Op 13 april speelde de Nederlandse Bachvereniging Die Auferstehung und Himmelfahrt Jesu van Carl Philipp Emanuel Bach. Olga de Kort vindt het een verrijking.

Peter Franken greep de kans aan om Giuseppe Verdi’s zeer zelden uitgevoerde opera Un giorno de regno te zien in het Musiktheater im Revier in Gelsenkirchen.

Emmanuelle Haïm dirigeerde op 12 en 14 april het Koninklijk Concertgebouworkest in een evendig en dynamisch programma waarin sopraan Lenneke Ruiten schitterde.

Het Utrechts Operakoor, het Voorburgs Operakoor en Opera Flevoland brachten samen met het Utrechtsch Studenten Concert Vincenzo Bellini’s La Sonnambula.

Peter Franken zag in Aalto Theater Essen een zeer zelden opgevoerde opera: Fausto van Louise Bertin in een regie van Tatjana Gürbaca en met zeer goede zangers.

Orphée et Eurydice bij de Nederlandse Reisopera in de regie van Jennifer Williams ging op 13 april in première. Martin Toet zag een emotionele achtbaan.

De voorstelling Hup Herman! (3+) van Harpert Michielsen en Joost Brouwer werd uitgevoerd in Studio Boekman. Peter ’t Hart was een wat oudere bezoeker.

Op 9 april presenteerden sopraan Sabine Devieilhe en pianist Mathieu Pordoy een recital in de Kleine Zaal van het Concertgebouw dat Martin Wright emotioneerde!

Zaterdag 13 april gaat bij de Nederlandse Reisopera Orphée et Eurydice van Gluck in première. Regisseur Jeniffer Wiliams praat over haar concept en werkwijze.

Edo de Waar legt na een illustere carrière van zestig jaar zijn dirigeerstokje neer. Een klein overzicht van zijn werk als operadirigent.