bioscoop operaFeaturedNieuwsOperarecensieRecensies

Elza van den Heever triomfeert als Salome

Op zaterdag 17 mei was Live in HD vanuit de Metropolitan Opera een voorstelling van Salome te zien. Zoals gebruikelijk woonde ik die bij in Filmtheater Pathé Schouwburgplein Rotterdam. De productie was die van Claus Guth en Elza van den Heever vertolkte de titelrol.

Elza van den Heever in de titelrol van Strauss’ Salome. Foto: ©Evan Zimmerman / Met Opera

Deze productie heeft een merkwaardige voorgeschiedenis. Oorspronkelijk was het een coproductie van het Bolshoi en de Met waarbij de première in Moskou zou plaatsvinden. Dat gebeurde daadwerkelijk, in februari 2021 toen in de rest van de wereld alles stillag wegens de Covid epidemie. Asmik Grigorian zong tijdens de première en aan alles is te zien dat Guth, haar mentor uit vroeger tijden, Grigorian in gedachten heeft gehad bij de uitwerking van de personenregie. Het is helemaal afgestemd op een zingende actrice. Met deze Salome zouden Guth en Grigorian later dat jaar beiden hun debuut maken in New York maar dat kwam er niet van. Uiteindelijk kwam Grigorians huisdebuut pas in 2024 als Butterfly en het gerucht gaat dat ze in een van de komende seizoenen alsnog deze Salome zal vertolken in de Met.

Nu was de eer weggelegd voor Elza van de Heever en hoewel ik het volste vertrouwen had in haar muzikale kwaliteiten, vroeg ik me tevoren wel af hoe ze zich acterend staande zou weten te houden. Dat was geheel onnodig: van staande houden bleek geen sprake, het was ronduit zich profileren als acterende zangeres, zonder enige terughoudendheid.

Peter Mattei als Jochanaan en Elza van den Heever in de titelrol van Salome. Foto: ©Evan Zimmerman / Met Opera

Guth komt uit de school van het ‘klassieke regietheater’, bijna een oxymoron maar in Europa zozeer ingeburgerd dat we pas opkijken als er iemand zich te buiten gaat aan wat ik ‘regisseurstheater’ ben gaan noemen. Guths keuze om deze Salome te situeren in een Victoriaanse setting (Oscar Wilde schreef zijn toneelstuk waarop Strauss zijn opera Salome baseerde in 1893 red.) is dan ook weinig opzienbarend. Het uit zich vooral in de kostumering en de overwegend zwarte decors. Alleen als Salome in haar onderjurk rondloopt zien we wat verlichting. En Herodias loopt, zoals bijna gebruikelijk, in het felrood.

Een scene uit Strauss’s Salome met in het midden Elza van de Heever als Salome.Foto: Monika Rittershaus

Jochanaan wordt hier niet uit zijn cisterne gehaald, maar Salome daalt via een wenteltrap af in de kelder van deze Victoriaanse mansion. Daarmee daalt ze tegelijkertijd af in de ‘kelder’ van haar jeugd en vooral de pijnlijke herinneringen daaraan. We zien Jochanaan in een grote ruimte, rechts op het toneel aan de wand geketend. Links staat een hobbelpaard. Op een ver uitstekend kozijn zit een kleine Salome op haar gemak een pop te slopen. Uiteindelijk maken zes meisjes als look-a-likes hun opwachting in leeftijd van een jaar of zes tot twintig waarbij die oudste de veertienjarige Salome moet voorstellen. Er komt een scène voor waarin ze alle zeven bij elkaar staan, onbedoeld grappig doordat het wel erg sterk aan The Sound of music doet denken. De productie stamt uit een periode dat het bijna verplicht was om Salome te benaderen vanuit het misbruikperspectief. En met die Victoriaanse setting halen we natuurlijk en passant Freud in huis.

Elza van den Heever in de titelrol van Salome. Foto: ©Evan Zimmerman / Met Opera

Van meet af aan is duidelijk dat deze Salome niet spoort, zozeer is ze beschadigd door wat haar de voorgaande jaren is overkomen en haar leefwereld heeft bepaald. Wetend dat de verliefde Narroboth haar het liefst ter plekke wil bespringen laat ze hem gewoon komen en doet er zelf een schepje bovenop. Net als je denkt dat ze hem echt zijn gang zal laten gaan houdt ze hem af. Zo was het wel genoeg, het pleit is beslecht, tegen de opdracht van Herodes in laat hij haar die gevangen prediker zien. De scène tussen Salome en Jochanaan die zich vervolgens ontrolt vond ik het hoogtepunt van de voorstelling. Van den Heever wist hier perfect tot uitdrukking te brengen hoezeer er sprake was van oprechte fascinatie. Haar Salome ging volledig voor gaas in de nabijheid van deze vrijwel naakte overweldigende persoon en trok zich hoegenaamd niets aan van zijn beledigingen en afhoudende praatjes. Narroboth wil tussenbeide komen en wordt min of meer per ongeluk gedood doordat een spijl die Salome uit die wenteltrap had gehaald hem doorboort. Op Salome maakt dat niet meer indruk als wanneer hij zijn neus had gesnoten, ze laat zich niet afleiden: die Jochanaan moet ze hebben. En als dat uiteindelijk niet lukt is daarmee zijn lot bezegeld.

Piotr Buszewski als Narraboth, Peter Mattei als Jochanaan, en Elza van den Heever als Salome. Foto: E©van Zimmerman / Met Opera

Dat blijkt duidelijk uit de wijze waarop Guth zijn Salome laat acteren in de scène met Herodes die uitmondt in die onbezonnen belofte als ze maar voor hem wil dansen. Salome is regelrecht bezig haar stiefvader op te geilen, heel bewust zo te zien. En als hij een eed zweert om haar alles te geven wat ze zal verlangen is het verder een formaliteit.

Al die Salome’s in opklimmende leeftijd voeren de dans uit. Aangezien Herodes meestentijds rondloopt met een ramskop over zijn hoofd is het gemakkelijk om een tweede Herodes op een stoel tegenover hem te zetten. Die krijgt vervolgens die zes meisjes voor zich die hij als het ware traint om voor hem te dansen. Steeds als een meisje aan de beurt is trekt grote Salome een zwarte sluier af die ze over haar hoofd heeft. De interacties worden steeds explicieter tot de zesde Salome feitelijk gewoon wordt verkracht. Herodes is verrukt totdat hij beseft in welke strop hij zijn hoofd heeft gestoken.

Elza van den Heever als Salome. Foto: ©Evan Zimmerman / Met Opera

In de kelder zitten weer een paar jongere Salome’s, rustig toekijkend terwijl de ‘volwassen versie’ van vijftien zich met het lijf en het hoofd van de prediker bezighoudt. Als Herodes zijn afgrijzen en vernedering niet langer de baas is en roept ‘Man töte dieses Weib’ krijgt hij een hartstilstand en Salome loop het toneel af. Dat is een van de weinige momenten dat Guth zich een wezenlijke vrijheid veroorlooft gelet op het libretto. Zoals te verwachten: klassiek regie theater maar wel met veel nadruk op het misbruikaspect. Voor het Met publiek, zeker gelet op de diverse recensies, is het toch wel wat onwennig. De term ‘eurotrash’ zal men tegenwoordig niet meer zo snel in de mond nemen maar men blijft afhoudend.

Piotr Buszewski gaf een goede vertolking van de ongelukkige Narrobot, de mooie jongen die carrière heeft gemaakt en het tot kapitein van de paleisgarde heeft gebracht en indirect Salome’s slachtoffer wordt. Michelle De Young maakte iets aardigs van de rol van Herodias, voor zover dat mogelijk is natuurlijk gelet op alle clichés die aan deze rol kleven.

Bariton Peter Mattei was zeer overtuigend als Jochanaan, zowel door zijn gestalte als zijn zang. Ook acterend wist hij van den Heever, die zo ongeveer bij hem probeerde in te breken, goed partij te bieden. De rol van Herodes vind ik vaak wat onbeduidend. Niet zo wanneer tenor Gerhard Siegel hem zingt. Siegel is een ervaren Mime en die gluiperige venijnigheid wist hij ook goed in zijn Herodes tot uitdrukking te brengen. Samen met van den Heever bepaalde hij het succes van hetgeen op het toneel gebeurde.

Elza van den Heever als Salome en Peter Mattei als Jochanaan. Foto: ©Evan Zimmerman / Met Opera

Elza van den Heever heeft een krachtige stem en een redelijk groot bereik waarmee ze vooral in het midden en hoge register een enorm orkest kan overstemmen, geen onnodige luxe bij Salome. In de laagte viel ze wat weg maar ze bleek zeer vast in de hoogste passages, je kon bij wijze van spreken rustig achteroverleunen, geen zorgen, komt goed. De spanning van de handeling voorkwam dat uiteraard. Ik heb al meer dan een dozijn Salome’s live horen zingen en van den Heever zit voor zover je op een herinnering over een periode van bijna 40 jaar kunt vertrouwen in de top drie. Geweldig goed gedaan.

Gerhard Siegel als Herodes en Elza van den Heever als Salome. Foto: ©Evan Zimmerman / Met Opera

Yannick Nézet-Séguin stond zoals gebruikelijk voor het orkest van de Met en liet een prachtige Strauss-klank uit de bak golven. Mede dankzij de techniek die een belangrijke rol speelt bij een live transmissie was nergens te merken of de zangers erdoor werden overstemd. Daar kunnen we in de bioscoop in het voordeel zijn geweest, wie zal het zeggen. Al met al een fantastische ervaring, deze Salome.

Op 31 mei wordt het Live in HD seizoen afgesloten met Il barbiere di Siviglia van Rossini.

Verder kijken, luisteren en lezen

Video trailer Salome.

Nog een trailer.

Scene uit Salome uit de Met: ‘Geh, Such Ihn’

Vorig jaar zag Monique ten Boske een heel andere Salome in Antwerpen.

Elza van den Heever zong olv Yannick Nézet-Séguin Sieglinde in Rotterdam.

 

Vorig artikel

Gewaagde Le Villi & Silenzio Opera Zuid.

Volgend artikel

Dit is het meest recente artikel.

De auteur

Peter Franken

Peter Franken