AchtergrondCD-recensiesFeatured

Discografie: Guillaume Tell

De Nederlandse Opera biedt vanaf 28 januari een unieke kans om Rossini’s laatste opera Guillaume Tell mee te maken. Uniek, want vaak wordt de ‘grand opéra’ niet opgevoerd. Ter voorbereiding zet Basia Jaworski diverse opnamen op een rij.

Gioacchino Rossini (1792-1868).

Voor de meeste mensen is Zwitserland een prachtig maar saai land. Alles is er perfect geregeld en uit de uiers van de koeien komt meteen echte melkchocolade. De banken en juweliers kunnen er gedijen en er gebeurt nooit wat – tenminste, als ze niet over de hoogte van een minaret redetwisten.

Maar zelfs de Zwitsers hebben iets van een opstand meegemaakt en ook zij hebben hun nationale held en trots, al is het niet helemaal zeker of hij ooit heeft bestaan (neem van mij aan: niet).

Willem Tell, de Zwitserse nationale trots en vrijheidsstrijder, dankt zijn bekendheid voornamelijk aan het toneelstuk van Friedrich Schiller, die, zoals wij het niet anders van een romantische dichter verwachten, het niet zo nauw met de waarheid nam.

Nog bekender werd hij door een opera van Rossini. Nou ja… echt bekend is de opera niet, al wordt het stuk steeds vaker opgevoerd (gelukkig, eindelijk!) Maar toch, wie kent de ouverture niet? Zelfs mijn kat kan het nafluiten.

Dvd

Wat ligt er in de winkels? Niet echt veel, tenzij u een techneut bent en uw weg op het internet goed weet te vinden. Op dvd bestaat er maar één productie, een echt leuke, hoewel niet idiomatische opname uit La Scala. Het is in het Italiaans en met 240 minuten speelduur is er een en ander gesneuveld.

Mijn eigen exemplaar werd ooit door een zeer obscuur merk op de markt gebracht, maar dankzij Opus Arte (OALS3002D) is het beeld en de geluidskwaliteit meer dan genietbaar geworden.

Giorgio Zancanaro is nooit mijn geliefde bariton geweest en als Tell weet hij mij matig te overtuigen. Chris Merritt is een kwestie van smaak, maar Cheryl Studer is een prachtige Mathilde, met de juiste noten en (voor mij) het juiste timbre.

In de kleine rollen vindt u grote namen (hoe deden zij het, vroeger?): Luigi Roni, Luciana D’Intinio, Giorgio Surjan. Op de bok staat Riccardo Muti, dus neem van mij aan dat het spannend klinkt!

Cd

Riccardo Chailly is altijd een voorvechter van de opera geweest. Een jaar of 15 geleden dirigeerde hij een kerstmatinee, waarin hij de twee laatste aktes uitvoerde. Helaas nooit op cd uitgebracht.

Wat ook nooit op cd is uitgekomen (schaamte!) is de absoluut complete uitvoering in de (mag het nog een keer gezegd worden voordat het afgeschaft wordt?) onvolprezen NTR ZaterdagMatinee. Paolo Olmi dirigeerde een cast van meer dan fantastische zangers: Michele Pertusi, Marina Poplavskaya, Ilse Eerens en John Osborn. Geen cd dus (even zachtjes vloeken), maar wel dierbare herinneringen.

Wat de commerciële cd-uitgaven betreft, heeft u wat mij betreft keuze tussen twee opnamen die echt goed zijn, al voldoen ze niet helemaal.

De nieuwe EMI-opname (50999 02882628) die Antonio Pappano maakte met het Orchestra en Coro dell’Accademia Nazionale di Santa Cecilia is verre van compleet. Jammer. Een gemiste kans. Zeker ook omdat de uitvoering echt goed is.

Gerald Finley is een zeer goede Tell (is er iets wat hij niet kan zingen?), maar toch mist hij iets in de rol. Voor mij althans. Ik kan het niet beschrijven, het is meer spitzengevoel, maar dat ‘iets’ krijg ik wel als ik naar Gabriel Baquier luister, op de oude EMI-opname uit 1973 (64076324).

De cast van die opname, onder leiding van de zeer bezielde Lamberto Gardelli, heeft nog meer ‘plussen’. De grootste is de Mathilde van Montserrat Caballé. Ik neem aan dat ik u niet hoef te vertellen hoe mooi en vloeiend haar noten zijn, hoe zij als het ware door de noten ‘golft’ en hoe fluisterzacht haar pianissimo is. Nee, daar kan de op zich goede Malin Byström (Pappano) echt niet tegen op! Haar coloraturen zijn dan wel zuiver, maar daar is ook alles mee gezegd.

Een ander groot pluspunt is de Jemmy van Mady Masplé, de echte ‘oudgediende’ in het ‘kanarievak’. Zo ontzettend mooi! En Nicolai Gedda natuurlijk, een zanger die ooit door één van mijn collega’s ‘een kameleon onder de zangers’ werd genoemd (kent u een andere tenor die zo veel verschillende rollen met zo veel talent wist te zingen?). En bij dat alles kunt u nog de speelduur van bijna 238 minuten tegenover de gammele 208 minuten van Pappano optellen…

Maar als u denkt dat ik Pappano afwijs, dan heeft u het mis! Orkestraal is hij beslist superieur aan Gardelli. Zijn koor klinkt mooier en subtieler en daar komt nog eens de klankkwaliteit bij.

Het allergrootste pluspunt van de Pappano-opname is echter John Osborn, een tenor die de allerhoogste noten eruit gooit alsof het kinderspel is. Hij was het die de ZaterdagMatinee-uitvoering mede onvergetelijk maakte. En wij hebben de mazzel dat hij er weer bij is, bij De Nederlandse Opera.

Vorig artikel

Audi regisseert Rossini's Guillaume Tell

Volgend artikel

Sonostream.tv streamt wereldpremière

De auteur

Basia Jaworski

Basia Jaworski

4Reacties

  1. Freek van der Heide
    22 januari 2013 at 18:27

    Dag Basia,

    Natuurlijk moet je keuzes maken voor een bespreking, maar ik ben toch benieuwd naar het antwoord op de vraag waarom je de Decca-opname onder Chailly niet hebt meegenomen. De opname is in het Italiaans weliswaar, maar dat is de Scala-productie op dvd ook (die overigens in regieopzicht slaapverwekkend is, maar dat terzijde). Grote pluspunten in de Decca-uitvoering zijn het feit dat het in het Italiaans is (stel je voor dat deze solisten in het Frans hadden moeten zingen… Alleen Freni zou waarschijnlijk enigszins acceptabel klinken) en Mirella Freni, die een warmbloedige, temperamentvolle Mathilde zingt. En natuurlijk Big P., die stralend uit de luidsprekers komt.

    Nou ja, je kunt inmiddels al wel de muur behangen met al die knakkers die menen dat ze ook nog even een extra opname aan je bespreking moeten toevoegen (zou er iemand nog iets gaan zeggen over de opname op Orfeo met Hampson?)… Ik bedoel het in ieder geval niet betweterig.

    Dank weer voor je bespreking.

  2. Basia Jaworski
    22 januari 2013 at 19:10

    Beste Freek,
    bedankt voor je reactie, dat waardeer ik zeer!

    Het antwoord op je vraag is heel erg simpel: hoe gek het ook niet klinkt – ik ken de opname niet!

  3. Sonja de Lange
    22 januari 2013 at 22:27

    Beste Basia,

    Wilde net de uitvoering van Decca(in ADRM) vermelden, of ik zie dat ene Freek dat al gedaan heeft. Dat jij die uitvoering niet kent, kan ik niet geloven.Ik heb de uitvoering eerst op LP gehad en later op CD. Tell= Sherrill Milnes, Arnoldo= Pavarotti, Matilde = Freni, Melchtal= Ghiaurov en verder nog Tomlinson, Della Jones, Elizabeth Connell.

    Shalom, Sonja

  4. c.horsmeier
    23 januari 2013 at 23:47

    Ja ook ik vind het vreenmd dat jij Basia deze opname van Decca niet kent, schitterende uitvoering en dat nog wel door iemand die in eenvan de grootste platen winkels toen destijds werkte.
    En in de platenbranche een groot idool was .
    Ja ik geloof het echt niet, je zal het wel vergeten zijn.

    Zo niet ga deze maar eens heel snel beluisteren dan.

    chris Horsmeier, toen destijds bij Caruso in de Jan Eversenstraat
    bij Simon Swart.