CD-recensiesFeatured

La Cenerentola vol kleur en virtuositeit

De productie die het Teatre del Liceu in 2008 van La Cenerentola maakte, barst van de virtuositeit. Juan Diego Flórez en Joyce DiDonato schitteren als liefdesduo, terwijl de rest van de cast er zeker ook mag zijn. Rossini zou er blij mee zijn, dat deze voorstelling op dvd vereeuwigd is.

Joyce DiDonato en Juan Diego Flórez als sprookjespaar (foto: Teatre del Liceu).
Joyce DiDonato en Juan Diego Flórez als sprookjespaar (foto: Teatre del Liceu).

Het is een heerlijk sprookjespaar, Juan Diego Flórez en Joyce DiDonato. Puik werk van het Teatro del Liceu uit Barcelona om hen bij elkaar te brengen voor deze productie, die in januari 2008 in het operahuis te zien was en door Decca op dvd is gezet.

Flórez is in stem en voorkomen geknipt voor de rol van de jonge, charmante prins Ramiro. Hij heeft een rappe tong, nog rappere coloraturen en een onbreekbare klank. Hij varieert mooi in zijn dynamiek en weet het publiek dol te krijgen met zijn spectaculaire hoge noten. Incluis mij. Misschien dat hij op sommigen overkomt als een ‘showtypetje’, maar ach, is belcanto niet voor een groot deel show?

DiDonato pakt het heel anders aan, maar minstens even mooi. Ook haar coloraturen zijn perfect, maar bij haar staat het karakter van Angelina (Assepoester) voorop. De vloeiende, ‘lieve’ manier waarop ze haar helse partij zingt, maakt haar een zeer innemend personage. Iets dat ze met haar ontroerende, dikke legato versterkt. Een knappe, hartveroverende vertolking.

De rest van de cast heeft eveneens veel virtuositeit in huis. Op een paar momenten na waarop zang en orkest niet helemaal gelijk lopen, kan iedere zanger prima uit de voeten met de technische hoogstandjes die Rossini heeft verzonnen.

David Menéndez is een grappig Dandini, die verrassend lenig zijn volle, zware stem kan bewegen. Simón Orfila is een statiger figuur als Alidoro en onderscheidt zich zo mooi van de rest. Zijn aria aan het einde van de eerste scène is prachtig.

Veel humor komt er van Bruno de Simone als Don Magnifico. Hij acteert goed en met zijn stem is niets mis. Dat geldt ook voor zijn dochters, Clorinda (Cristina Obregón) en Tisbe (Itxaro Mentxaka). Met name in de ensemblestukken zorgen zij voor vertier.

Het enige vraagtekentje dat ik bij de cast heb, is of er wel genoeg diversiteit in zit. De gemene zussen hebben erg dezelfde stemmen en de drie bariton/bas-rollen (Dandini, Magnifico en Alidoro) worden allemaal door behoorlijk zware stemmen vertolkt. Misschien had een lichtere Dandini het stemmenpalet wat kleurrijker kunnen maken.

CenerentolaAls het om kleur gaat, hoef je over de regie niet te klagen. Regisseur Joan Font zet de opera neer als een fantasierijk, bontgekleurd sprookje. Alle personages dragen felgekleurde kostuums en pruiken, die wonderlijk genoeg best goed passen. Het roodoranje haar van Angelina is typerend, evenals het felle gele en roze haar van Clorinda en Tisbe. Om nog maar te zwijgen of het schitterende roze sikje van Magnifico…

Font laat verder leuke, grappige dingen op het toneel gebeuren, daarbij het fantastische decor (Joan Guillén) op vele manieren gebruikend. De momenten waarop hij het toneelbeeld tot rust brengt of juist vol laat lopen, vind ik niet altijd goed gekozen, maar ondanks dat blijft het continu een plezier om naar het hele gebeuren te kijken.

Dirigent Patrick Summers levert een goede prestatie met het orkest van het Teatro del Liceu. Hij legt er in de verschillende ensemblestukken flink de zweep over, wat zeker spanningsverhogend werkt.

Wat zou Rossini nu zelf van deze productie gevonden hebben? Ik denk dat hij bravo had geroepen voor de virtuoze cast, hartelijk had gelachen om de regie en de dirigent een pluim had gegeven voor de verfijnde opvoering.

Hieronder een filmpje uit de productie. Een spectaculair fragment van Juan Diego Flórez (‘Si, ritrovarla io giuro’).

Vorig artikel

Operahuis Florence brengt Verdi in blik

Volgend artikel

Gelaarsde kat wil de wereld rond

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.