BuitenlandFeaturedHeadlineOperarecensieRecensies

Drie zusters Eötvös zorgvuldig ge(s)laagd

De zomer zindert en in Europa zijn muziekfestivals in volle gang. Inmiddels is Monique ten Boske bijna aan het einde van haar zomerfestival bezoeken; Aix-en Provence, Bayreuth en Salzburg deed ze aan en deelde haar ervaringen met ons. Hier haar laatste verslag uit Salzburg.

De Felsenreitschule in Salzburg. Foto: © Luigi Caputo

Péter Eötvös’ Tri sestry (Drie zusters) is een opera die de diepte van menselijke ervaringen, vooral de worsteling tussen verlangen en realiteit, op een ontroerende en indringende manier onderzoekt. Gebaseerd op Anton Tsjechovs gelijknamige toneelstuk, herinterpreteert Eötvös de klassieke tragedie. De première van de nieuwe productie op 8 augustus vond plaats in de Felsenreitschule en werd geregisseerd door Evgeny Titov.

We beginnen, zoals tegenwoordig bijna gebruikelijk, het verhaal achterstevoren en zien een meisje geknield bij een mogelijk overleden, oude vrouw op de grond zitten. Een opengereten staalconstructie, ooit onderdeel van een spoorlijn. Links komen de verfomfaaide rails  uit een tunnel en aan de andere kant, rechts op het toneel rijst een enorme, rechtopstaande steen op. Als een muur die de doorgang blokkeert.

Drie Zusters scenefoto met Dennis Orellana (Irina), Aryeh Nussbaum Cohen (Olga) en Cameron Shahbazi (Mascha)
Foto: © SF/Monika Rittershaus

Eötvös pakt Tsjechovs oorspronkelijke structuur van vier akten anders aan en herschikte de scènes naar thematische zwaartepunten. Dat doet hij in drie afzonderlijke scenes, (drie sequensen) elk gewijd aan één van de drie zussen: Irina, Andrej en Mascha. In plaats van een lineaire vertelling ontvouwt het werk zich als een mozaïek van herinneringen, dromen en onvervulde verlangens. Elke scene vertelt opnieuw de gebeurtenissen vanuit het perspectief van één hoofdpersoon, waardoor bekende momenten nieuwe lading krijgen. Opvallend is de directe confrontatie van twee sleutelmomenten: de huwelijksaanzoeken van Tusenbach en Soljony aan Irina, die in de opera vlak achter elkaar staan, waardoor hun contrast scherper wordt.

Eötvös klanktaal

De muziek van ‘drie zusters’ is modern, waarbij Eötvös de opera laat beginnen met het geluid van een accordeon, een symbolisch instrument dat in zijn eenvoud een gevoel van vergankelijkheid en eenzaamheid oproept. Het klinkt als een echo uit het verleden, een herinnering aan een tijd die nooit terugkeert. Herkenbaar, een beetje zoals de mondharmonica in de film ‘Het gebeurde in het westen’. De muziek speelt met dissonantie en harmonie om de innerlijke conflicten van de hoofdpersonen te benadrukken. Waar traditionele opera misschien een duidelijke melodie biedt om emoties te communiceren, gebruikt Eötvös in plaats daarvan een dynamisch palet van klank dat de onzekerheid en innerlijke chaos van de personages weerspiegelt.

Scènefoto Drie Zusters. Foto: © SF/Monika Rittershaus

Elke hoofdrol krijgt een specifieke instrumentale stem; zo is er de fluit voor Olga, de klarinet voor Mascha en wordt Irina begeleid door de hese helderheid met een randje scherpte van de hobo. Het orkest fungeert bijna als een karakter op zich, een reflectie van de innerlijke wereld van de personages. De twintigste-eeuwse harmonieën worden afgewisseld met duistere, indringende akkoorden die de onrust en het verdriet van de zusters weerspiegelen. Het gebruik van countertenoren voor de vrouwelijke hoofdrollen creëert een intrigerende vervreemding. Na verloop van tijd was bij mij die vervreemding overigens zo goed als weg omdat er zo goed gespeeld werd door de mannen.

Dirigent en orkest

Het Klangforum Wien Orchestra staat onder muzikale leiding van Maxime Pascal. Ook is er nog een enorm, niet zichtbaar, bühne orkest dat onder leiding staat van Alphonse Cemin. Dat had ik vooraf gelezen, maar eigenlijk nauwelijks gehoord, heel merkwaardig.  
Eötvös’ complexe klankbeelden waren prachtig en alle opmerkelijke en ‘grappige’ geluiden uit de orkestbak waren daar zonder het kwetsbare evenwicht tussen solisten en orkest te verliezen. Waarschijnlijk mede te danken aan de Nederlandse Paul Jeukendrup, die geluidsontwerper en klankregisseur is bij de voorstelling. Hij geeft les aan het Koninklijk conservatorium in Den Haag. Eerlijk gezegd weet ik niet wat ik allemaal hoorde, maar het was erg mooi en ook met fluisterzachte subtiliteit in de intieme momenten.

Scènefoto Drie Zusters Foto: © SF/Monika Rittershaus

Wachten het enige reizen

Regisseur Titov benadert de opera als een diepgaand onderzoek naar de essentie van het leven. De scènes spelen zich af in een door verwoesting getekende ruimte ver weg van het traditionele beeld van een salon van Tsjechov. De fysieke ontreddering versterkt de innerlijke leegte bij de personages en het gevoel van hun vastlopen. Een enkele keer duikt er een moment van harmonie op, zoals het theedrinken aan het begin van de Mascha-scene. Het geheel gaat op absurdistisch theater lijken en op meerdere malen dacht ik; ‘laten we naar Moskou gaan, …. maar we kunnen niet. Waarom niet? … We wachten op Godot.’

Het spraakmakende decor dat Rufus Didwiszus ontwierp voor Tosca van Barry Kosky is zeer binnenkort weer bij De Nationale Opera en Ballet te zien in de herneming. Rufus kreeg recent in Brussel een Opera Award en dat is verdiend. Ook dit decor van hem ziet er weer prettig uit en sluit naadloos aan bij de visie van de regisseur en de sfeer van de muziek. Het idee van een opengereten spoorbaan is briljant en benadrukt de psychologische diepgang van een niet te herstellen weg naar Moskou, die blijvend geblokkeerd is. Stil staal en beton en ruimte worden gebruikt om de emotionele lading van het verhaal te versterken, simpel, esthetisch en doeltreffend.

Cameron Shahbazi (Mascha), Aryeh Nussbaum Cohen (Olga), Dennis Orellana (Irina) en Eva Christine Just (Mütterchen)
Foto: © SF/Monika Rittershaus

Solisten Indringend

Dennis Orellana gaf Irina een bijna porseleinen kwetsbaarheid. Zijn heldere, transparante toon klinkt aanvankelijk licht en verwachtingsvol. Mooi hoe hij de teloorgang van Irina’s dromen hoorbaar maakt. Ook in spel een fijne presentatie, zoals hij – in de laatste scene – weifelend op de muur een boog op de rots schildert als teken van hoop.

De Perzisch-Canadese countertenor Cameron Shahbazi herinner ik mij uit Nederland van zijn prima rollen van Tolomeo in Giulio Cesare en Diaghilev in de wereldpremière van Willem Jeths Ritratto, een voorstelling die werd opgenomen en gestreamd wegens de coronapandemie. Hier bracht hij een knappe vocale presentatie met tegenstrijdigheden: een warme, fluwelen klank vol verlangen tegenover scherpe, ironische fraseringen die haar innerlijke onrust blootlegden. Wanneer hij in de laatste scene zijn jurk uit doet en in een soort ‘schreeuw’ van Munch gaat zitten, is dat heel intens, knap geacteerd en aandoenlijk en ik heb de verbeelding van dit schilderij nog nooit ergens zo passend gevonden dan hier. Werkelijk briljant!

De Amerikaanse countertenor Aryeh Nussbaum Cohen, enkele jaren gelden in Nederland te gast in Le Grand Macabre in de NTR Zaterdag Matinee, hoorde ik recentelijk in De Munt als Ismael in de door mij muzikaal niet zo gewaardeerde Fanny en Alexander, en toen viel zijn bijdrage zeer positief op. Hij verleent Olga een moederlijke rust, met lange, vloeiende lijnen en een zacht, maar doordringend timbre dat onderhuids verdriet suggereert. Samen vormen deze drie stemmen van heren een onwerkelijke, tijdloze klankdriehoek voor de zussen, waarschijnlijk zoals Eötvös voor ogen had.

Aryeh Nussbaum Cohen (Olga), Dennis Orellana (Irina) en Cameron Shahbazi (Mascha) Foto: © SF/Monika Rittershaus

Een paar zangers die verder opvielen; Kangmin Justin Kim (Natascha) was de katalysator van het drama. Kim is bekend van de beroemde Cecilia-Bartoli-personificatie en was meerdere malen te gast in het Concertgebouw in Amsterdam en is een heerlijk theaterdier. Hij mocht alle remmen los gooien en bewoog als een ware lynx ook over de bühne, waarbij hij schuin een muur bedwong en dat samen met prima stem en dictie. Jörg Schneider (Dokter) viel op door meesterlijk met kleur en ritme dronkenschap, ontgoocheling en ironie te laten samenvallen en was heel expressief in zijn spraakzang. Seiyoung Kim (Rodé) en Kristofer Lundin (Fedotik) hadden een zeer mooi uitgevoerd en goed klinkend duet.

Female gaze

Het gebruik van countertenors voor de drie zussen doorbreekt op indringende wijze de conventionele genderrollen en versterkt de female gaze. Door mannelijke zangers in vrouwelijke rollen te plaatsen, verschuift de aandacht van uiterlijk en traditionele vrouwelijke eigenschappen naar de innerlijke wereld van de personages. Decor en muziek werken door hun soberheid mee aan deze introspectieve benadering. De kijker wordt uitgedaagd om voorbij de gebruikelijke genderstereotypen te kijken en de zussen te zien als volwaardige individuen, met hun eigen perspectieven, verlangens en emoties. Zo krijgen hun persoonlijke verhalen en subjectieve ervaringen de ruimte en waarde die ze verdienen.

De kracht van de afwezigheid

Péter Eötvös’ opera is prachtig in zijn weergave van menselijke leegte, verlangen, en de noodzaak om te begrijpen waarom we altijd blijven zoeken naar iets buiten onszelf, zelfs als dat wat we zoeken voor altijd buiten bereik blijft. Moskou wordt tot symbool van een onbereikbaar ideaal, er is een kapotte spoorweg terwijl het echte obstakel in henzelf ligt.

Drie zusters, Aryeh Nussbaum Cohen (Olga), Cameron Shahbazi (Mascha) en Dennis Orellana (Irina) Foto: © SF/Monika Rittershaus

De productie in handen van regisseur Titov maakt nog duidelijker dat de voorstelling niet draait om gebeurtenissen, maar om het ontbreken ervan, zoals de gebroken klok op het toneel ligt; een symbool voor de onafwendbare tijd, het uitblijven van verandering. Het slot van de opera – zwevend, onopgelost – laat het publiek achter met dezelfde vraag die de zusters beheerst: ‘hoe leef je verder te midden van gemiste kansen en vervlogen dromen’

Het antwoord: ‘Met hoop.’

Drie Zusters is nog te zien op 12, 21 en 24 augustus in de Felsenreitschule in Salzburg.

Verder kijken, luisteren en lezen

Regisseur Evgeny Titov over Drie Zusters

Kostuums passen met Kangmin Justin Kim

Bij het overlijden van Péter Eötvös in 2024

Monique ten Boske over Mitridate in Salzburg

Vorig artikel

Museum-Manon Lescaut klein mirakel

Volgend artikel

Dit is het meest recente artikel.

De auteur

Monique ten Boske

Monique ten Boske