AchtergrondBinnenkortInterviews

Een dag in Maastricht met dottore Dulcamara

Op zondag 23 mei presenteren Opera Zuid, de Nederlandse Reisopera en De Nationale Opera gezamenlijk L’elisir d’amore van Donizetti. Geen tournee langs de zalen, wel een wereldwijde stream op OperaVision. Place de l’Opera volgde een dag lang één van de zangers, Sam Carl, die de rol van Dulcamara zingt.

Sam Carl in repetitie voor de rol van Dulcamara in L’elisir d’amore. (© Bjorn Frins)

Oude gebouwen in Maastricht huisvesten deze weken jonge talenten. Het zijn de zangers van De Nationale Opera Studio, die verblijven in de voormalige Sphinxfabriek en repeteren in de ooit als kerk gebouwde Studio Malpertuis van Opera Zuid. Onder leiding van regisseur Marcos Darbyshire en met dirigent Enrico Delamboye wordt er gewerkt aan de voorstelling die komende zondag live online te zien is. L’elisir d’amore van Donizetti is in de benadering van Darbyshire ‘een coming of age opera over het verkennen van je eigen identiteit en het verliezen van je onschuld’.

Eén van de jonge talenten is Sam Carl. Hij staat, met hotelfiets, exact op tijd voor de afspraak bij de ingang van The Student Hotel. Ergens boven in het gebouw doet zijn collega Martin Mkhize stemoefeningen. Martin zingt, zo zal de rest van de dag blijken, vrijwel altijd, ook buiten de bühne. Zijn zang brengt wat kleur in de industriële omgeving van het voormalige fabrieksterrein in het centrum van Maastricht.

De jonge bas-bariton Sam Carl is aan zijn laatste maanden bij De Nationale Opera Studio bezig. Omdat hij al weken in Maastricht verblijft voor de repetities van L’elisir d’amore, voelt het al als het onvermijdelijke afscheid van Amsterdam. Thuis is nog Amsterdam. Het was ooit Londen en het wordt in het najaar Darmstadt. Daar heeft hij voor seizoen 2021/2022 een vast contract bij het Staatstheater Darmstadt. Genoeg te bespreken, terwijl we met de fiets aan de hand de Maastrichtse binnenstad verlaten en richting Malpertuis lopen.

‘Vandaag wordt een drukke dag’, zegt hij. ‘Straks ga ik eerst langs de haar- en make-upafdeling. Ik wil graag mijn haar voor het eerst sinds lange tijd laten bijknippen. Mijn baard is er voor deze productie afgegaan, dat voelt nog vreemd. In deze productie van L’elisir spelen we scholieren en daar past die baard niet bij. Op de eerste repetitiefoto’s draag ik nog mijn eigen kleding, maar vandaag spelen we de doorloop in kostuum. Ontwerper Luis F. Carvalho heeft een nogal hilarische strandoutfit voor me bedacht met een wonderlijk pot hat. Omdat we deze productie als videovoorstelling maken, moeten alle details kloppen.’

Schooluniform

Carl groeide op in Londen en studeerde daar aan de Guildhall School of Music and Drama. Hij stond al op de podia van fameuze zalen als de Barbican en Wigmore Hall en was Jerwood Young Artist bij het Glyndebourne Festival. Sinds seizoen 2019/2020 maakt hij deel uit van de studio van De Nationale Opera. De wereldpremière van Ritratto, eerst op video en afgelopen oktober met twee livevoorstellingen, was één van de hoogtepunten. Een recensent vond zijn rol als Filippo Marinetti ‘excellently sung’.

Het kantoor van Opera Zuid biedt de zanger een ruime kleedkamer. Zijn kostuums hangen klaar, het hoedje is er, verder een zonnebril en een wat patserig gouden horloge. De jongeren dragen in de voorstelling eigentijdse kleding, maar ze beginnen in schooluniformen. Jasjes met bies voor de mannen, rokjes en kniekousen voor de meiden. Carl kent zulke kleding uit zijn eigen Britse schoolverleden, maar heeft er geen plezierige herinneringen aan.

Sam Carl met links regisseur Marcos Darbyshire. (© Bjorn Frins)

‘OperaVision is een laagdrempelig platform dat de voorstelling wereldwijd beschikbaar maakt, dat is fijn’, zegt Carl. ‘Het moet op dat moment tijdens de livestream gebeuren, de spanning van een live-uitzending kan ik goed hanteren. Op een bepaald moment moet je vertrouwen hebben in het repetitieproces. Omdat er geen publiek zal zijn, wordt het wat makkelijker om te concentreren, verwacht ik.’

Glimmend hoofd

Op weg naar het achterste deel van het Opera Zuid-gebouw. Naast het kostuumatelier is de ruimte voor de kap en grime. De zangers moeten er levensecht en eigentijds uitzien; ze dragen geen flamboyante kostuums. ‘Veel kleding voor deze productie is kant-en-klaar ingekocht’, vertellen de kostuummensen met een spoortje van spijt in de stem. Het atelier heeft een uitstekende naam in de operawereld. Er wordt nu gewerkt aan een opdracht van het Festival d’Aix-en-Provence en aan kostuums voor een productie van Lotte de Beer in het buitenland.

Terwijl een stoel verder de grimeuse experimenteert met kunstwimpers voor Julietta Aleksanyan, die Adina zingt, wordt Sams haar bijgewerkt. Hij krijgt een poedertje op zijn gezicht. Veel meer wordt het niet in de schmink. Een glimmend hoofd is taboe voor de camera’s, dus er is overleg over het zeldzame moment dat de zanger niet op het podium staat en bijgepoederd kan worden. De cast is vrijwel voortdurend op de bühne, ook de verkleding vindt daar plaats.

Voor L’elisir d’amore moest Sam Carl afscheid nemen van zijn baard. (© Place de l’Opera)

Terug in de kleedkamer vertelt Sam over het werken in Maastricht. ‘Het is erg leuk met de collega’s van de studio, de sfeer is goed. We zijn de repetitieperiode gestart met improvisatieoefeningen, om met elkaar aan de slag te kunnen. De terrassen zijn nu open, maar af en toe eens met zijn alleen naar het café gaan – wat ik cruciaal vind voor de sfeer – zit er nog niet in.’

Relaxed én cool én kalm

Nog maar 28 is Sam Carl, die zijn stem nog heel lang hoopt te gebruiken. ‘Andere stemvakken moeten veel zuiniger zijn op de jaren die ze vocaal kunnen bloeien. Ik heb de tijd. Het gaat mij erom dat ik een gelukkig leven en een vervullende loopbaan heb.’

Hij vertelt over zijn dromen en verwachtingen op professioneel gebied. ‘Natuurlijk wil ik ooit Wagner zingen, en de grote Strauss-rollen. Maar ik wil zorgvuldig met mijn vocale ontwikkeling omgaan. Ik ben nu bezig met Leporello uit Don Giovanni. In juli zal ik die rol zingen tijdens het Dorset Opera Festival.’

‘Het is ook heerlijk om iets duivels te spelen, zoals Nick Shadow in The Rake’s Progress. Dit najaar zing ik die rol bij de Glyndebourne Tour. In mijn schema in Darmstadt is daarvoor ruimte gemaakt. Ik vind het uitdagend om een naar, angstaanjagend karakter te spelen. Ik word geïnspireerd door zangers van wie niet alleen hun stem interessant is. Iemand als Christopher Purves, die ik weleens heb meegemaakt in een productie.’

‘Dulcamara in deze L’elisir d’amore is fijn om te doen. Het is soms heel snel; niet elk woord wil ik benadrukken. Dulca is qua ligging vrij hoog en het is de kunst om dramatische manieren te vinden om relaxed én cool én kalm te zijn terwijl ik deze veeleisende muziek zing. Italiaans is een taal waarin ik me graag uitdruk. Mijn vriendin is Italiaanse en ik kan me inmiddels goed redden. Toen ik bij DNO cover was voor Alidoro in La Cenerentola zat ik in een cast vol Italianen en de gesprekken met hen waren leuk. Ik zag ook hoe de Amerikaan Lawrence Brownlee een geweldige linguïst is. Hij spreekt de taal echt. Dat leerde me opnieuw hoe belangrijk talen zijn voor een zanger.’

De jongeren drinken het liefdeselixer van Dulcamara. (© Bjorn Frins)

Niet alleen in de dagelijkse fietstocht naar Malpertuis is Sam Carl on the move. Zijn loopbaan is volop in beweging, met een goedgevulde agenda voor de komende tijd. Hij heeft niet erg geleden onder de beperkingen van de coronacrisis. ‘Ik had het geluk dat ik het afgelopen jaar in de studio kon werken. Niet alle opera’s die gepland stonden zijn doorgegaan, maar we waren elke dag bezig. Hier in Maastricht kunnen we weer een complete opera doen en oefenen op de complexiteit van het zingen op een podium en het contact met de dirigent. Ik heb heel veel met piano gewerkt dit jaar, dus ik zie ernaar uit met het orkest te kunnen zingen.’

‘Ik begon aan mijn periode bij De Nationale Opera Studio met het idee dat ik graag de praktijk in wilde, veel rollen zingen en minder bezig zijn met het ambacht. Maar juist door corona stond dat ambacht centraal in wat we konden doen. Ik heb het laatste jaar online les gehad van Ildebrando D’Arcangelo en ik heb met Luba Podgayskaya, onze Russische repetitor bij de operastudio, veel gewerkt aan het Russische repertoire. We hebben onlangs in het Faust-programma van NTR Opera Live op Radio 4 onder meer Moessorgsky’s ‘Lied van de vlo’ gedaan.’

Luchtverversing

Er moet gezongen worden: een uur in het dagschema is beschikbaar voor het doornemen van lastige passages in de partituur. Het is Hemelvaartsdag, maar vrijwel iedereen van Opera Zuid is aanwezig. De regisseur kijkt vanaf de eerste rij, het woord is vooral aan dirigent Enrico Delamboye. Met de elegantie van het belcantorepertoire dat hij met pianist en zangers doorneemt, jaagt hij de boel verbaal aan. Het is een dag vóór de Sitzprobe, waarbij de zangers en het orkest elkaar voor het eerst ontmoeten. Er zijn wat vocale slakken en Delamboye strooit er welgemoed zout op. Af en toe stelt hij de zangers gerust bij de lastige tempowisselingen in Donizetti’s partituur: ‘I breathe with you.’

Na het razende tempo van de muziekrepetitie is er weinig tijd voor een pauze, maar iedereen wordt – haast letterlijk – de zaal uitgeblazen door de enorme buizen van de luchtverversing. Coronamaatregel, legt uitvoerend producent Rudy van Wijk uit. Hij heeft eerder ervaring opgedaan met een livestream van Opera Zuid in november. ‘We hebben dezelfde mensen. De man voor het geluid is er gelukkig weer bij. Door het Songfestival in Rotterdam was het zaak tijdig de videofaciliteiten in te huren, want bijna alles staat daar deze week.’

Intendant Waut Koeken zucht even bij de vraag of dit nou de laatste videovoorstelling wordt voor zijn operahuis. ‘Niet, denk ik, maar ik hoop dat we in de toekomst technologie complementair kunnen inzetten aan waar wij voor op aarde zijn: live-opera maken in een zaal voor publiek.’ Hij klopt snel op een houten tafelblad. ‘Onze volgende productie, Roméo et Juliette, staat gepland voor een tournee in het najaar, vanaf november in de theaters. Natuurlijk is er een plan B en ook nog een plan C, maar daar willen we nu nog even niet aan denken.’

Zelfvertrouwen

Sam Carl maakt zich op voor een complete doorloop, in kostuum en met nog alleen pianobegeleiding. Net als de anderen benut hij in zijn rol de volle ruimte van het decor, met wat extra werk aan de huisbar. ‘Als Dulcamara ben ik niet de wonderdokter die een liefdeselixer meebrengt, maar mix ik wat met de dingen die al in huis zijn; drank uit de bar en pillen uit het medicijnkastje van de ouders.’ Hij zingt graag voluit, maar realiseert zich dat hij met nog een week te gaan zijn stem moet ontzien.

Iedereen is op en voor het podium klaar voor de doorloop, die wordt voorafgegaan door een energizerritueel dat voor een buitenstaander onbegrijpelijk is, maar dat ervoor zorgt dat iedereen ‘aan’ staat. Zonder grote onderbrekingen wordt de hele productie doorgezongen en gespeeld. De zangers stralen zelfvertrouwen uit in hun rollen en weten precies wat ze te doen hebben.

Het is al na zes uur als de dag net zo eindigt als hij begint. Op de achtergrond is vanuit zijn kleedkamer Martin Mkhize te horen. Zelfs na de lange middag blijft hij zingen. Sam Carl kan zijn fiets pakken naar The Student Hotel. ‘Morgen is een belangrijke dag. Na een dik jaar vrijwel alles met piano te hebben gezongen, komt morgen de philharmonie zuidnederland erbij. Ik kijk ernaar uit!’

Zie voor meer informatie over de livestream van L’elisir d’amore op 23 mei de website van Opera Zuid. Alles over Sam Carl leest u op zijn persoonlijke website.

Hieronder een video over de productie:

 

Vorig artikel

Beauty Queens laten Donizetti stralen

Volgend artikel

Cité de l’Opera: Pretty, Carel en Sam

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.