CD-recensies

Dessì en Armiliato schitteren in Fanciulla

De Fanciulla del West die in december in Amsterdam was te zien, was schitterend, maar de nieuwe Arthaus-uitgave van de opera van Puccini kan er zeker aan tippen. De cast met echtpaar Daniela Dessì en Fabio Armiliato en sheriff-bij-uitstek Lucio Gallo is uitmuntend.

Het Puccini Festival in Torre del Lago opende in 2005 met een nieuwe productie van La fanciulla del West. ‘Eén van de meest onderschatte werken van de componist’, aldus Arthaus Musik, dat een opname van de productie onlangs in Nederland heeft uitgebracht.

De uitgave is van hoge kwaliteit. In de hoofdrollen zingen Daniela Dessì (Minnie) en Fabio Armiliato (Dick Johnson). Het is duidelijk te merken dat het echtpaar vaker samen zingt en samen dvd’s opneemt. Het klikt, er is chemie. Dat maakt het verhaal boeiend en meeslepend; het is spannend hoe hun relatie zich ontwikkelt, zelfs als je al weet wat er gaat gebeuren.

Met Lucio Gallo als sheriff Jack Rance klikt het eveneens ‘goed’. Hij zet een heel geloofwaardig personage neer en benut alle dramatische kracht van zijn tekst in de confrontaties met Minnie en Johnson.

Die levensechte onderlinge verhoudingen worden alleen maar versterkt door de topzang die uit hun drie kelen klinkt. Dessì mengt op mooie wijze de zang van een stevige, zelfverzekerde vrouw met die van een onzeker meisje. In de tweede akte had ze van mij best nog wel lichter en verliefder mogen klinken en haar hoge noten waren soms wel erg zwaar, maar al met al zet ze een heel innemend karakter neer.

Dat ook door haar fantastische acteerwerk. Alleen al de manier waarop ze haar entree maakt. ‘Wow, wat een vrouw’, denk je als je haar op treffende wijze aan ziet komen lopen, waarna je net als alle goudzoekers aan haar lippen hangt. Voor de rest van de opera.

Armiliato acteert vooral krachtig met zijn stem, die in ieder register klankrijk is en ondanks alle (zeer geslaagde) expressiviteit continu een ontroerende schoonheid behoudt.

En Gallo, tja… het is een cliché, maar hij lijkt in de wieg te zijn gelegd voor deze rol. Hij heeft de look en uitstraling van een sheriff en heeft het juiste ‘toontje’ in zijn zang.

De kleine rolletjes worden uitstekend gezongen en geacteerd door een Italiaanse cast uit het koor Città Lirica. Prachtig is bijvoorbeeld hoe de goudzoekers over hun heimwee zingen in de eerste akte: ingetogen en emotioneel.

Het orkest Città Lirica onder leiding van Alberto Veronesi levert prima ondersteunend werk. Het laat je helemaal opgaan in het verhaal.

De regie van Ivan Stefanutti heeft wel iets. Het ziet er op het eerste gezicht traditioneel uit, maar er staan allerlei uitvergrote objecten op het toneel, zoals een enorme bijbel en twee grote ‘Wanted’-posters. Het verhaal heeft daardoor wel iets weg van een sprookje. Een bijzonder geslaagd sprookje, met uiteraard een happy end. Wat wil je nog meer?

Vorig artikel

Bryn Terfels slechteriken vallen tegen

Volgend artikel

Opera, zomaar, op een woensdagmiddag

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.