Recensies

Ontroerende zang markeert opening Lied Festival

In de herfstige entourage van verkleurende bossen begon afgelopen weekeinde het vijfde Internationaal Lied Festival Zeist. De opening in de akoestisch uitstekende kerkzaal van de Evangelische Broedergemeente was ook optisch perfect. De volkomen witte inrichting biedt optimale concentratie op zoiets intiems als het lied.

Artistiek leider Robert Holl strooide vijftig jaar ervaring vrijelijk over de toehoorders uit. (© Bouke Hulsbus / boukebeerphoto.nl)

Zowel de komende artistiek leiders van het festival, Henk Neven en Hans Eijsackers, als de afzwaaiende inspirator, Robert Holl, zorgden met verrassende programma’s voor een spannend begin van het tien dagen durende festival. Dat is dit jaar gebaseerd op het thema ‘Van fin de siècle naar nieuwe stromingen’. Bladerend door het mooi verzorgde, gratis programmaboek kwam ik veel fin de siècle tegen, en hier en daar nieuwe stromingen. Het valt op dat er juist rond 1900 zo veel moois werd gecomponeerd.

Robert Holl had wat betreft de teksten en de noten geen betere keuze kunnen maken passend bij de stervende natuur buiten. Zijn begin deed zondagmiddag meteen de oren spitsen, want hij presenteerde twee liederen van de jong gestorven Duitse componist Rudi Stephan, onlangs nog in het kunstnieuws door de opvoering van zijn enige opera Die ersten Menschen bij De Nationale Opera. Stephan was een vertegenwoordiger van de nieuwe stromingen rond 1910/1920. Componisten als hij komen uitgebreid aan bod in het recital dat Lenneke Ruiten, begeleid door Thom Janssen, op woensdagavond zal geven. Ze brengen ook weer Rudi Stephan (liefst zes liederen) en verder Zemlinsky, Korngold, Berg en Richard Strauss.

Vijftig jaar ervaring

In ‘Am Abend’ en ‘Memento vivere’ klonken twee krachtige en wat betreft melodische ontwikkelingen hier en daar donkere werken van Stephan. Holl zong ze met overtuigende inzet. Het was de opmaat naar drie liederen van Hugo Wolf naar gedichten van Michelangelo en de Vier ernste Gesänge die Johannes Brahms samenstelde uit de Bijbel. Allemaal met verwijzingen naar het einde van het menselijk leven.

Holl zong ze met ontroerende nuances in uitdijende en prachtig teruggenomen expressies. Op zijn 74e is zijn stem nog ongeschonden. Geweldig zoals hij spanningen creëerde door even een scheiding te maken tussen twee zinnen of in een intiem pianissimo over te gaan, zoals in de regel ‘Menschen waren wir ja auch’ uit het tweede lied van het Michelangelo-setje. Dankzij zijn adembenemende voordrachtskunst drukte hij het laatste woord in de regel ‘Ist es ein Klang, ein Traumgesicht’ (derde Michelangelo-lied) zo beeldend uit dat het droomgezicht er even was.

Vijftig jaar ervaring, sinds hij in 1971 het Internationaal Vocalisten Concours won, strooide Holl vrijelijk over de toehoorders uit in de liederen van Brahms. Daarbij grandioos begeleid door de even doorgewinterde pianist Roger Braun.

Henk Neven en Hans Eijsackers toonden dat ze creatief kunnen programmeren, wat ze als nieuwe artistiek leiders kunnen uitbuiten. (© Mel Boas / boasphoto.nl)

Niet om zijn liedkunst, maar om zijn ook geweldige verdiensten voor de opera, met name in Wagners oeuvre, werd Holl aansluitend geëerd door het Nederlandse Wagnergenootschap. Hij werd opgenomen in het selecte lijstje van ereleden, waarin onder anderen Gré Brouwenstijn en Hartmut Haenchen staan. Oud-voorzitter Cornelissen stipte in zijn lofrede aan dat Robert Holl als enige van de vijftien Nederlandse zangers die in Bayreuth zongen daar alleen maar in grote rollen excelleerde. Met als hoogtepunt zijn vertolking van Hans Sachs in Die Meistersinger von Nürnberg.

Met Holl als componist maakten we kennis in een soort voorprogramma dat mezzosopraan Rosina Fabius verzorgde; een bijzondere selectie van liederen met orgelbegeleiding. Zingend vanaf de orgelgalerij, begeleid door de vaste organist Niels Fischer, klonken onder meer een nummer van Franz Schubert op tekst van een evangeliefragment in een arrangement van Robert Holl, diens eigen compositie ‘Jerusalem’ uit zijn cyclus Nachtgedanken en ook werk van Bach, Reger en Wolf. Mooi gezongen, maar in voordracht nogal eenzijdig van uitdrukking.

Chansons

Na vijf edities trekt Robert Holl zich terug uit de leiding in Zeist, maar hij keert volgend jaar wel zingend terug. Bariton Henk Neven en pianist Hans Eijsackers nemen het stokje over. Neven is een zanger met een gelukkige stem, met een mooi afgerond en sonoor geluid. Hij presenteerde zich vrijdagavond met Hans Eijsackers met een pittige keuze uit de rijke Franse traditie onder de titel Démons et Merveilles. Niet ontleend aan een ‘mélodie’, het Franse equivalent van het Duitse ‘Lied’ , maar aan een chanson, op tekst van Jacques Prévert en muziek van Maurice Thiriet.

Neven strooide nog enkele andere chansons door zijn klassieke programma, zoals de trieste ballade ‘Nantes’ van Barbara (artiestennaam van Monique Serf) dat begint met regendruppeltjes in de pianobegeleiding en ‘Les feuilles mortes’, ook van Prévert, op de beroemde muziek van de Frans-Hongaarse componist Joseph Kosma. Raar dat Neven de laatste twee coupletten wegliet en dus ook niet de herhaling van het meeslepende couplet ‘C’est une chanson qui nous ressemble’ zong.

Opvallend was dat de chansonteksten verscheidene keren een pendant hadden in een klassiek gedicht, zoals ‘Spleen’ van Paul Verlaine (‘Il pleure dans mon coeur comme il pleut sur la ville’), door Gabriel Fauré sfeervol van noten voorzien. Het viel mij ook op dat Neven in de chansons dezelfde klassieke toon aansloeg als in de mélodies. De chansons geurden niet naar het lichte Franse lied, waardoor ‘Nantes’ niet schrijnend overkwam.

In de ‘serieuze’ Franse toonkunst hield Neven zich voor mijn gevoel aan de voorzichtige kant. Maar er waren ook mooie, expressieve momenten, zoals in Fauré’s ‘Mandoline’, met een fraaie begeleiding van Eijsackers, en ‘Serenade’ van Duparc. In ieder geval weet het duo creatief te programmeren en dat kunnen ze uitbuiten als nieuwe artistiek leiders. Ze hebben voor volgend jaar (13 tot en met 22 mei 2022) een smaakmakend thema: ‘Auf Flügeln des Gesanges’.

Achter de façade van recitals schuilt in het festival een enorme variëteit aan evenementen, van masterclasses van onder anderen Elly Ameling, die op vrijdag 29 oktober liedduo’s coacht, tot optredens van gevorderde amateur-zangers. Het feest sluit op 31 oktober af met het recital An die Musik door de nu al fameuze bariton Benjamin Appl. Hij was – toen nog vrij onbekend – ook van de partij op het eerste festival in 2016.

Zie voor meer informatie de website van het Internationaal Lied Festival Zeist.

Vorig artikel

In de zalen: Vocallis, Vermeulen, Lied voor de maan

Volgend artikel

BarokOpera Amsterdam speelt De Vuurtorenwachter

De auteur

Franz Straatman

Franz Straatman