfeld hoog in de lijst meestopgevoerde opera’s.

Tosca gaat kortweg over de zangeres Floria Tosca, die in haar liefde voor de schilder Mario Cavaradossi dwarsgezeten wordt door politiebaas Scarpia. Deze driehoeksverhouding ontwikkelt zich tegen de achtergrond van een politiek woelig tij, vol machtsmisbruik en vrijheidsstrijd. Uiteindelijk loopt het drama zo hoog op, dat alle drie de hoofdrolspelers het leven laten, dan wel ontnomen wordt.

IOP liet regisseur Reto Nickler samen met de Nederlandse ontwerpers Karel Spanhak en Marrit van der Brugt een nieuwe productie van de opera maken en werkte daarbij samen met het koor en orkest van de Staatsopera van Plovdiv (Bulgarije) en een internationale cast.

Zonder gebrek is de productie allerminst, zo bleek gisteravond bij de première in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag. Om een paar dingen te noemen: de hedendaagse aankleding botste weliswaar niet met het verhaal, maar voegde ook niets wezenlijks toe, het orkest was hier en daar vals en onsamenhangend en de solisten zongen weinig genuanceerd.

Alfio Grasso gaf bijvoorbeeld zijn rol van Scarpia nogal eendimensionaal gestalte. Hij had wel een geschikte gemene, ruwe stem, maar die stem was zo stug en onbuigzaam, dat het vele moois in zijn partij door een gebrek aan bezieling en diepgang gladgestreken werd.

Tenor Giorgio Casciarri stond eveneens op één stand geprogrammeerd: heftig en dramatisch. Een beetje fijnzinnige lyriek kwam bij hem niet voor.

Tosca zelf was simpelweg miscast. Ik heb een hekel aan het woord – het klinkt zo hard – maar in dit geval kan ik er niet omheen. Mariana Panova heeft een stem voor lichte sopraanrollen. Een rol als Tosca is niet één, maar vele maatjes te groot voor haar.

Scène uit de eerste akte (foto: Nedelian Neshev).

En toch. Op een of andere manier kwam de opera wel bij mij binnen en moest ik aan het einde van de avond concluderen dat de productie als geheel een zekere overtuigingskracht had.

Hoe dat kan? Het zal deels komen doordat er wel overtuigend geacteerd werd, met name door Panova, die dan misschien niet de stem voor haar rol had, maar wel het uiterlijk en de acteerkwaliteiten. De trots, jaloezie en kwetsbaarheid van Tosca wist ze geloofwaardig over te brengen.

Ook zal het deels komen door de muzikaal fraaiere passages, waar je voldoende je hart aan op kon halen om een leuke avond te beleven. Zo liet Casciarri een paar imponerende hoge noten en frases horen, was het orkest erg subtiel en gevoelig rondom de aria ‘E lucevan le stelle’ en zong Panova een verrassend kunstig ‘Vissi d’arte’. Met name de lange, gevoelig ingekleurde lijnen waarmee ze eindigde, getuigden van veel muzikaliteit. Een mooie zangeres is ze zeker.

Meer nog dan deze twee aspecten lag de overtuigingskracht van de productie echter in het simpele feit dat Nickler, ondanks de wat moderne aankleding, het verhaal vertelde zoals het was. De scènes en personages klopten als een bus en de decors schilderden de juiste sfeer. Het verhaal was volgens mij voor iedere leek te volgen.

Met deze ongecompliceerde aanpak maakte Nickler ruim baan voor Puccini en zijn muziek. En dat was eigenlijk het enige dat hij moest doen. Geef deze componist een beetje ruimte en hij steelt je hart, dwars door alle gebreken van een productie heen. Hoe makkelijk kan opera zijn?

Tosca is tot en met 16 oktober nog zeventien keer te zien in verschillende theaters en schouwburgen in Nederland en België. Let op: er wordt gewerkt met een dubbele bezetting van diverse rollen. Zie voor meer informatie de website van Internationale Opera Producties.

Vorig artikel

Vocale Serie opent met debuut Pogossov

Volgend artikel

Youtube-portret: László Polgár

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

1 Reactie

  1. Femke van Loo
    14 februari 2012 at 13:03

    Inmiddels is het alweer een hele poos geleden. Toch zit deze uitvoering nog steeds in mijn gedachten.
    Het was inderdaad een aparte ervaring voor het publiek in de zaal. Een prachtig orkest!De soms wat mindere passages stelden menig zangliefhebber licht teleur maar toch was het verhaal duidelijk, precies zoals u beschrijft.
    Het decor echter liet voor mij nog wel iets te wensen over. De ‘moderne’ kleding vond ik ronduit verschrikkelijk en erg ongeloofwaardig. Natuurlijk kan je proberen het meer in deze tijd te plaatsen, maar dat werd door het sobere decor al wel gerealiseerd. Excuseer me als ik zeg dat de jurk van Tosca me deed denken aan een jurk die bij een kringloopwinkel vandaan is gehaald. Ook de ‘rijkelijk’ gedekte tafel was niet geloofwaardig.

    Maargoed, natuurlijk gaat het niet alleen en altijd om het uiterlijk, vooral niet bij zo’n klassiek drama als Tosca! Wat een geweldig verhaal, wat een geweldige compositie. Ik heb van de uitvoering genoten en ben fan van de opera. Toch had de productie een groter succes kunnen zijn met verschillende aanpassingen..

    Ik ben benieuwd naar het volgende project van Internationale Opera Producties.