Operarecensie

Gheorghiu in slow motion: geen succes

Bijna iedereen stond enthousiast te klappen en te juichen toen Angela Gheorghiu dinsdagavond tegen elven eindelijk uitgezongen was in het Concertgebouw. Ik behoorde tot de enkelingen die de handen niet zo makkelijk op elkaar kregen. Was dit nu de grote diva, deze trage en interpretatieloze sopraan?

Angela Gheorghiu (foto: Ionut Macri).
Angela Gheorghiu (foto: Ionut Macri).

Het is verleidelijk om op de faam van grote sterren te pissen. Het gebeurt in elk geval heel vaak. Niet iedereen verdient het om aan de top te staan, zo lijkt de gedachte. En we denken graag mee wie wel en niet in dat rijtje thuishoort. Sterren als Anna Netrebko en Cecilia Bartoli weten hier alles van. Tegenover succes en glorie staan altijd groepen fanatieke mopperkonten die bij iedere onzuiverheid of uitglijder meewarig hun hoofd schudden. Zie je wel.

Ik probeer me hiervan doorgaans afzijdig te houden, vanuit de opvatting dat je in de serieuze wereld van de klassieke zang enkel de top kunt halen als je werkelijk wat in je mars hebt. Dinsdagavond werd ik echter zwaar beproefd in die overtuiging, tot ik uiteindelijk knakte bij de eerste toegift, ‘O mio babbino caro’, het cliché der clichés onder de toegiften, en ook nog zonder enig tekstbesef uitgevoerd. Dit was een ster niet waardig.

Het begon allemaal tweeëneenhalf uur eerder, met de parmantige entree van Gheorghiu en haar eerste aria, Liù’s ‘Tu, che di gel sei cinta’ uit Turandot. Twee dingen vielen meteen op: Gheorghiu heeft een haast ontstellend mooie stem, maar lijkt zo verzot op haar eigen geluid dat ze zich verder niets aantrekt van tempo en ritme, om over muzikaliteit en tekstinterpretatie maar te zwijgen.

Iedere frase van Puccini’s aria rekte ze tot het uiterste uit, waarmee ze zichzelf alle kans ontnam om ook maar iets van een opbouw in het stuk aan te brengen. Het sleepte zich in kuiertempo voort naar de finish, waar ze nog even een sprintje trok met een grote, dramatische opleving. Indrukwekkend in klank en volume, maar volledig uit het niets komend, zonder aanleiding, zonder grond.

Over de rest van het programma kan ik kort zijn: dat klonk ongeveer net zo. In iedere aria liet Gheorghiu het tempo stilvallen om haar stem te kunnen showen in lang, heel lang aangehouden klanken. Nu ben ik gek op mooie stemmen, maar een aria is wel wat meer dan een vocalise. Een artieste met zo’n grote status en zo’n unieke stem zou dat moeten weten en zou er wat mee moeten kunnen doen.

Eén van de dieptepunten was mijns inziens het ‘Ave Maria’ uit Verdi’s Otello. Dat Gheorghiu het bepaald niet foutloos zong, was nog niet eens het ergste. Er zat totaal geen lijn in of betekenis achter, en het tempo werd op een gegeven moment zo langzaam dat het meer op een lijdensweg door drijfzand leek dan op een gebed.

Tenor Marius Vlad Budoiu (foto: Nicu Cherciu).
Tenor Marius Vlad Budoiu (foto: Nicu Cherciu).

Ook bij ‘Ecco, respiro appena’ uit Adriana Lecouvreur vroeg ik me herhaaldelijk af: komt hier ooit een einde aan? En weer zwelde ze net voor de eindstreep flink aan, wat klaarblijkelijk voldoende was om het publiek te imponeren.

De enige aria die er in mijn ogen met een zesje mee door kon, was ‘Ebben? Ne andrò lontana’ uit La Wally. Gheorghiu (inmiddels in haar derde jurk van de avond – een soort Madama Butterfly-japon) stond wat minder gekluisterd aan haar lessenaar en liet de melodie meer vloeien dan in de andere stukken. Toch had ik graag gezien dat de voorlaatste zin uit Catalani’s bekende aria bewaarheid werd: “Ik ga weg, weg, in mijn eentje, ver weg!”

Gheorghiu werd vergezeld door de Roemeense tenor Marius Vlad Budoiu, die aanzienlijk beter acte de présence gaf. Soms vertilde hij zich wat aan de voornamelijk zwaardere tenorpartijen die hij had gekozen, maar over het geheel genomen was zijn heroïsche, gefocuste stem prima uitgerust voor dit werk.

Dirigent Tiberiu Soare leek vooral geselecteerd te zijn op zijn bereidwilligheid om mee te gaan in de belachelijke tempi van Gheorghiu en al haar kleine foutjes op te vangen. Hij zou zich eigenlijk moeten schamen. Een maestro moet het heft niet uit handen geven.

In de instrumentale tussenspelen uit Samson et Dalila, Carmen en Jevgeni Onegin wist Soare ook weinig te overtuigen. Er is veel meer uit Het Gelders Orkest te halen. Daar getuigde de fraaie en goed uitgebalanceerde orkestklank wel van.

Nogmaals: het publiek leek zeer content met het optreden van de diva en daar wil ik niets aan afdoen. Ieder z’n eigen oren. Voor mij persoonlijk was deze eerste live ontmoeting met Gheorghiu echter een grote domper. Of ben ik nu een brompot aan het worden?

Vorig artikel

December operamaand bij NTR en Cultura

Volgend artikel

Pocketversie West Side Story in Amsterdam

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

27Reacties

  1. Lieneke Effern
    26 november 2014 at 16:47

    Wat mij betreft ben je inderdaad een brompot Jordi :), maar dat is jouw goed recht want zoals je schrijft: iedereen luistert met zijn eigen oren. Ik had evenals vorig jaar een fantastische avond. Wat mij betreft had de tenor thuis mogen blijven, want zijn stemgeluid was niet direct mijn kopje thee. En ik begrijp wat je schrijft over de nogal trage tempi die Angela Gheorghiu er op na hield voor de pauze, maar ik had er geen last van, sterker nog ik had tijdens haar zingen vrijwel de hele avond kippenvel. Leuk toch hoe smaken kunnen verschillen. Om mij heen was iedereen in ieder geval heel enthousiast.

  2. Gert-Jan
    26 november 2014 at 17:34

    Als ik de recensie lees was de avond zo ongeveer een herhaling van vorig jaar alleen was er nóg minder aan. Angela had haar drie jurken weer mee en haalde nu een tenor van stal. Verder interesseert het haar geen bal. Doodzonde want haar stem op zich is prachtig. Ik ben blij dat ik gisteravond Vesselina Kasarova in het Muziekgebouw aan het IJ heb gehoord. Geen effectbejag of sterallures à la Gheorghiu maar een pure, eerlijke en ontroerende zangeres.

  3. Freud
    26 november 2014 at 18:12

    Thank you for this review, to which I fully agree!
    We were “boycotting” the standing ovation which was completely undeserved. Luckily, we got free tickets from the sponsor. Had I spent 120 euros for this concert, I would have wanted my money back and complained to the Concertgebouw.
    It is true that Angela Gheorghiu still showed glimpses of her beautiful voice, but she seemed completely uninspired, and not one of her arias had any emotional depth.
    Not to talk about the fact that she was singing most pieces with the score in front of her, which does not help to transpose the emotions either. hard to believe for an artist of her fame.
    It really was a shame and I could not believe my own ears.
    What a difference to Cecilia Bartoli, for example, who some weeks ago might not have sung the most interesting music, but with her voice and emotions still managed to fascinate.
    I liked the orchestra yesterday (especially the flute player did a great job in one piece), but this did not change my opinion that the whole concert was an artistic rip-off.

  4. Hans van Verseveld
    26 november 2014 at 18:35

    Nee hoor Jordi, je bent geen brompot. Deze ervaring van ongeïnteresseerdheid, eigen tempi, zingen met het hoofd in de partituur, een babbino carootje meer of minder, drie jurken twee kapsels en een hoop gemaai met de armen heb ik vorig jaar al opgedaan. Reden om er dit jaar geen cent meer aan uit te geven. De vele lege stoelen gisterenmiddag op het zaalplan van het C.G. zijn wat dat betreft tekenend voor het feit, dat de echte operaliefhebbers hier mooi niet meer intrappen. Nee toch!

  5. Onno
    26 november 2014 at 19:05

    Iedereen heeft recht op een eigen luisterbeleving, zoals @Lieneke terecht opmerkt. Dus waarom zouden mensen die wel hebben genoten geen ‘echte’ liefhebbers zijn? Net als @Gert-Jan heb ik trouwens gisteravond genoten van Vesselina Kasarova. Het muziekgebouw aan ’t IJ leent zich niet voor effectbejag, afgezien van de akoestiek nog een reden waarom ik er zo bijzonder graag heen ga.

  6. Sander
    26 november 2014 at 19:17

    Inderdaad een teleurstellende avond gisteren! Tempi tergend langzaam en ook haar pianissimo’s (vooral in het Ave Maria) waren nauwelijks meer hoorbaar en een beetje onmuzikale show-off. Het feit dat ze de helft van de tijd tegen de linkerwang van de dirigent aan het zingen was, omdat ze telkens van de lessenaar moest zingen, vond ik erg veel desinteresse uitstralen. Terwijl haar klank enorm opbloeide wanneer ze wél uit haar hoofd zong!

    De tenor vond ik echter, op zijn Wagner na, wel erg plezierig en een mooi diep timbre hebben. Hij redde wat mij betreft toch nog enigszins de avond!

  7. lieneke effern
    27 november 2014 at 00:14

    Ach dan maar geen “echte operaliefhebber”. Gelukkig mag iedereen zelf bepalen wat hij of zij leuk/mooi vindt. En wat de rest daarvan vindt “who cares”.

  8. Olivier Keegel
    27 november 2014 at 10:08

    Mag ik Jordi een stevig compliment geven voor zijn recensie? Iets beweren is één ding, maar je standpunt ook deugdelijk en met kennia van zaken BEARGUMENTEREN is iets waar het in de recensies en bijdragen op Place de l’Opéra nogal eens aan ontbreekt. Jordi laat zien hoe het moet!

  9. Shmulik Lipniski
    27 november 2014 at 10:15

    Onno en Gert-Jan, jullie hebben volkomen gelijk. Ik was ook naar Kasarova. Was even kiezen tussen de twee dames, maar ik ben altijd al fan van Kasarova geweest. De recensie op deze site is minder, maar ik vond Berlioz prachtig, om van Handel maar te zwijgen.
    Voor het concert nog gauw thuis de cd gedraaid (Berlioz,, Ravel , Chausson), ik moet toegeven dat het mooier was, maar live is niet vergelijken met studio opname.

    And, Freud, standing ovation is the Dutch way. So it doesn’t mean a thing.

  10. Rein
    27 november 2014 at 11:18

    beste jordi,
    Prima recensie,zo heb ik het concert ook beleefd.
    Vanmorgen de recencies in andere kranten ook gelezen en zie:
    Zo veel oren zoveel meningen.
    Ik had zowat een gehoorapparaat nodig om sommige delen van de aria s te horen,
    Dat kan toch niet de bedoeling zijn.
    Nu maar uitkijken naar joseph caleja volgend jaar,
    Maar daar had iedereen de laatste x ook zijn eigen mening over!
    Ik kijk nu al uit naar de discussie!
    Groeten rein

  11. 28 november 2014 at 00:09

    Jammer om te lezen dat het dus blijkbaar net zo was als de vorige keer toen ze in het Concertgebouw zong. Gheorghiu was mijn eerste grote voorbeeld, maar ik moet echt steeds meer mijn best doen haar geweldig te blijven vinden. Ze heeft in ieder geval wel een flinke stemcrisis achter de rug, zo heb ik gehoord, en heeft haar complete techniek moeten herzien, dat is toch knap!
    Ook vertelde iemand me dat Gheorghiu tegenwoordig in een soort angst zit, die wel meer artiesten hebben verderop in hun carrière, namelijk dat ze stukken die ze al eeuwen kennen, bang zijn te vergeten en daar zo zenuwachtig van worden dat ze de boel ook daadwerkelijk vergeten (vorige keer hele regels recitatief in de Susanna enz.). Lijkt me ook geen feestje.
    Dat vraagt dus wel sympathie voor haar, al is dat misschien net zoiets als een bijdrage vragen voor het nieuwe sieraad voor Amalia….
    En bij het Gelders Orkest zitten misschien ook wel meer redenen. Wij hebben wel makkelijk praten, maar om met deze mevrouw te mogen spelen (en de kas te kunnen vullen in tijden van bezuinigingen), mogen “compromissen” toch geen verrassing meer zijn?
    Ergo: voor nu eens met Jordi, maar dit ter aanvulling.

  12. 28 november 2014 at 00:11

    p.s. en dat vergeten gebeurde vorige keer zelfs met bladmuziek erbij…

  13. 28 november 2014 at 16:49

    Compliment voor de recensie. We zijn het er helemaal mee eens. Ook wij kregen de handjes niet op elkaar. We hebben haar niet als een wereldster ervaren. Fouten maken is menselijk, ook voor een diva. Jammer dat ze in onze serie zat. We gaan naar een concert voor de muziek en niet voor een modeshow en een koele en afstandelijke performance. Even zingen, wat kushansjes weggeven, trap op, trap af en na ieder lied uitgebreid afscheid nemen. Voor ons was het een verloren avond.

  14. Kurt
    28 november 2014 at 21:06

    In een maand waarin Kasarova zich bij het KCO door Berlioz heen gorgelt en Elsa door Juliane Banse “gezongen” wordt, mogen we blij zijn dat een zangeres van Gheorghiu’s kaliber Amsterdam aandoet. Vooruit, adel verplicht, en de kaartjes zijn duur, maar het is een sensatie om Gheorghiu’s instrument live te horen, ook wanneer ze misschien niet in haar meest geïnspireerde doen was. Liever kushandjes en verschillende jurken dan de hysterische maniertjes in de voordracht die we bij andere diva’s regelmatig te zien krijgen. Ik, en velen met mij, heb een bijzondere avond gehad!

  15. mark
    28 november 2014 at 22:00

    het was een geweldig concert van Angela Gheorghiu en ik heb met volle teugen genoten en vele mensen met mij,persoonlijk heb ik alleen maar positieve reacties gehoord. Ze is wat mij betreft op het moment de beste sopraan van de wereld en het is heerlijk om een vakvrouw aan het werk te zien en haar de avond te laten bepalen. Jammer dat de tenor niet hetzelfde caliber had maar hij voldeed wat mij betreft. En jordi gewoon in je mand joh.

  16. Loesje
    29 november 2014 at 11:42

    Mark, ik ben niet zo gecharmeerd van de wijze waarop de recensent wordt aangesproken.

  17. Eric Schoones
    30 november 2014 at 15:08

    @ Loesje, op mijn beurt ben ik niet zo gecharmeerd van hoe de recensent over zijn lijdend voorwerp spreekt…

    Ik heb het genoegen gehad om kort met de heer Kooiman te mailen omdat ik nieuwsgierig was naar zijn kennis van zaken. Hij mailde me heel vriendelijk terug: ‘Mijn achtergrond: ik ben journalist, heb ook journalistiek gestudeerd, maar ben mijn hele leven al actief met muziek bezig, onder meer door lessen in trompet, cello en zang en door het leiden van twee amateurkoortjes.’
    Mijn conclusie: geen noemenswaardige muziekopleiding, noch conservatorium, noch musicologie. En ik vraag me dan ook ernstig af of de heer Kooiman wel in staat is om zo’n recensie te schrijven, want hij heeft, naar mijn idee, alles verkeerd gehoord: de sopraan, de helaas veel minder gezegende tenor, de uitstekende, alleen iets te enthousiaste dirigent en daarmee te vaak een veel te luid, overigens schitterend orkest.

    Aantoonbaar verkeerd gehoord. De recensent maakt nogal een punt van de ‘belachelijke’ tempi van Gheorghiu. Het mag niet, maar bij Gheorghiu kon ik de verleiding niet weerstaan en ik heb stiekem het concert opgenomen. Daarom weet ik nu ook precies hoe langzaam het ‘kuiertempo’ van Gheorghiu wel niet was. Twee voorbeelden de aria van Liu duurde 2’49 en het Ava Maria 5’57. Wie even de moeite neemt om op youtube te kijken kan zo genoeg voorbeelden vinden van zangeres die net zo langzaam, of nog langzamer gaan. (Flemming, Freni, Caballé, Tebaldi, Callas und so weiter).

    Tsja, alles is een kwestie van perceptie en ik vermoed dat de recensent nog niet in staat om lang uitgesponnen, onnavolgbaar legato gezongen en tot het eind spanningsvol gehouden lijnen te volgen.
    Voor mij kunnen ze niet lang genoeg duren, de lijnen van deze Angela Gheorghiu, die je met haar stem liefdevol omarmt en van de wereld tilt. Een ervaring die ik meneer Kooiman ook zo gun. Er is immers al cynisme en rottigheid genoeg. Daarom is het zo jammer dat hij zich een neerbuigend oordeel meent me moeten aanmatigen over de ‘oren’ van anderen, over mensen die wel het vermogen hebben hun hart te openen.

    Ook jammer dat de heer Kooiman zijn publiek graag wil verhouden vooral toch aardig voor elkaar te zijn en net taalgebruik te bezigen. Is ‘pissen op grote sterren’ nou een staaltje van ‘het goede voorbeeld geven’? Moet je als een tempo voor jouw gevoel te traag is, spreken van ‘belachelijke’ tempi? Nee, natuurlijk niet. Dat kan allemaal wel wat christelijker.

    Verder schreef de heer Kooiman mij: ‘Een muziekwetenschappelijke opleiding heb ik niet, maar dat is ook niet de insteek van Place de l’Opera. We willen een journalistiek medium zijn met veel ruimte voor de inbreng van lezers/het publiek.’
    Prachtig, maar zijn stukje is wel degelijk een heuse recensie, geen leuk journalistiek verhaaltje, en wordt in die hoedanigheid helaas redelijk serieus genomen.

    Voor de rest is Place de l’Opera een prima initiatief en waarschijnlijk is de heer Kooiman een prima redacteur, maar hij zou, althans wat mij betreft, het muziekleven in Nederland toch een plezier doen als hij de inhoudelijke kritiek in het vervolg over aan de mensen van zijn redactie wil overlaten die ongetwijfeld meer kaas van muziek hebben gegeten dan hij.

  18. kersten
    30 november 2014 at 17:08

    Het idee een recensent, al dan niet hoofdredacteur, naar diens geloofsbrieven te vragen vind ik dermate geestig dat mijn hele dag, wat zeg ik, dit hele jaar, goed is.

  19. kersten
    30 november 2014 at 19:19

    Los daarvan, @Eric Schoones, een oratio pro Angela doet mij, Gheoghiu-gek, altijd goed!

  20. kersten
    30 november 2014 at 19:20

    Pardon: Gheorghiu.

  21. Eric Schoones
    30 november 2014 at 19:42

    @ kersten, graag gedaan 🙂

  22. Olivier Keegel
    1 december 2014 at 10:08

    MENEER FOPPE!

    Zelf ben ik ook niet vies van een stevige stellingname, maar een even machteloze als onwellevende formulering als “terug in je mand” en het in het openbaar citeren van privécorrespondentie zijn toch uitwassen die we hier zelden tegenkomen. Ben het geheel met meneer Kersten eens dat het informeren naar de achtergrond van de recensent volkomen absurd is. Reageer op de recensie! En probeer eerst eens te lezen: Kooiman schrijft juist dat hij zich verre wenst te houden van “pissen op de sterren”. De conclusie dat iemand die trompet, cello en zang heeft gestudeerd, koren heeft geleid, en sinds jaar en dag intensief en breed gewaardeerd met opera bezig is, “geen noemenswaardige muziekopleiding” heeft genoten, is dermate pijnlijk kort door de bocht dat het bijna lachwekkend is.

    Kooiman schrijft dat een aria OP EEN GEGEVEN MOMENT te langzaam werd. Om dan met je illegale opname in je linkerhand en een stopwatch in je rechterhand YouTube te gaan afspeuren naar nog langzamere aria’s, slaat niet alleen nergens op, het roept onmiddellijk het komische beeld op van een verbeten Meneer Foppe die in zichzelf mompelend een nieuw hoofdstuk toevoegt aan zijn pathetische strijd voor Het Eigen Gelijk.

    Kooiman heeft een prima onderbouwde recensie geschreven, en tot mijn grote genoegen ook nog even “het cliché der clichés”, het inmiddels niet meer te verdragen O mio babbino caro aan de schandpaal genageld. Omdat clichés toch vaak veel waarheid bevatten (en de hierna volgende zeker), toch nog eentje tot besluit: Jordi, ga (vooral) zo door!

  23. Freud
    1 december 2014 at 10:12

    You do not need to be a musicologist to spot a bad concert.

    Luckily everybody is free to have his/her own opinion, but I found the evening very disappointing. And this was not even due to any major technical flaws of Angela Gheorghiu, but to the utter lack of feeling and transposition of the real essence of the arias she was singing. To sum it up, there was no magic on the stage, and I am sure many students from the Conservatorium could have sung better.

    It might sound harsh, but from one of “the best” sopranos of her era, you should be able expect some “magic”… And I am not talking about the fact that a live concert can never be as perfect as a studio recording which most likely has been recorded in many takes. But it does not even have to be, as a concert is a unique event which also lives from the emotions between artist and audience, from the mood of the day, the energy in the hall, etc. On that note, I do not even have a CD of Angela Gheorghiu and no, I am not a musicologist.

    I wish the concert would have had been better, and I have nothing against Angela Gheorghiu, why should I? I understand from another posting she might have personal issues. Good luck to her to overcome these issues and to return to the level she surely is capable of.

  24. Mauricio
    1 december 2014 at 11:44

    Sinds wanneer is een gedegen (sic) muzikale/musicologische opleiding een must om een mening te kunnen geven over een musicus c.q. zanger?
    Een recensie is altijd een persoonlijke weergave van hetgene men in de zaal of thuis voor de luidsprekers hoort of meent te horen. Dat je een minimale kennis van zaken dient te hebben spreekt voor zich maar laten wij blij zijn dat lang niet alle recensenten lijden aan het ‘ík weet alles en beter-virus’!
    Laten wij bij het begin beginnen: een operaconcert hoeft geen afspeling van een cd te zijn, al streven de meeste ‘sterren’ tegenwoordig om overal waar zij optreden tegen vaak balachelijke hoge gages om dit wel te doen. Het euvel ligt bij de concertorganisaties die, vaak om louter de zaal te willen vullen, alles overnemen zonder een kritische noot te willen/kunnen plaatsen over de programmering of de musici. Jammer voor Mw. Georghiu dat de avond blijkbaar niet iedereen kon bekoren maar sowieso een cd’tje komen afdraaien in een van de meest prestigieuze zalen ter wereld is niet meer van deze tijd of juist wel?? En, als dit je streven is, wees eerlijk en laat je omringen door andere artiesten van hetzelfde caliber, om te beginnen met de dirigent want uiteindelijk is hij/zij diegene die een avond kan maken of breken.

  25. Steven Surdèl
    1 december 2014 at 11:53

    Ik ben niet gegaan, en het is inderdaad wat makkelijk om kritiek te hebben als je zelf geen noot kunt zingen. Maar was het voor de goefende luisteraar al niet eerder duidelijk dat deze dame wezenlijk door de commercie is opgestuwd? Een tijd geleden gingen hier op deze website de wenkbrauwen al omhoog bij haar zogenaamde Callas-CD, met Angela bijna als een reincarnatie van de grote diva. Wie zelf iets is, hoeft niet iets (of iemand) te lijken, zei ik toen.

  26. stefan caprasse
    1 december 2014 at 12:00

    @Olivier Keegel: Ben het met U eens wat betreft de kritiek door Eric Schoones op de heer Kooiman (als dat maar goed afloopt! 🙂 ).
    Deze weet zeker wel waarover hij spreekt en tenslotte is elke mening grotendeels subjectief. Maar het zou vervelend en zelfs angstwekkend worden moesten we het plots over alles eens worden, dus… Bij “een nieuw hoofdstuk toevoegen aan zijn pathetische strijd voor het Eigen Gelijk” had ik zoiets van “De pot verwijt…”.
    En tenslotte vind ik “O mio babbino caro” een hele mooie aria. Door zijn bondigheid is deze natuurlijk uiterst geschikt als bisnummer waardoor ze als dusdanig een cliché zou kunnen genomd worden. Maar “inmiddels niet meer te verdragen…” ??? En natuurlijk klinkt elke aria nog het beste in zijn contekst in de opera…

  27. kersten
    1 december 2014 at 15:03

    @ Steven Surdèl: lees ik dat goed: `het is inderdaad wat makkelijk om kritiek te hebben als je zelf geen noot kunt zingen` ?! Hebt u niet bedoeld: als je stokdoof bent? Maar ik moet wel iets niet goed begrepen hebben, bedenk ik nu.