Operarecensie

Tristan + Isolde: oppervlakkig ballet

Het Nationale Ballet durft het aan om te concurreren met evenknie De Nationale Opera door onder de titel Tristan + Isolde een gedanste versie van het beroemde liefdesverhaal te presenteren, in het kader van het Holland Festival. Met Wagner heeft de voorstelling niets te maken.

Productiebeeld van Tristan + Isolde. (© Petrovsky & Ramone)

Dezelfde titel, maar geen Wagner. Hetzelfde liefdesverhaal, maar dan gedanst in plaats van gezongen. Choreograaf David Dawson zocht er een hedendaagse componist bij, de Pool Szymon Brzóska, die in het spoor van Poolse grootheden als Penderecki en Górecki een heftig werk schreef voor groot orkest, inclusief een stevige slagwerkgroep. Het Balletorkest ploegde onder leiding van Matthew Rowe met verve door de partituur vol grootse klankuitbarstingen, sfeerschilderingen en kitscherige effecten die het goed doen in films.

Dawson vertelt het verhaal nogal anders dan operaliefhebbers kennen en de titel doet vermoeden. Die ruimte biedt het oorspronkelijke verhaal ook, waarvan verschillende versies de ronde deden in de tijd dat verhalenvertellers langs middeleeuwse burchten trokken om passend amusement te bieden. Ook Wagner maakte zijn eigen versie. Hij begint als het schip van Marke, de koning van Cornwall, al onderweg is van Ierland naar het thuisland. Aan boord de Ierse prinses Isolde, die als toekomstige bruid van de koning door ridder Tristan wordt begeleid. In terugblikken komt de voorgeschiedenis aan de orde.

Choreograaf Dawson laat het verhaal beginnen aan het hof van koning Marke. Geen vrolijk hof, want straf en strikt zijn de bewegingen van de in zwart geklede hovelingen. Marke heeft zijn zinnen gezet op de mooie prinses Isolde. Hij geeft zijn neef Tristan opdracht om haar met geweld uit Ierland mee te nemen. Martiale muziek tekent de sfeer van de bedoelingen van Marke, die met krachtige bewegingen Tristan en diens soldaten oproept tot heldendaden. Die oproep leidt tot krijgshaftige groepsdansen.

Verbazing en verliefdheid

Aan de andere kant van de Ierse Zee heerst een heel andere sfeer. Het hof van koning Morold sprankelt van sierlijke lichtheid, wat wordt uitgedrukt in tarantella-achtige feestmuziek voor fraaie ensembles van vrouwen in kleurige gewaden. De armen worden zwierend hooggehouden om de vrolijke kant van het leven te kenschetsen. Een duet tussen Morold (Edo Wijnen) en Isolde (Sasha Mukhamedov) toont de tedere relatie tussen beiden. Choreograaf Dawson weet veel sfeer te scheppen met zijn wisselende groepsbewegingen, maar ze missen zeggingskracht en duren te lang.

Uiteindelijk komt de verwachte omslag: de muziek dondert en zwarte soldaten dringen zich bruut binnen. Dansen wordt vechten en Morold sneeft. Isolde zoekt in een prachtige solodans op het slagveld naar overlevenden en vindt de haar onbekende en gewonde Tristan. Hij ligt bij het zwaard van Morold. Als Tristan (James Stout) ontwaakt (het genezingsproces is zo voorbij), wordt hun eerste contact meteen getekend door verbazing en verliefdheid. Het danspaar Stout-Mukhamedov brengt het eerste duet met tederheid, passie en kracht. Niet Tristan, maar zijn rivaal Melot voert Isolde echter naar het schip, waarmee het eerste bedrijf eindigt.

Zwijmelende ‘Liebestod’

Het tweede bedrijf toont de bruiloft, met veel vertoon van groepsdansen. Aantrekkelijk is het sextet van de zes Ierse bruidsmeisjes van Isolde, die met hun goudkleurige pakjes opvallen tussen het grijs en zwart van Markes hof.

Marke showt zijn Isolde, tot afgrijzen van Tristan, die vergeefs probeert in contact te komen met zijn geliefde. Hier miste de choreografie van Dawson inkervend drama. Uiteindelijk weet Isolde te ontsnappen uit het feestgedruis, volgt Tristan haar naar een bos en treffen de geliefden elkaar in een hartstochtelijk duet. Melot, met listige uitdrukking gedanst door Young Gyu Choi, heeft echter zijn rivaal voortdurend bespied en leidt koning Marke naar de overspeligen. Uiteindelijk steekt Melot Tristan neer. In de sterfscène verenigen Tristan en Isolde zich voor een gedanste ‘Liebestod’, op zwijmelende klanken uit de orkestbak.

Dawson heeft met Brzóska beslist geen concurrent voor Wagner geschapen. Het verhaal wordt rechtlijnig en oppervlakkig verteld, met als beste momenten de vier duetten voor het liefdespaar, door Stout en Mukhamedov meeslepend en virtuoos uitgevoerd. In de vele scènes met groepen ontbreekt echter dramatisch raffinement om de aandacht gespannen te houden. De ondersteunende muziek zorgt met zijn kleurige schilderingen en spannende crescendi dat de oren meer beleven dan de ogen.

Tristan + Isolde is nog te zien op dinsdag 26 juni om 20.15 uur. Zie voor meer informatie de website van Holland Festival.

Vorig artikel

Opera in de media: week 26 van 2018

Volgend artikel

Veel naakt en veel geweld in Gesualdo

De auteur

Franz Straatman

Franz Straatman