Buitenlands nieuwsHeadlineNieuwsWedstrijd

Countertenor Murrah wint 40ste Belvedere

De Amerikaanse countertenor Key’mon Murrah is de grote winnaar geworden van de 40ste International Hans Gabor Belvedere Singing Competition 2022. Zijn vertolking in de finale in het Letse Jurmala van de aria ‘Che faro senza Eurydice’ uit Orfeo van Gluck brachten hem de 1ste prijs, de prijs van de Internationale Persjury en een engagementsprijs bij de Opera van Keulen. De Oekraïense bariton Nikita Ivasechko won de tweede prijs (beschikbaar gesteld door Jan Meulendijks en Bart Schuil van het Amsterdamse Staetshuys) en een engagementsprijs bij de Deutsche Opera am Rhein. De Zuid-Afrikaanse bas-bariton Rueben Mbonabi won de derde prijs.  De publieksprijs ging naar de Italiaanse bas Vittorio De Campo.

Eerste prijswinnaar Key’mon Murrah, midden met links tweede prijs winnaar Niktia Ivasechko en rechts derde prijswinnaar Rueben Mbonambi Foto:©Dzintari Concert Hall/Pauls Zvirbulis

In de finale op zaterdagavond 11 juni, zongen 15 zangers uit even zovele landen. Ze werden begeleid door het heel mooi spelende Jurmala Festival Orkest onder leiding van de super zangersvriendelijke dirigent Mārtiņš Ozoliņš.

Ik moet u eerlijk bekennen dat ik een beetje bevooroordeeld ben over deze zangwedstrijd omdat ik drie keer als presentator betrokken ben geweest, maar ik moet ook zeggen dat het concours een speciale aantrekkingskracht heeft omdat het een van de weinige zangwedstrijden in de wereld is, waar de jury volledig bestaat uit echte werkgevers. Casting directeuren, intendanten, en organisatoren kunnen jonge zangers die deelnemen aan dit concours, daadwerkelijk aan ‘werk’ helpen. Daardoor is Belvedere concours al jaren een echte talentvijver gebleken. Om een kleine greep uit de historische winnaars te doen, Lise Davidsen won de tweede prijs in Amsterdam in 2014 achter tenor Levy Sekgapane, die beide enorm aan de weg timmeren,  Angela Meade won in 2007,  Pretty Yende in 2009, Antonio Poli in 2010, Angela Gheorghiu die de derde(!) prijs won in 1990. De lijst van zangers die succesvolle internationale carrières hebben gemaakt na het winnen van een prijs in het Belvedere concours, gaat terug tot 1983, toen de Nederlandse bas Harry Peeters de eerste prijs won. De allereerste winnaar was de Amerikaanse tenor John Hurst in 1982.

Het was dit jaar de tweede keer dat Jurmala in Letland, de organiserende partner van het concours was. Maar liefst 119 uit 41 landen waren naar de Letse kustplaats gekomen en na voorronden en halve finales bleven er 15 zangers over die in de finale met orkest elk een aria ten gehore mochten brengen. Prettig en bondig was de presentatie van Înts Teterovskis, een bekende Letse presentator en koordirigent.

Alle 119 deelnemers in Jurmala en links vooraan Minika Unegg, de pers chef van het Belvedere.

Als er een minpuntje aan dit concours is, dan is het de repertoirekeuze van de finalisten. Omdat het concours elk jaar ergens anders georganiseerd wordt, moet de organisatie vaak zelf het orkestmateriaal van  de aria’s kunnen leveren en met 15 kandidaten die elk drie of vier aria’s mogen selecteren, is het begrijpelijk dat de keuze enigzins beperkt is, want 60 aria’s zijn al enkele kistjes aan bladmuziek voor het orkest die per concours de wereld over moeten vliegen. Helaas levert dat dan wel vaak finales op met het grote bekende repertoire.

Un voce poco fa (Il Barbiere di Siviglia), Cruda sorte (L’Italiana in Algeri),  Depuis le jour (Louise), Madamina (Don Giovanni) en Che faro senza Eurydice (Orfeo), ze komen elk jaar voorbij in de finale en zo ook dit jaar en ‘Che faro’ zelfs twee maal.

‘Una voce poco fa’ werd in Jurmula gezongen door Israëlische mezzo sopraan met een klein Nederlandse tintje, Maya Gour, die deel uit maakt van de Nationale Opera Studio en al regelmatig in Amsterdam te zien en te horen was.

Mezzo sopraan Maya Gour ©Foto: Eduardus Lee

Maya beschikt over een groot, rijk mezzo instrument, met flexibiliteit en een heel erg makkelijke hoogte. Haar stem  heeft een rijk palet aan kleuren. Soms voor mijn smaak in deze finale iets te veel. Haar vertolking van Rosina’s ara was stevig, theatraal en virtuoos, maar in mijn ogen te een-dimensionaal. De dimensie waarvoor Maya had gekozen was die van een strijdlustige, bijna agressieve Rosina, die de charmante kant te weinig ruimte bood. Daarbij waren haar coloraturen nogal extreem en dat ging wel een beetje ten koste van de muzikale lijnen. Maya viel wel in de prijzen, met een engagement als ‘Rising Star ‘in de Carintischer Sommer 2023, een festival in Oostenrijk, waar Belvedere directeur Holger Bleck, die samen met Isabella Gabor de leiding heeft over het Belvedere Concours, artistiek leider is.

Op het vliegveld van Riga, een dag na het concours ontmoette ik Maya, op weg terug naar Amsterdam.

‘Eigenlijk wilde ik helemaal niet mee doen dit jaar. Vorig jaar had de eerste ronde niet overleed, maar ik heb het gedaan om mijn angst voor audities en competities te overwinnen. Ik ben iemand die uitdagingen opzoekt, obstakels juist wil overwinnen. En dat heb ik gedaan. Ik had nooit verwacht de finale te halen en  moest een aria zingen die ik helemaal niet graag zing. Ik heb de dag voor de finale de versieringen verzonnen en me er helemaal met alles in gegooid. Ik ben van huis uit een jazz zangeres en hou van ‘scatten’ dus versieringen vind ik ook een uitdaging. Misschien ben ik wel te ver gegaan, maar ik heb me vermaakt. Dat was sowieso voor mij het belangrijkste. Kijken of ik van een angst iets plezierigs kon maken. Het gaat over de balans tussen stress en opwinding en ‘Face your fears!’ Het belangrijkste is dat ik in staat was van de hele ervaring te genieten.’

Engagementen

Maya won een engagement in 2023 als’ Rising star’ in de Corinthische Sommer, een festival in Villach in Oostenrijk. De prijs werd door de artistiek directeur van het festival en manager van het Belvedere Holger Bleck aan haar toegekend.

‘Ik kreeg na afloop een groot compliment van hem. Hij zie dat hij de prijs had gegeven omdat ik voor hem echt muziek had gemaakt. Het is  heel leuk want Holger Bleck speelt klarinet en houdt net als ik ook van jazz, dus ik denk dat ik wel iets speciaals kan doen daar.’

‘Der Hirt auf dem Felsen’ van Schubert en ‘Parto Parto’ (La clemenza di Tito) waren twee mogelijkheden die bij mij opkwamen.

Het concours bestaat uit een aantal voorrondes en halve finales. Daardoor is het mogelijk dat de jury aan het eind van finale prijzen vergeeft aan zangers die niet in de finale stonden. Dat was dit jaar zelfs 4 keer het geval met vier halve finalisten.

In de jury van de internationale media mocht ik zelf dit jaar de plaats van mijn voorganger Jordi Kooiman invullen en dat was een groot genoegen. Hoe het stemverloop in die groep ging zal ik u besparen, maar uiteindelijk hadden alle 9 journalisten vrede met de keuze van de countertenor Key’mon Murrah als winnaar van de Internationale mediaprijs. Het was toch een soort van opluchting dat de vakjury dezelfde keuze had gemaakt en dat Hein Mulders voor Opera Köln hem ook een engagement aan heeft geboden.

De jonge Ierse sopraan Ava Dodd won met haar Juwelen- aria uit Gounods Faust de Wil Keune prijs voor een talent geboren na 1 januari 1997. De 23-jarige heeft een open toneelpersoonlijkheid, communiceert met het publiek en een goede, maar niet bijzondere stem. Wie weet hoe zij zich gaat ontwikkelen.

Bas Vittorio De Campo

Dat het publiek andere dingen hoort en ziet dan sommige vakmensen bleek wel door de keuze voor de Publieksprijs, die ging naar de Italiaans bas Vittorio Da Campo. Vittorio beschikt over een buitengewone, grote, prachtige stem, ziet er indrukwekkend uit op het toneel en heeft misschien wel iets heel speciaals, maar een zanger die in de finale van een concours in de aria van Koning Filips ‘Ella giammai m’amo’ uit Don Carlos, talrijke foute noten zong die daarbij in ook nog in een andere toonsoort waren dan de passage die hij zong, verdient geen prijs, hoe groot het potentieel ook is. Wie wel een prijs verdiende was de solo celliste (Inga Ozola) voor een prachtige introductie en verdere ondersteuning van de aria.

De winnaar van de 1ste prijs, de prijs van de Internationale Mediajury  en een engagementprijs bij de Opera van Keulen, Key’mon Murrah heeft dat speciale, dat uitzonderlijke wat hem boven de andere finalisten uittilde. Zijn stem heeft een stralende hoogte, die zo puur is en prachtig dat de zon doorbreekt als hij die tonen produceert. De stem daalt moeiteloos in alle registers af naar een donkere alt klank, en de stem stroomt vrijwel naadloos door al die registeren en kleuren die Murrah produceert. Maar er is dat andere, dat haast onbenoembare dat zijn ‘Che faro senza Euridyce’ op een hoger plan bracht. Een integere , haast bescheiden vertolking met grote muzikaliteit en concentratie, een uitstraling die er voor zorgt dat je naar zijn vertolking wordt getrokken zonder dat hij, de zanger, de countertenor Murrah, zich opdringt. Als ik zeg haast bescheiden wil dat niet zeggen dat Murrah een kleine stem heeft. Hij vult met gemak alle hoeken van de zaal en de stem draagt, zonder te forceren en zijn interpretatie, hoe intiem ook, komt aan bij iedereen in het publiek. Ik kan niet wachten om meer van deze bijzondere zanger te horen!

Key’mon Murrah , de grote winnaar van de 40ste International Hans Gabor Belvedere Singing Competition.Foto:© Dzintari Concert Hall/Pauls Zvirbulis

De Oekraīense bariton Nikita Nikascheko kon zich, zo hoorden we na afloop, door privé omstandigheden mogelijk extra goed inleven in zijn aria ‘Eri tu’ uit  Un Ballo in Maschera. Zijn stem is mooi, heeft een zeer aangenaam Pierro Cappucili-achtig timbre zonder vooralsnog diens enorme ademtechniek. De frasen waren daardoor soms aan de korte kant. Ondanks grote nervositeit in de repetities, zong hij in de finale de aria overtuigend, maar hij is nog er jong voor de Verdi- bariton rollen en misschien pas over een paar jaar ook echt toe aan de rol van Renato. Hij werd wel beloond door de jury met de tweede prijs en een engagement bij de Deutsche Oper am Rhein.

De Zuid-Afrikaanse bas bariton Rueben Mbonambi beschikt over een sterke toneel présence en een forse, egale stem die hij qua volume te eenzijdig, te luid en zonder veel nuances inzette in de aria ‘Come dal ciel precipita’ van Banco uit Verdi’s Macbeth. Vocaal is het allemaal in orde, maar de  sterke présence zette Rueben in de aria niet om in echt doorleefde expressiviteit. Als hem dat in de toekomst wel gaat lukken en hij leert genuanceerder te zingen, heeft hij de potentie om een echte ster te worden. Hij kreeg dit keer de derde prijs.

Zonder prijs

De aard van de jurering maakt het soms moeilijk om te kiezen uit twee of drie zangers die op zich een prijs zouden verdienen, want per prijs is er maar één winnaar. Daardoor viel er in mijn ogen een zeer getalenteerde zangeres uit België wat ongelukkig buiten de prijzen.

Sopraan Louise Foor.©Foto: Jonathan Berger

Sopraan Louise Foor heeft een prachtige stem, zong integer en afgewerkt, met mooie lijnen, prachtig uitgesponnen hoge noten en een oprechte inleving in de aria ‘Depuis le jour’ uit Louise van Charpentier. Louise is een zangeres die volledig podiumrijp is in een breed lyrisch repertoire en ik hoop haar veel te gaan horen in de komende jaren.

Dat geldt ook voor de Mexicaanse mezzosopraan Gabriella Flores. Haar was ook de aria van Orfeo toebedeeld en haar ‘Che faro’ was wezenlijk anders dan die van de winnaar Murrah.  Met een goede, elegante vertolking legde ze het af tegen de opwindende muzikaliteit van Murrah, maar persoonlijk denk ik dat Gabriella met een Franse aria (uit Werther bijvoorbeeld) hogere ogen had kunnen gooien.

De Bulgaarse mezzo Monika Zasheva heeft misschien wel de meest bijzondere stem van dit concours. Een rijke mezzo, met een donker timbre, met goede flexibiliteit voor de coloraturen van Cruda sorte (uit l‘Italina in Algeri) en dramatische zeggingskracht. Het is sneu voor haar dat haar theatrale uitstraling wat te wensen overliet waardoor ook zij zonder prijs of engagement de zaal verliet, maar voor haar zie ik een grote toekomst als zij met een goede coach aan de theatrale kant van dit lastige operavak kan werken. De eisen aan een hedendaagse zanger gaan nu eenmaal verder dan prachtig zingen alleen.

Ik moet van alle vijftien toch nog een zanger even apart noemen, niet vanwege zijn uitzonderlijke prestaties, maar wel vanwege het feit dat bariton Pete Thanapat Tripuvanantakul de allereerste finalist uit Thailand was in de veertig jaar van dit internationale concours.

Van de vijftien deelnemers waren er vele winnaars in deze finale, maar, om het cliché toch maar uit de kast te halen, waren er geen verliezers. Dat bewees de gezellige nazit in aller beste stemming onder zangers, organisatoren en juryleden die tot ver na middernacht doorging,  dus ook qua sfeer was het Belvedere concours  2022 weer een groot succes.

Verder lezen en luisteren

Voor alle prijswinnaars (teruggaand tot 1982)en meer details kunt u terecht op de website van het Belvedere Concours.

U kunt de hele finale terug luisteren. De live stream van de Letse radio is hier beschikbaar.

Martin Toet schreef over de finale in 2014 in Amsterdam met Levi  Sekgapane en Lise Davidsen.

Vorig artikel

Countertenor Murrah wint 40ste Belvedere Opera competitie

Volgend artikel

Trijn: een sympathiek gebeuren

De auteur

Bo van der Meulen

Bo van der Meulen