Operarecensie

Goddelijke zang in Antwerpse Semiramide

Regisseur Nigel Lowery heeft stevig zijn stempel gedrukt op de nieuwe Semiramide bij de Vlaamse Opera. In negatieve zin, welteverstaan. Desondanks kan hij de cast van eersteklaszangers er niet van weerhouden goddelijk te zingen.

Semiramide, een ‘belcanto-Parsifal’. Zo werd de opera door Aviel Cahn, de baas van de Vlaamse Opera, genoemd in zijn dankwoord aan de hele cast na de première op 12 december in Antwerpen. Een vreemde vergelijking op het eerste gezicht, maar als je goed nadenkt, zit er wel wat in. En niet alleen maar omdat de opera ruim vier uur duurt.

Semiramide was Rossini’s laatste ‘opera seria’ uit zijn Italiaanse belcanto-periode en verwijst al naar wat komen zal: de Franse ‘grand opéra’. De vermenging van beide stijlen maakt het werk uiterst boeiend en behoorlijk innoverend. Het gaat ook ergens over en het is mij werkelijk een raadsel waarom het zo zelden wordt opgevoerd.

Myrtò Papatanasiu als Semiramide (foto: Annemie Augustijns).

Toegegeven: het verhaal van een Assyrische koningin die haar man heeft vermoord en jaren later verliefd wordt op haar doodgewaande zoon is misschien een beetje verwarrend. Maar dat zijn we inmiddels allang gewend toch? Zeker als we onze ‘klassiekers’ kennen: Orestes, Oedipus, de hangende tuinen van Babylonie, Phaedra… Maar ook Hamlet en Lady Macbeth.

Daar kan een beetje regisseur zeker mee uit te voeten, mits hij niet al te veel wil duidelijk maken en uitleggen. Het publiek is niet dom! Wij weten heus wel dat het verhaal van alle tijden is! Maar dat is precies waar deze Antwerpse productie van Nigel Lowery uiteindelijk aan kapot ging.

Lowery’s uitgangspunt was uitstekend en ik was ook bijzonder gecharmeerd van de meeste van zijn decors (Lowery nam, behalve de regie, ook het decor en de kostuums voor zijn rekening). Ongekend boeiend vond ik zijn keuze om een (bewerkte) foto van het door Amerikanen gebombardeerde paleis van Saddam Hoessein – gekleurd en op een groot doek geschilderd – als het paleis van Semiramide te laten fungeren. Een zeer geslaagde illustratie van oude pracht en praal (en de absolute macht!) met het totale verval.

Maar voor de rest… Laat ik het er maar op houden dat ik er niets van heb begrepen en dat het aan mij ligt.

De kostuums waren van alles: Albaniërs, Assyriërs, Barbiepoppen in baljurken, strakke jaren ’50, lelijke jaren ’60. Semiramide had een dubbelgangster, het koor was unisono als man verkleed (terwijl in het libretto nadrukkelijk de aanwezigheid van vrouwen wordt vermeld!). Er liep een Nosferatu rond, er was een wandelend glittergordijn, er werd met kisten gesjouwd en het koor bediende zich van een soort geheimzinnige gebarentaal die heel erg spastisch aandeed.

Ann Hallenberg als Arsace (foto: Annemie Augustijns).

Gelukkig was er nog de muziek en die was niet minder dan goddelijk! Voor Semiramide heb je minstens vier eersteklaszangers nodig, die ook nog eens kunnen acteren, hun coloraturen paraat hebben en alle registers (zowel naar boven als naar beneden) kunnen opentrekken. Nou, die waren er wel. Allemaal.

Om te beginnen was er Ann Hallenberg als Arsace. Zelden nog hoor je een alt van zo’n immense schoonheid, met het juiste timbre en een perfecte laagte (en hoogte!) Haar stem heeft de juiste dosering van vibrato en zij beschikt over een ongekend kleurenpalet. Daarbij is zij een fantastische performer; zij was als heldhaftige krijgsheer, maar ook als verliefde tiener en verscheurde zoon meer dan geloofwaardig. Wat een artieste!

Haar duetten met Myrtò Papatanasiu (een werkelijk voortreffelijke Semiramide) deden mij soms aan Sutherland/Horne denken. Zo’n perfecte samensmelting van stemmen hoor je echt zelden meer.

Robert McPherson (Idreno) hoorde ik al als Leopold (La Juive) in Tel Aviv. Sinds die tijd heeft hij een enorme ontwikkeling doorgemaakt. Zijn stem is groter geworden, soepeler ook. Met zijn perfect zittende hoge noten (en denk hier niet aan een ‘magere’ C!) blies hij de zaal op.

(Foto: Annemie Augustijns.)

De (zeer?) jonge basbariton Igor Bakan was een fenomenale Oroe. Ondanks de belachelijke outfit als handelsreiziger kon hij het karakter van de Hoge Priester weten over te brengen.

En als we het over een belachelijke outfit hebben… Josef Wagner (Assur), in het echt een aantrekkelijke jongeman, werd zo toegetakeld dat je het niet aannemelijk kon maken dat welke vrouw dan ook (laat staan de koningin) zich met hem zou inlaten.

Gelukkig heeft een regisseur geen grip op de stembanden, dus ondanks al zijn tegenwerking werd Assurs waanzinaria zowat het hoogtepunt van de hele voorstelling. Ik moest aan Bellini’s I Puritani (Cinta di Fiori) denken… Zou hij Semiramide hebben gehoord?

Mensen: ga naar Antwerpen of Gent! Doe desnoods je ogen dicht (soms moet dat ook wel, vanwege de fel in je ogen schijnende lantaarns), maar de muziek en de zangers mogen niet gemist worden!

Zie voor meer informatie de website van de Vlaamse Opera.

Vorig artikel

NTR zendt Amsterdamse Fanciulla uit

Volgend artikel

Drie Don Giovanni's in Wenen

De auteur

Basia Jaworski

Basia Jaworski

6Reacties

  1. Pieter K. de Haan
    16 december 2010 at 16:24

    Geachte mevrouw Jaworski,

    Met meer den gewone belangstelling heb ik uw recensie van “Semiramide” van de Vlaamse Opera gelezen en wel omdat ik sinds 1989, met één uitzondering, jaarlijks het Rossini Opera Festival (ROF)in Pesaro heb bezocht en daar ook enkele ensceneringen van “Semiramide” heb meegemaakt. Ik had besloten af te zien van een bezoek aan Antwerpen vanwege de cast, waarin gerenommeerde Rossini-zangers leken te ontbreken. Ten onrechte, zo blijkt uit uw en andere recensies. Misschien valt dat nog in te halen in Gent. Helaas vermeldt U niets over de (muzikale) prestaties van koor, orkest en dirigent, de inmiddels 82-jarige Alberto Zedda, nog steeds artistiek leider van het ROF, een Rossini-expert bij uitnemendheid. Uit een interview met hem heb ik overigens begrepen, dat hij geen bemoeienis heeft gehad met de casting, maar die – naar zijn zeggen met een gerust hart – aan de “baas” van de Vlaamse Opera, Aviel Cahn, heeft overgelaten. Terecht blijkbaar.

  2. vandenreecksimonne
    19 december 2010 at 13:12

    orkest koor en zangers volkomen ok maar di kostums en decors plus belichting een aanfluiting wie kan er in zo een maskerade geloven gewoon lelijk semiramide is wel een heel mooie vrouw haar kostum zette haar lichaam wel extra in de verf maar een assyrische vorstin kon je er echt niet in zien grtjes voor alle toeschouwers

  3. Steven SURDÈL
    23 december 2010 at 11:37

    Ook mijn dank voor deze boeiende recensie, waarvan ik de namen zeker zal onthouden. Desondanks zie ik me niet naar de opera gaan om de avond deels met gesloten ogen door te brengen. Alleen al die groene zuurtjeskleur hierboven, brrrr…

    Hopelijk komt er binnen afzienbare tijd een CD op de markt. Tot dan grijp ik met veel plezier naar mijn CETRA-DOC LP met Sutherland en Simionato uit 1962; zeer aan te bevelen voor verzamelaars.

  4. Joris Ceulemans
    12 januari 2011 at 12:28

    Lieve operaliefhebbers;

    Ik ben dinsdag 11 jan. naar Gent gaan kijken. En te kijken is er wel wat. Er wordt gesleurd met trappen, hele constructies, houten panelen, houten blokken, gordijnen, kledij. Ge kunt het u niet inbeelden wat er allemaal het decor passeert. Op die manier wordt de aandacht voortdurend afgeleid van de muziek. Die is prachtig en het koor doet, naast al dat sleurwerk met die decorstukken, voortreffelijk werk.
    Toch de moeite om te gaan luisteren.

  5. HILLEWAERE MARC
    17 januari 2011 at 16:06

    Aan iedereen die een laatste kans nog wil grijpen om dit meesterwerk te zien…WOENSDAG 17 JANUARI OM 18U30 in Gent. Kom niet te laat want na de ouverture kan je er niet meer in.
    Het publiek is laaiend enthousiast!

    Marc Hillewaere
    Onthaal Gent

  6. Antonio
    8 april 2013 at 09:32

    Goed nieuws voor een ieder die de opera toen gemist heeft: Dynamic heeft de Antwerpse opvoering op cd (!) uitgebracht!

    http://www.dynamic.it/e_scheda_pro.php?pid=926