FeaturedOperarecensie

Sinfonietta overrompelt met Mahlers Lied

Een nieuwe lente, een nieuw geluid! In het eerste mooie weekend van 2017 wierp Amsterdam Sinfonietta verfrissend zonlicht op Das Lied von der Erde, Mahlers diepzinnige ode aan de transformerende kracht van het voorjaar. Nikolai Schukoff en Thomas Oliemans stonden garant voor doorleefde vocale bijdragen.

Thomas Oliemans. (© Marco Borggreve)
Thomas Oliemans. (© Marco Borggreve)

Gustav Mahler hoorde zijn Lied von der Erde zelf nooit, maar na zijn dood verwierf de unieke liedsymfonie een onwrikbare plek in het repertoire. Toch was de presentatie door Amsterdam Sinfonietta vrijdag in het Muziekgebouw aan ’t IJ letterlijk ongehoord. Een bariton in de altpartij, door de componist zelf gesanctioneerd, wordt steeds gangbaarder, echter zelden in combinatie met Arnold Schönbergs orkestreductie, hier weer uitgebreid met meervoudig bezette strijkers.

Waarom überhaupt een bewerking van een stuk dat van zichzelf zo kamermuzikaal getint is? Dat vereist een stap uit onze tijd, waarin Spotify of YouTube moeiteloze toegang verschaffen tot nieuwe muzikale werelden. Een eeuw geleden lag dat anders, wat voor Arnold Schönberg reden was om vanaf 1918 met de ‘Verein für musikalische Privataufführungen’ abonneeconcerten te organiseren van recente kamermuziek en orkestwerken in kleine bezetting. Het doel was publiekseducatie in een rigoureus format: applaus noch recensenten welkom!

Ook Schönberg hoorde nooit zijn versie van Mahlers Lied, vanwege een spoedig bankroet in 1921. Kort daarvoor bewerkten én speelden Alban Berg, Anton Webern en Schönberg zelf enkele walsen van Johann Strauss jr., gevolgd door een veiling van de manuscripten. Zo bood de zwierige dansmeester het trio strenge nieuwlichters kortstondige ademruimte, en bovendien Sinfonietta vrijdag een luchtige opmaat tot het hoofdwerk.

Ontdaan van associaties met ruisende baljurken en klatergoud ademde de Schatzwalser en Wein, Weib und Gesang een bitterzoete melancholie, mede dankzij de nasale tonen van een harmonium. Indachtig de doelstelling van de Verein opende Sinfonietta met Aria (2015) van Jörg Widmann, rijk aan laatromantische reminiscenties. De ijle, smachtende tonen vervloeiden letterlijk en figuurlijk naadloos met de merkbaar vreugdevol vertolkte walsen.

Nikolai Schukoff. (© Balmer & Dixon)
Nikolai Schukoff. (© Balmer & Dixon)

Bij Das Lied von der Erde meende menig toeschouwer wederom met losse aria’s van doen te hebben, gezien het ongepaste applaus na elk deel. Terecht was de bijval wel: beide vocale solisten leverden prachtige prestaties. Tenor Nikolai Schukoff toonde zijn ruime Mahler-ervaring met machtig klaroengeschal in het notoir lastige openingsdeel. Hij hoefde uiteraard niet te vechten tegen een dikke orkestratie, maar drukte desondanks treffend de verlangde pijn en wanhoop uit.

Eén van de mogelijke interpretaties van dit ‘Trinklied vom Jammer der Erde’ is dat het een vraagstelling is over doodsangst en distantie tot de natuur. In het afsluitende ‘Der Abschied’ biedt de vereenzelviging met de continu vernieuwende lente een portaal tot verlossende transcendentie, terwijl de herinneringen en droombeelden in de korte tussenliggende vignetten zijpaden van de levenstocht verbeelden.

Ondanks zijn imposante vocale beheersing en gouden stempracht harmonieerde Schukoff in ‘Von der Jugend’ niet geheel met het instrumentale filigrein. Ook miste ik een gevoel van vervreemding in de spiegelbeeldstrofe, symbool voor snel vervlogen illusies. Maar in ‘Der Trunkene im Frühling’ zocht hij opnieuw overtuigend valse troost in de wijn. Een tikkeltje banaal was wellicht zijn lichaamstaal naar aanvoerster Candida Thompson, die haar viool de door hem genegeerde lenteroep liet zingen.

Thomas Oliemans maakte een lang verhoopt droomdebuut in dit werk met zijn warme bariton, gepaard aan een zeer communicatieve présence. De glans van zijn zachte topnoten, fraai overgaand in de kopstem, compenseerde ruimschoots enkele rauwe momenten in hooggelegen fortepassages.

Bovenal imponeerde zijn tekstuitbeelding, bijvoorbeeld de razendsnelle overgang van vervoering naar apathie in ‘Der Einsame im Herbst’. In ‘Von der Schönheit’ maakte hij knap onderscheid tussen de aanvankelijke pure onschuld en de wellust die in de schijnbaar gelijkluidende reprise sluipt.

Candida Thompson. (© Eric Veenhuyzen)
Candida Thompson. (© Eric Veenhuyzen)

Bij het halfuur durende ‘Der Abschied’ vreesde Mahler zelfmoordneigingen bij het publiek… Oliemans nam de toehoorders echter teder bij de hand voor een louterende luistertocht langs hartenpijn, weemoed en verrukking. Zijn volle maar tegelijk verinnerlijkte stem, vrij van gekunsteldheid, hield de aandacht vast tot de etherische slotmaten, haast wreed verstoord door een welverdiend applaus.

De grootste waardering verdiende Candida Thompson voor dit waagstuk, dat haar naar eigen zeggen paniekaanvallen bezorgde. Schönbergs schetsen, in 1983 voltooid door Rainer Riehn, vragen om dertien instrumentalisten, maar Sinfonietta trad in volle strijkkracht aan. De blazers bleven beperkt tot vijf, echter met fluitist, hoboïst en klarinettist dubbelend op diverse instrumenten.

Het beoogde en ook bereikte effect was het beste van twee werelden: zowel de grandeur van het origineel als een direct aansprekende intimiteit. Met energieke en vaste hand opende Thompson dynamische perspectieven, maar ze liet haar troepen ook vrijelijk hun rapsodische lijnen ontvouwen.

Een zuurpruim spreekt mogelijk over vlees noch vis: ultieme transparantie ontbrak immers, samen met kleurbepalende instrumenten als harp en mandoline. Harmonium en piano, de laatste bespeeld door Paolo Giacometti, vervulden die rollen, maar bleven verder vrij anoniem. Persoonlijk was ik echter ronduit gefascineerd door deze aanpak van een werk dat nooit al zijn geheimen zal prijsgeven.

Vorig artikel

DNO geeft sneak peek van aus LICHT

Volgend artikel

B.O.O.M. brengt Zauberflöte on the move

De auteur

Martin Toet

Martin Toet