Prachtige ‘Wozzeck’ bij Opera Vlaanderen
Op 1 juni vond de première plaats van Wozzeck door Opera Ballet Vlaanderen in de opera van Antwerpen. Peter Franken was erbij.

Het libretto van Alban Bergs opera Wozzeck is gebaseerd op het onvoltooide toneelstuk Woyzeck van Georg Büchner (1813-1837), die zich op zijn beurt liet inspireren door een historische gebeurtenis. In 1824 werd de soldaat Johann Christian Woyzeck schuldig bevonden aan de moord op zijn vriendin Johanna Christiane Woost en ter dood veroordeeld. Op de markt van Leipzig werd het vonnis voltrokken.
Tijdens de rechtszaak was er nogal wat te doen geweest over de psychische gesteldheid van Woyzeck. Vandaag de dag zou een goede advocaat hem vermoedelijk wel van het schavot kunnen redden door aannemelijk te maken dat de man in een psychose verkeerde of anderszins ontoerekeningsvatbaar was tijdens zijn daad. Die eigentijdse insteek biedt voor regisseurs een mooi speelveld waarbinnen tal van invalshoeken kunnen worden benut.
Beleving van de titelheld
Regisseur Johan Simons benadert het werk geheel vanuit de beleving van de titelheld. Hij is een arme drommel die het nooit verder zal brengen dan een armzalig bestaan als soldaat in een kazerne die hooguit zo nu en dan zijn vrouw kan bezoeken. Dat hij überhaupt iemand heeft die hij zijn vrouw kan noemen is eigenlijk al heel wat.

Enige tijd geleden regisseerde Simons een zeer geslaagde Don Carlos* voor Opera Vlaanderen waarin hij alles benaderde vanuit de geconstrueerde herinnering van de titelheld die van zijn vluchtige ontmoeting met Elisabeth in Fontainebleau een geweldige grote liefdesgeschiedenis had gemaakt. Al wat volgt werd uitgebeeld conform de op maat gesneden herinnering van Carlos. Iets vergelijkbaars gebeurt ook in deze Wozzeck.
Door Wozzecks ogen
Wozzeck (Robin Adams) is voortdurend op het toneel aanwezig en we zien de andere personages door zijn ogen. De Hauptmann (James Kryshak) zit als een klein kind in een plastic badje om geschoren te worden. Een infantiel persoon zogezegd en dat herhaalt zich bij de Doktor die experimenteert op Wozzeck ten behoeve van eigen eer en glorie. Die zit in een kinderstoel en tegen het einde van de scène duwt Wozzeck zijn hoofd in een bordje bonen, dezelfde bonen die de arme sloeber zelf elke dag moet eten om een paar stuivers te verdienen. En zo gaat het verder met een Tambourmajor (Samuel Sakker) uitgedost als hybride van kermisclown met verentooi en een ballerina.
Het kind dat hij bij Marie (Magdalena Anna Hofmann) heeft verwekt keurt hij geen blik waardig. Zij is een vrouw die leeft aan de zelfkant, maar probeert de schijn op te houden van een nette levenswandel. Dat ze een buitenechtelijk kind heeft hoeft niet direct te betekenen dat ze gewoon een hoer is, ook al wordt er daar door haar omgeving, vertegenwoordigd in het personage van buurvrouw Margret (Lotte Verstaen), wel zo over haar gedacht. Wozzeck brengt haar trouw al het geld dat hij bijeen kan schrapen, maar is zozeer verstrikt geraakt in zijn eigen wereld met waanideeën dat ze elkaar nauwelijks nog kunnen benaderen. De regie toont hun kind als een zwarte lappenpop waar mee gegooid en gesmeten wordt, een voorbode van het leven dat hem te wachten staat als hij opgroeit tot de man die zijn vader nu is: iemand waarmee je kan doen en laten wat je wilt, zo lang je maar hoger op de maatschappelijke ladder staat.

Fragiel bestaan
Marie en vriend Andres (Jong Ensemble lid van Opera Ballet Vlaanderen Hugo Kampschreur) worden getoond zoals Wozzeck hen ziet: als normale mensen waar je op kunt vertrouwen. En daar gaat het mis. Niet met Andres, een beetje een goedzak, maar met Marie die zich laat inpalmen door Wozzecks grootste kwelgeest: de Tambourmajor. En daarmee valt de bodem uit Wozzecks fragiele bestaan. De enige die hem nog wat houvast bood in zijn toestand van beginnende waanzin bedriegt hem en wijst hem af. Dat ze daar later wel spijt van heeft maakt niet meer uit. We kunnen alleen maar gissen wat er in Wozzecks hoofd omgaat en waardoor hij uiteindelijk ertoe besluit Marie te vermoorden. Als je Wozzecks gang door het leven tot op dat moment hebt gevolgd, gecomprimeerd in een paar veelzeggende scènes, dan weet je dat het gewoon fout moet gaan. Misschien had hij ook wel de Tambourmajor kunnen vermoorden in plaats van Marie, wie zal het zeggen.
Het door Sammy van de Heuvel ontworpen decor laat een toneelbeeld zien bestaande uit een viertal hoge witte wanden die enigszins scheef staan en niet geheel op elkaar aansluiten. Samen omgeven ze het gehele toneel. Er staan een paar witte banken in en een van de wanden reikt niet geheel tot de vloer zodat een spleet ontstaat waardoor Marie op en af kan gaan. Wozzeck draagt een wit pak evenals de personages die in zijn beleving net zo min sporen als hijzelf: Hauptmann, Doktor (Martin Winkler) en Tambourmajor. De overige personen zijn normaal gekleed.n veel scènes zet Simons een groepje kinderen op het toneel, zonder duidelijke bedoeling. Alleen in de kroegscène hebben ze enige meerwaarde als leuk uitgedoste figuranten. En aan het einde krijgen ze natuurlijk ook wat te zingen.Bullerend

Bulderend
Het symfonieorkest van OBV stond onder leiding van artistiek leider muziek Alejo Pérez, een dirigent die een flink geluidsniveau niet schuwt. Een bekende dirigeer anekdote luidt: ‘niet naar het koper kijken, dat moedigt ze alleen maar aan.’ In het geval van Pérez kreeg ik de indruk dat het omgekeerde het geval was, zozeer kwam er bij vlagen een bulderend geluid uit de bak. Normaal gesproken is dat voor mij reden tot kritiek ,maar ditmaal vond ik het zeer passend en goed aansluiten bij de rauwe personenregie op het toneel.
Zoiets stelt wel eisen aan het vocaal niveau van de zangers natuurlijk en dat bleek alleszins toereikend. Op een enkele uitzondering na kwam iedereen ruimschoots boven het orkest uit wat regelmatig een overdonderend effect had. Het grootste deel van de voorstelling heb ik dan ook op het puntje van mijn stoel gezeten: een emotionele rollercoaster met bijpassend geluid.
De drie heren die in Wozzecks ogen volstrekt infantiel zijn speelden en zongen hun rol geheel in overeenstemming met die insteek. Vooral James Kryshak als Hauptmann gaf een schitterende invulling aan zijn rol met Martin Winkler als Doktor een goede tweede. Samuel Sakker maakte iets aardigs van de toch wat minde aansprekende rol van Tambourmajor.

Ster
De twee echte hoofdrollen, immers de protagonisten van het finale drama komen voor rekening van Marie en Wozzeck. Sopraan Magdalena Anna Hofmann triomfeerde in haar roldebuut als Marie, perfect gepeeld en smetteloos gezongen. Zware rollen zijn deze Isolde en Brünnhilde natuurlijk niet vreemd, maar Marie is toch weer even wat anders door haar moeilijk grijpbare karakter.
Robin Adams heeft Wozzeck al op veel plaatsen gezongen en kroop en buitelde over het toneel alsof het de laatste voorstelling in zijn carrière was. Hij gaf werkelijk alles, zowel vocaal als acterend en was de absolute ster van de avond.

Veel waardering ook voor de hier niet genoemde medewerkers. Deze Wozzeck is een zeer geslaagde ensemble productie waarin alles klopt, van begin tot einde. Een absolute aanrader.
Verder kijken, luisteren en lezen
Sammy van den Heuvel over het decor van Wozzeck.
Ook een mooie Wozzeck in Barcelona met Annemarie Kremer als Marie.
En Wozzeck bij De Nationale Opera in 2020 met Nederlandse toppers.