FeaturedOperarecensie

Trionfo geeft Skupoy Nederlandse première

Hofcomponist Pasjkevitsj schreef Skupoy al in 1782, maar in Nederland werd de opera nooit opgevoerd. Net zo min als enig andere Russische opera uit die tijd. Opera Trionfo zorgt voor de primeur, met een eenvoudige productie in de tuin van de Hermitage.

Skrjagin is een vrek. Hij beheert de erfenis van zijn nichtje Ljoebima met de grootste zuunigheid en houdt alle mannen angstvallig uit haar buurt, om maar zo lang mogelijk van haar geld te kunnen profiteren. Ljoebima heeft echter toch haar grote liefde gevonden, Milovid. Samen verzinnen ze een list om haar vermogen in handen te krijgen.

Ze sturen het kamermeisje Marfa verkleed als gravin op Skrjagin af, om zijn hoofd op hol te laten slaan. Dat slaagt zo goed, dat de vrek haar het beheer over de erfenis geeft. Marfa geeft het vermogen prompt door aan Ljoebima, waarna de maskers vallen en ‘de aap uit de mouw komt’, zoals Skrjagin het verbitterd constateert in de Nederlands gesproken en Russisch gezongen voorstelling.

List, bedrog, verkleedpartijen, het jonge liefdespaar en de oude dwarsligger, de knechten die hun heer te grazen nemen: het zijn allemaal ingrediënten die zo uit een Mozart-opera kunnen komen. Pasjkevitsj werd niet voor niets de ‘Russische Mozart’ genoemd.

En dat geldt niet alleen voor het verhaal. Ook de muziek is, in mijn ogen, zeer Mozartiaans. De aria’s, duetten, trio’s en het kwartet en kwintet zijn speels, gevat en transparant. Wat minder meesterlijk, maar het luistert heerlijk weg. Zeker in de uitstekende uitvoering van het Opera Trionfo Kamerorkest onder leiding van Peter Biloen.

Het aandeel dialoog vind ik wel erg groot voor een opera. De voorstelling duurt ongeveer een uur en de helft van die tijd wordt er gesproken. Wat niet helpt, is dat de Nederlandse teksten van Nina Targan Mouravi niet altijd even animerend zijn. Het is hier en daar wat kinderlijk en het gehalte spitsvondigheid is niet erg groot. Van een komedie, gebaseerd op een werk van Molière, mag je denk ik meer verwachten.

Regisseur Pepijn Cladder heeft weinig middelen maar met de binnentuin van de Hermitage wél een prachtige locatie tot zijn beschikking. Die locatie benut hij uitstekend. De personages zet hij op een luchtige, overdreven manier neer. Niet om je suf bij te lachen, maar het functioneert prima.

Voor de zangers alle lof. Marcel Beekman vervult de titelrol met veel overtuiging. Zijn doordringende tenor vult uitstekend de buitenlucht. Hij krijgt het gros van de zangmuziek ‘voor zijn kiezen’ en weet daar veel van te maken.

Ook An De Ridder (Marfa) maakt vocaal indruk met haar volle, rijke geluid en Dorine Mortelmans is met haar lichtere, wat dromerige sopraan geknipt als Ljoebima. Prima bijdragen zijn er verder van Ambroš Bajec-Lapajne als ijdele Milovid en Brian Galliford als butler-achtige knecht Prolaz.

Al met al een eenvoudige maar sympathieke productie. En belangrijker: een primeur. Die zijn altijd welkom.

Skupoy is nog te zien op 19 en 20 augustus. Zie voor meer informatie de website van Opera Trionfo en het Grachtenfestival.

Vorig artikel

Mozarts requiem, net als toen

Volgend artikel

Opera in de media: week 34

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.