Recensies

DNO’s Nozze uitgebracht op dvd en blu-ray

In 2016 opende De Nationale Opera het seizoen met een nieuwe productie van Le nozze di Figaro in een regie van David Bösch. In november zal deze Nozze worden hernomen met een andere cast. Arthaus Musik heeft een opname uitgebracht van de eerste speelreeks, voor wie het origineel nog eens wil terugzien.

David Bösch en zijn team oogstten veel waardering voor deze Nozze. Het is een librettogetrouwe productie, zonder in een kostuumdrama te vervallen. Het decor en de verschillende props, zoals een afstandsbediening waarmee Susanna het orkest laat inzetten bij aanvang van de twee akte, dragen zelfstandig bij aan de luchthartige sfeer die zo kenmerkend is voor dit werk.

Een paar details zijn minder geslaagd, zoals de Contessa die direct bij aanvang al door Susanna van de fles moet worden gehouden. Laat dronkenschap maar over aan Russische opera’s, denk ik dan. En de wijze waarop Almaviva volstrekt nodeloos een bediende vernedert is ook minder op zijn plaats. Maar al met al treft Bösch toch de juiste toon. De personenregie blinkt uit in precisie en vooral de mimiek van de zangers draagt veel bij aan het totaaleffect.

Figaro is de titelheld, voorheen de barbier van Sevilla en nu in dienst van de man die hij ooit aan een bruid heeft geholpen. Hij laat iets van zijn vroegere beroep zien door Cherubino te scheren en te knippen als voorbereiding op diens feitelijke verbanning naar het leger. Maar in mijn beleving is hij niet de centrale figuur.

Susanna draagt de opera. Zij is een duvel-doet-al en als er een sopraan is gecast die dat aspect over het voetlicht weet te brengen, kijken we naar Le nozze di Susanna. Zo is ook hier het geval. Christiane Karg is absoluut perfect in haar rol, zingend, maar zeker ook acterend. Haar gezicht staat geen moment stil. Het is een feest om je aandacht vooral op haar te richten.

Alex Esposito als Figaro is nadrukkelijk aanwezig en draagt zijn steentje bij aan de hilarische verwikkelingen. Zijn rol vind ik qua zang niet zo interessant, maar Esposito maakt er het beste van. Bösch laat hem overigens wel een beetje overdreven acteren, onnodig.

In de tweede akte probeert Almaviva erachter te komen wie zich in het boudoir van zijn echtgenote heeft verstopt. Hij probeert niet alleen de deur van de klerenkast met een bijl in te slaan, maar leeft zich ook uit op het echtelijk bed. Dat zakt door een poot en blijft in die positie staan, scheef hangend als symbool voor de staat van zijn huwelijk. Ook in de derde akte is dat bed nog te zien, als stille getuige.

Stéphane Degout overtuigt als de door hormonen geregeerde potentaat, die er ondanks zijn maatschappelijke status maar niet in slaagt de wil op te leggen aan zijn extended family. Het gehak met die bijl spreekt boekdelen. Almaviva moet het vooral van de zang hebben, aangezien zijn emoties nogal eendimensionaal zijn. Maar die component reikt volledig om Degouts optreden tot een succes te maken.

Marianne Crebassa overtuigt als het lastige kereltje Cherubino, dat iedereen voor de voeten loopt. Haar twee aria’s komen er mooi uit, bijna altijd goed voor een open doekje, zo ook hier. En Louise Kemény mag zich ook even in de welwillende belangstelling van het publiek verheugen als ze treurt over haar verloren speld.

Eleonora Buratto (de gravin) geeft een mooie vertolking van haar twee grote aria’s met verrassende versieringen in ‘Dove sono’. Haar personage staat wat in de schaduw van dienstmeisje Susanna, maar qua zang geeft Buratto geen krimp. Als aan het einde haar echtgenoot om vergeving vraagt, altijd een goede tactiek als je in flagrante bent betrapt, lijkt ze hem in genade aan te nemen. Maar vervolgens laat ze een geweer komen waarmee ze hem bedreigt. Pas als hij lang genoeg voor haar op de grond heeft gekronkeld, heft ze het glas. Deze gravin laat zich niet straffeloos vernederen. Of het veel zal helpen, blijft natuurlijk de vraag.

Ivor Bolton heeft de muzikale leiding en dirigeert het Nederlands Kamerorkest op adequate wijze. Alle aandacht gaat uit naar het gebeuren op het toneel, het orkest doet gewoon wat ervan verwacht wordt. En dat vind ik prima zo.

Vorig artikel

DNO-studio verwelkomt vier nieuwe leden

Volgend artikel

De Vaal en De Vries zingen Alberti en Jordaan

De auteur

Peter Franken

Peter Franken