Recensies

Van Zweden viert verjaardag met emotionele Fidelio

Opera is om naar te luisteren én te kijken. Het was dan ook een uitstekend initiatief om de uitvoering van Beethovens Fidelio in de NTR ZaterdagMatinee onder leiding van Jaap van Zweden ook op televisie uit te zenden. De jarige Van Zweden maakte er een strakke en emotioneel geladen uitvoering van.

Jaap van Zweden vierde zijn zestigste verjaardag met Fidelio. (© Simon van Boxtel)

Er is te weinig aanbod aan culturele programma’s op de drie zenders van de publieke omroep. Ooit werd Nederland 3 gelanceerd als zender voor cultuur, maar daar is weinig van terechtgekomen. De tien miljoen euro die de overheid heeft toegezegd om in coronatijd de cultuurhonger te stillen, is in feite een donatie aan falend omroepbeleid. Maar niet geklaagd: daar was dan toch Fidelio op zondagavond.

Op zaterdagmiddag was het werk al als luisteropera uitgezonden via NPO Radio 4. Geen live-uitzending, zoals gebruikelijk bij de Matinee, maar een registratie in de dagen ervoor. Er werd niet bij gezegd of het gebeuren in één keer was vastgelegd of als een cd-opname in delen was gearrangeerd.

Dirigent Jaap van Zweden had al in interviews laten weten weinig te voelen voor uitvoeringen in een compleet leeg Concertgebouw, met musici op anderhalve meter van elkaar. In een interview met Trouw dreigde hij zelfs in bedekte termen om geen toestemming te geven voor de tv-uitzending als het hem akoestisch niet zou bevallen dat de musici ver uit elkaar zitten, waardoor de samenklank niet optimaal zou zijn.

‘Als het niet samenklinkt, word ik he-le-maal gek’, verklaarde hij al in oktober in een interview in de Volkskrant, naar aanleiding van zijn weigering om bij het Koninklijk Concertgebouworkest een programma in coronaopstelling te dirigeren. Maar voor Fidelio kon hij werken met het Radio Filharmonisch Orkest, een ensemble waarmee hij zeer vertrouwd is als voormalig chef-dirigent. Aan zijn goede relatie met de musici en aan zijn artistieke successen, onder meer een reeks opera’s van Wagner, hield hij de titel ‘honorary chief conductor’ over.

Cadeau

De tv-uitzending ging dus gewoon door en er werd veel tijd uitgetrokken in de voorbereiding, zowel in Hilversum in het Muziekcentrum van de Omroep als in het Concertgebouw. De uitvoering verliep voor het luisterend oor via de koptelefoon giga gelijk, maar de galm in de klank door de leegte van de publieksruimte was duidelijk hoorbaar.

Ook bij eerdere streamings van onder meer het Nederlands Philharmonisch Orkest, met de eerste symfonie van Brahms onder leiding van Hartmut Haenchen (nog steeds te beluisteren, zeer aanbevolen), stak de klank in een wel zeer ruime jas. Het is mij een raadsel dat de directie van het Concertgebouw niet meer dan een gordijn voor het middenbalkon heeft gehangen en verder geen akoestisch dempende maatregelen neemt. Gelukkig kon Jaap van Zweden ermee leven en kregen we een prachtig strakke en emotioneel geladen uitwerking van Beethovens enige opera te horen.

Fidelio werd in een licht en leeg Concertgebouw tot klinken gebracht. (© Simon van Boxtel)

Het was een soort cadeau van de ZaterdagMatinee, want op die zaterdag vierde Van Zweden zijn zestigste verjaardag en noteerden zowel het Radio Filharmonisch Orkest als het Groot Omroepkoor hun 75ste bestaansjaar. En Beethoven viert een kroonjaar op 17 december, 250 jaar. Met een superieure zangersbezetting kon het drama rond Florestan en zijn trouwe Leonore tot ontlading komen onder leiding van een zeer gedreven dirigerende Van Zweden; een luisterervaring die onderstreept werd met de televisiebeelden een dag later.

Het strijkorkest van het Radio Filharmonisch zette de heftige spanningen die Beethoven oproept in schitterend spel om, zowel in zachte passages als in de inleiding van het tweede bedrijf en in de uitbarstingen in het samenspel met de wrede gouverneur Pizarro, de met felle expressie zingende bariton Simon Neal. In de klank mengden zich meesterlijk de blazers met hun kleurrijke reacties. Alleen daarom al een opname die zich graag laat herbeluisteren.

Ook het jubilerende Groot Omroepkoor sloot naadloos aan met onder meer het subliem gezongen gevangeniskoor. Vermeldenswaard is ook de gesproken toelichting vooraf van Siebe Riedstra, met interessante gegevens over Beethovens componeren.

Aanzwellende kreet

De zangersbezetting was eigenlijk geëngageerd voor de oorspronkelijk geplande Götterdämmerung, in het kader van de vele Wagneropera’s die Van Zweden met het Radio Filharmonisch uitvoerde. Maar de bezetting bleek te omvangrijk voor een coronaopstelling. Geluk bij een ongeluk, want de grote, krachtige stemmen die voor Wagner nodig waren, werden een luxeaanbieding in het realiseren van de vocale eisen die Beethoven stelt.

Wat een huiveringwekkende expressie legde tenor Daniel Frank als Florestan in de machtig aanzwellende kreet ‘Gott’. Frank moet over een geweldig inbeeldingsvermogen hebben beschikt om in de klaarlichte, lege zaal zijn diepste ik als Florestan uit te drukken in de aansluitende zin ‘Welch Dunkel hier. O grauenvolle Stille’. In een enscenering is die duistere sfeer al een gegeven en kan de Florestan-zanger zich makkelijk inleven. De televisiebeelden onderstreepten Franks klasse als zanger-acteur.

Vanaf dit moment werd Beethovens opera echt drama, in de spanning tussen gevangenisbewaarder Rocco (uitstekende bas Georg Zeppenfeld) en zijn helpende hand, de als man vermomde Leonore (sopraan Anja Kampe, een grootse stem in een soms hels hoge partij), die haar echtgenoot Florestan wil bevrijden. Gevolgd door de heftige confrontatie tussen gevangenisgouverneur Pizarro en zijn opponent Florestan. Van Zweden bouwde een spannende climax op, zich oplossend in het trompetsignaal dat de bevrijding inleidt.

Holl als verteller

Fidelio begint als een knus familiedramaatje in de vorm van een Singspiel, met veel gesproken dialogen tussen vocale fragmenten. Gevangenishulpje Jacquino (wat scherpe stem van tenor Thomas Atkins) wil met Rocco’s dochter Marzelline trouwen, maar die heeft haar zinnen gezet op Fidelio (Leonore). Het ‘O wär’ich schon mit dir vereint’ klonk in de stem van sopraan Mercedes Arcuri met smachtende bakvisexpressie. Maar Arcuri kon ook fel reageren om Jacquino op zijn plaats te zetten.

Papa Rocco beziet het met smeuïge interesse en zingt zijn burgerlijke hart uit in de befaamde aria ‘Gold’, over het hebben van genoeg duiten. Georg Zeppenfeld zong het met smaak. Maar Rocco is óók een eerlijk en standvastig man, die zijn lust in geld wegdrukt als Pizarro hem rijke betaling aanbiedt om Florestan te vermoorden. Rocco’s karakter werd wat dat betreft met passie in de voordracht geëtaleerd door de vermaarde bas Robert Holl, in deze productie niet zingend, maar als tekstspreker verbindingen leggend tussen de gezongen onderdelen, als vervanging van de Singspiel-dialogen. Holl acteerde met zijn sonore stem vanuit de positie van Rocco, die zich verwijt zo corrupt te zijn geworden in het gevangenissysteem van Pizarro. Een prachtvondst van Holl op basis van een vertelling van de Duitse schrijver Walter Jens (1923-2013) getiteld Rocco’s Erzählung.

De Matinee had een superieure zangersbezetting bijeengebracht. (© Simon van Boxtel)

In de radio-uitzending – gericht op een publiek van kenners en liefhebbers – zullen Holls ‘Einlagen’ goed zijn overgekomen. Maar in de tv-uitzending oogde hij als een vreemde toevoeging, vooral door zijn intense acteren ‘sur place’. Als er eindelijk eens een opera op tv te beleven is, waar een veel breder en minder ingevoerd publiek op inschakelt, zorg dan voor een goede inleiding. Het fletse interviewtje van Paul Witteman met Jaap van Zweden vooraf droeg niets bij.

Nog erger was de presentatie van het zingende septet. Stijve voordracht door Atkins als Jacquino en Arcuri als Marzelline. Een niet als man te identificeren Fidelio van Anja Kampe in een avondjurk, terwijl een broekpak voor de hand had gelegen. En ook een weinig flexibel ogende Frank als Florestan. Alleen Zeppenfeld als Rocco en helemaal Neal als Pizarro acteerden met hun vocale expressie mee in gezichtsuitdrukking en houding. De kleine rol van minister Don Fernando werd door bas Tareq Nazmi met markante expressie vertolkt.

Opera is óók om naar kijken, zelfs in concertante uitvoeringen. Diverse semiscenische opvoeringen die de NTR ZaterdagMatinee produceerde, waren succesvol. Uitgerekend bij deze televisiepresentatie bleek enige regisseursinvloed afwezig. Een mislukking.

Nieuwe passie: dirigeren

Interessant was dat Jaap van Zweden met Fidelio zijn zestigste verjaardag vierde op het podium waar hij als violist en concertmeester van het Koninklijk Concertgebouworkest tussen 1979 en 1995 een belangrijke rol speelde. Zijn prachtige solospel in de Matthäus-Passion onder leiding van Nikolaus Harmoncourt zal ik niet licht vergeten. Bijzonder was ook zijn vertolking van het eerste vioolconcert van Dmitri Sjostakovitsj, in 1996 op cd vastgelegd.

Dat Van Zweden een grote vlucht zou maken als violist, werd al duidelijk in de groots gewonnen vioolwedstrijd ‘Oscar Back’ in 1977. Een zeventienjarige, wat slonzig ogende tiener werd een persoonlijkheid op de snaren. Zeer geconcentreerd, buitengewoon gefocust op klank en ritmische scherpte. Kwaliteiten die hij verder ontplooide toen hij tot ieders verrassing de viool aan de wilgen hing en met eenzelfde passie de dirigeerstok ter hand nam.

Op 13 mei 1993 leidde Van Zweden voor het eerst in een openbaar concert een orkest, in het hol van de leeuw, namelijk op het podium van het Amsterdams Concertgebouw. Een kamerorkest uit oostelijk Europa waar hij vlieguren maakte. Toen al diezelfde felle, ook sierlijke gebaren met zijn armen, die hij tamelijk dicht bij zijn lichaam houdt. Soms haalt hij uit, zoals in de televisie-uitzending prachtig te zien was.

Jaap van Zweden voor het hem zo vertrouwde Radio Filharmonisch Orkest. (© Simon van Boxtel)

Dat Van Zwedens overstap geen grap was, bleek uit de engagementen die hij al snel invulde in binnen- en buitenland. In 1995 reisde hij naar Buenos Aires om er de eerste symfonie van Gustav Mahler te dirigeren. Zijn talent werd opgepikt door het toenmalige Orkest van het Oosten. Op 28 augustus 1997 dirigeerde hij er voor het eerst, de vierde symfonie van Mendelssohn, herhaald in Amsterdam. Hij bewerkstelligde een volle, vloeiende ensembleklank.

Legato, klank maken, luidde zijn boodschap, noteerde ik als recensent. Maar hij waakte evenzeer over ritmische precisie, want zijn adagium luidt kortweg: poepie mooi en giga gelijk. Hij werd zelfs chef-dirigent in Enschede, van 1996 tot 2000. Met het tot Netherlands Symphony Orchestra omgedoopte ensemble debuteerde hij op 17 februari 1999 in Carnegie Hall in New York (en met succes), waar hij bijna twintig jaar later zou terugkeren als chef van de New York Philharmonic.

Operadier

In de tussenliggende jaren was de carrière van Van Zweden als een speer omhoog gegaan. Het eerste momentum: hij dirigeerde in 2001 in samenwerking met de Reisopera zijn eerste Fidelio. Van Zweden (41 jaar) als laatbloeier in de opera, wanneer je bedenkt dat Edo de Waart als 29-jarige in 1970 zijn eerste Fidelio dirigeerde bij de Nederlandse Opera, in de afscheidsvoorstellingen van Gré Brouwenstijn als Leonore.

Van Zweden ontpopte zich ook als operadier, vrijwel helemaal in concertante uitvoeringen in het kader van de NTR ZaterdagMatinee. Samen met het Radio Filharmonisch Orkest, waar hij in 2005 chef werd, dirigeerde hij onder meer vijf opera’s van Wagner. Hij stond tot nog toe weinig in de theaters. In de bak van De Nationale Opera dirigeerde hij een productie van Madama Butterfly (2007). Met het symfonieorkest van Hong Kong, waar hij in 2012 chef werd (als opvolger van Edo de Waart!) nam hij de hele Ring op, een alom bejubelde opname.

Dat ook opera zijn hartstocht is, na het complete symfonische werk van Beethoven (met het Residentie Orkest) en van Bruckner (met het RFO), blijkt uit zijn verrassende bekentenis in dagblad Trouw dat hij het wel leuk zou vinden om een operahuis te leiden. Hij kan in ieder geval als zestigjarige met trots terugkijken op zijn geslaagde tweede carrière als (opera)dirigent.

Vorig artikel

Cité de l’Opera: Alexander, Anna, James

Volgend artikel

Channa Malkin start crowdfunding nieuwe cd

De auteur

Franz Straatman

Franz Straatman