AchtergrondBinnenkortFeatured

In de huid van Don Giovanni bij DNOA

Voor regisseur Sybrand van der Werf is het zijn eerste enscenering van Don Giovanni en bariton David Visser maakt in de opera van Mozart zijn hoofdroldebuut. Tijdens de repetities voor de nieuwe productie van de Dutch National Opera Academy sprak Place de l’Opera met de twee. “Don Giovanni is een verzamelaar.”

Repetitiefoto van Don Giovanni (© Dutch National Opera Academy).
Repetitiefoto van Don Giovanni (© Dutch National Opera Academy).

Het is de eerste dag van de theaterrepetities voor Don Giovanni. Cast en creatief team zijn van het Amsterdamse conservatorium verhuisd naar dat in Den Haag. Beide instituten werken samen in een masteropleiding van twee jaar voor operazangers, de Dutch National Opera Academy (DNOA). Vast onderdeel zijn complete operaproducties, naast de theorielessen, individuele coachings en auditietrainingen. Op 9 januari gaat de eerste productie van deze lichting studenten in première: Mozarts Don Giovanni.

Terwijl op het podium het decor wordt opgebouwd, praten regisseur Sybrand van der Werf en bariton David Visser achter in de zaal over hun werk. De twee hebben uitgesproken meningen over het stuk en discussiëren met merkbaar plezier over de inhoud en de betekenis van de opera en de figuur van Don Giovanni.

Zo veel menselijks

Van der Werf: “Waarom ik ja heb gezegd tegen de uitnodiging om deze opera te regisseren? Niemand zegt nee tegen Don Giovanni.” David Visser vult aan: “Ook al die vrouwen niet…”

Regisseur Sybrand van der Werf (© Lennart Monaster).
Regisseur Sybrand van der Werf (© Lennart Monaster).

Van der Werf: “Er was een halfjaar tijd, dat is korter dan ik meestal heb. Maar het stuk lag al jaren op mijn werktafel. Ik had nog nooit een complete regie voorbereid, maar de partituur wel uitgebreid bekeken. Dan dacht ik: jee, dit is mooi. En: oh, die aansluiting van de scènes! Toen ik de allereerste keer de opera doornam, was mijn voorlopige conclusie: het begin is spannend, het eind is leuk, maar daartussen… Maar nu ik er elke dag intensief met de zangers mee werk, realiseer ik me telkens opnieuw dat er zo veel dramatisch en zo veel menselijks gebeurt in dat verhaal.”

Ook tijdens het werken ontstaan er nog nieuwe inzichten. Van der Werf: “Eén van de twee zangeressen die alternerend Donna Elvira zingen (er is voor verschillende rollen een dubbele cast) had na de doorloop vorige week bij het kwartet het idee dat er nog meer inzat. Ik had bij het begin van de repetities iets gezegd dat er nog niet voldoende uitkwam. Daar hebben we toen wat tijd aan besteed en dan krijg het een extra randje. Zowel het karakter van Don Giovanni als dat van Donna Elvira wonnen er wat mee aan diepte.”

Bassig of bariton

Bariton David Visser maakt deel uit van de huidige lichting studenten van de DNOA. Bij het plannen van de productie is gekeken naar de rollen in de opera en de beschikbare stemmen. “Voor de meesten van ons is dit de eerste grote operarol. Voor mijn bereik is de rol van Don Giovanni geen probleem.”

Hoewel de andere hoofdrol, die van de knecht Leporello, ook voor een lage mannenstem is geschreven, was dat geen optie. Visser legt uit: “In de partituur staat ‘basso’ bij Leporello en ‘bariton’ bij mijn rol. Beiden hebben een e als hoogste noot, maar op het moment dat ze samen zingen, staat Leporello altijd een balk onder die van mijn rol. Leporello is veel meer bassig, ik ben een echte bariton.”

Bariton David Visser.
Bariton David Visser.

De opera is al heel vaak geënsceneerd en dat betekent dat het publiek al uitgebreide beelden heeft over hoe het verhaal moet worden vormgegeven. Van der Werf: “Er is een flinke boekenkast volgeschreven over Don Giovanni. Door je daarin te verdiepen, wordt het stuk en je benadering ervan weliswaar rijper, maar je moet er wel een echte voorstelling van maken. Natuurlijk lees ik me uitgebreid in; ik wil van alles weten over het stuk. Maar als je als regisseur een groot plan hebt, maar dat niet op het podium weet te krijgen, dan heb je daar niks aan.”

Zijn aanpak laat zich kort samenvatten: “Eerst maar eens gewoon het verhaal vertellen.”

Een echte libertijn

David Visser verdiepte zich, naast het werken met de partituur, ook op andere manieren in het karakter van Don Giovanni. De zanger, die eerder afstudeerde als psycholoog, ging grondig te werk. “Ik heb veel gelezen: Otto Rank, die een boek schreef over Don Juan, maar ook Kierkegaard. Ik zie Don Giovanni als een echte libertijn, al is dat concept ons een beetje vreemd geworden. Een amorele man, zonder gevoel voor goed of kwaad. Althans, hij acht dat niet op zichzelf van toepassing.”

“Ik denk dat hij verzamelaar is”, meent Visser. “Hij moet het allemaal hebben. Daarom is die catalogus, die opsomming van al die veroveringen, belangrijk voor hem.” Van der Werf: “In de boeken die over het karakter geschreven zijn, is hij vervormd tot een vrij tragische figuur, die de dingen doet omdat hij eenzaam is. Die lijn sprak me niet zo aan. Don Giovanni doet het omdat het kan!” Visser: “Ik zie hem ook als een lachende man, iemand die lol heeft in de dingen die hij doet en zich door niemand de les laat lezen.”

Flikker op

Don Giovanni heeft – ook als de Commendatore hem helemaal aan het eind van de opera aanspreekt – geen berouw. Hij zingt dan ‘No ch’io non mi pento!’ Visser: “Hij heeft zeker geen spijt. We zijn nog bezig met die scène, waarin ik als Don Giovanni schrik van de hand van de Commendatore. Maar net vóór die zin denkt mijn karakter: flikker op, mij krijg je niet. Dat roept de muziek ook op, die is zo goed. Niemand zegt tegen Don Giovanni dat hij moet stoppen. Dus ook Leporello niet.”

Repetitiefoto van Don Giovanni (© Dutch National Opera Academy).
Repetitiefoto van Don Giovanni (© Dutch National Opera Academy).

Van der Werf: “Er is weleens gezegd: Don Giovanni en Leporello zijn samen één karakter. Leporello wijst zijn baas op zijn wangedrag, maar komt er nooit doorheen.”

David Visser staat voor het eerst op een groot operapodium en dat bevalt uitstekend. “Ik heb nog nooit iets leukers gedaan. Het is heerlijk om te spelen. Bij oratorium ligt alle nadruk op je stem, maar hier komt zo veel meer bij kijken. Ik wist vooraf niet zeker of dit voor mij mogelijk was. Mijn docente Sasja Hunnego heeft me geholpen om mijn ambitie te realiseren. Het is doodeng aan de ene kant, maar ik voel me aan de andere kant als een vis in het water.”

Onaardig

David Visser is een grote, maar ook enigszins braaf uitziende man, die merkte dat het werken aan de rol effect had op zijn gedrag buiten het repetitielokaal. “In oktober was ik een weekendje weg met vrienden. Achteraf zei mijn vriendin: je was onaardig. Toen dacht ik: oei, daar moet ik mee oppassen.”

De bariton, die als zevenjarige werd aangenomen aan de koorschool St. Bavo in Haarlem, is een ervaren oratoriumzanger en liet ook al eens een fraaie Aeneas horen en zien in een concertante uitvoering van de opera van Purcell. Visser: “Ik kan braaf lijken, maar ik denk dat het toch in me zit, ergens in mijn fantasiewereld. In mijn fantasie ben ik veel agressiever en verleidelijker, veel minder net dan ik me in het gewone leven gedraag. Maar ik ben een keurige jongen, dus dat blijft allemaal fantasie. Zo ben ik de rol ingegaan. Ik zie het echt als het uitleven van een fantasie, dus het zit er al. Misschien is het bij mij sterker aanwezig dan je zou denken, maar ik vermoed dat iedereen wel iets herkent van zulke fantasieën.”

Oude waarden en normen

Regisseur Sybrand van de Werf legt uit wat zijn uitgangspunten zijn bij zijn regie. “Ik vind het belangrijk dat Don Giovanni in een wereld leeft waarin de oude waarden en normen op de helling staan. Dat was in de tijd van Mozart zo – met dank aan de verlichting – en dat is nu ook weer aan de orde. Voor mij zijn de Commendatore en Donna Anna de oude wereld, en niet Don Giovanni maar Don Ottavio vertegenwoordigt de nieuwe. Hij is een echte verlichtingsdenker, iemand die zegt: jongens, even zitten, even denken, geen bloedwraak meer. En hij haalt de politie erbij. Don Giovanni onttrekt zich daaraan, dat is een individualist pur sang.”

Visser: “Ik was bij de presentatie van de regie door Sybrand blij dat hij van Don Giovanni geen tragische held wilde maken.” De regisseur meent: “Het is aan het eind niet een tragische held die sterft, het is een individualist, hij moet echt dood.” Lacht: “Al durf ik dat eigenlijk niet te zeggen hier met David naast me.” Die reageert: “Het is in de voorstelling mijn taak om je ongelijk te geven, te zorgen dat iedereen het jammer vindt dat ik dood ga.”

Don Giovanni wordt op 9, 10, 12 en 13 januari opgevoerd in het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Zie voor meer informatie de website van de Dutch National Opera Academy

Vorig artikel

Opera Zuid brengt Wie is Loesje? terug

Volgend artikel

Kaspar Kröner maakt cd-debuut

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.