BuitenlandOperarecensie

Raadselachtige Parsifal in Vlaanderen

Opera Vlaanderen hernam rond de paastijd de Parsifal-productie van Tatjana Gürbaca. In Wagner-jaar 2013 werd de productie bij de Opera Awards gekroond tot ‘Best Wagner Anniversary Production’ en door Opernwelt aangewezen als beste productie van het jaar. Mijn verwachtingen waren hooggespannen, maar werden helaas niet vervuld.

Scène uit Parsifal. (© Annemie Augustijns)

Parsifal is allesbehalve een doorsnee opera. De plot zit zowel fysisch als metafysisch vol (potentiële) duidingsmogelijkheden, waar Wagner-liefhebbers graag hun tanden in zetten. Maar net als je denkt dat je vat op het werk begint te krijgen, ontglipt het je weer. Dat is ook de magie van Parsifal. De ervaring van iets wat je als publiek nooit helemaal kunt doorgronden in combinatie met de ingenieuze muziek van Wagner maakt dat deze opera voor de meest ongelovige Wagner-liefhebber een haast religieuze ervaring kan zijn.

Idealiter verrijkt een regie de Parsifal-ervaring met beelden, karaktertekeningen en associaties die de beleving verdiepen, maar tegelijkertijd niet in de weg zitten. Wat dat betreft was het een mooie vondst van Gürbaca om tijdens het voorspel de fatale kus van Amfortas en Kundry te laten zien. In deze scène wordt vooral pijnlijk zichtbaar hoe onnatuurlijk de ascetische, welhaast celibataire regels van het mannelijke graalgenootschap (en de ‘gevallen’ graalridder Klingsor) eigenlijk zijn.

Een ander sterk moment is het egoïstische, sadistische gedrag van de graalgemeenschap ten overstaan van Amfortas in de laatste akte: ze folteren hem, hangen hem een bord met ‘Mörder’ om de hals en stoppen hem glasscherven in de schoenen. Gürbaca liet hier overtuigend zien hoe rot de wereld van de graalridders ten diepste is.

Daartegenover stonden een aantal bedenkelijke vondsten. Zo verplaatst Gurnemanz zich gedurende de opera in een rolstoel, iets wat de vocale en dramatische mogelijkheden van de verder prima zingende Stefan Kocan ernstig belemmerde. Voor de graalceremonie stond Gurnemanz echter wel opeens op uit zijn rolstoel, om met zijn medegraalridders een langzame polonaise te doen (overigens erg ‘underwhelming’). De graalceremonie bereikte een climax met het ten tonele verschijnen van een hoogzwangere Kundry, die de ridders aan haar buik liet voelen.

Scène uit Parsifal. (© Annemie Augustijns)

Ook de personenregie vond ik niet altijd even sterk. In de tweede akte leek alles te kloppen: toen Kundry haar meerfrontenaanval inzette om Parsifal te verleiden, zorgde de regie met het zorgvuldig geconstrueerde spel tussen aantrekking en afstoting voor een weergaloze spanning. In de derde akte werd het echter weer erg verwarrend: Kundry neigde het ene moment naar Parsifal, om zich het andere moment boos van hem af te keren. Met tegenzin waste ze zijn voeten, en ze sneed zich aan het slot (overigens niet voor het eerst) de polsen door. In plaats van het prikkelen van mijn verbeelding, beleving en duiding van Parsifal veroorzaakte Gürbaca bij mij hier slechts verwarring.

Vocaal was de voorstelling wel goed in orde, en dan met name waar het de Kundry van Tanja Ariane Baumgartner en de Parsifal van Erin Caves betrof. Baumgartner beschikt over een onvermoeibare, wendbare stem, die schijnbaar moeiteloos tussen de verschillende (ook vocale) gemoedstoestanden en gedaantes van Kundry leek te schakelen. Erin Caves beschikt over een aangename, warme klank en wist tot het einde van de avond met een energieke, jeugdige klank te zingen.

De Klingsor van Kay Stiefermann was zowel vocaal als dramatisch uiterst indrukwekkend, al leek er aan zijn klank wel een wat rauw randje te zitten. Iets soortgelijks gold voor de Amfortas van Christoph Pohl: hij acteerde uiterst geloofwaardig en zijn stem klonk prima, al leek hij vocaal soms wel echt tegen zijn grenzen aan te schuren.

Onder het aanstormende dirigeertalent Cornelius Meister speelde het Symfonisch Orkest Opera Vlaanderen een Parsifal van uitzonderlijke schoonheid: de ‘unendliche Melodie’ heeft Meister feilloos in zijn vingers. Een eveneens onmisbare schakel in deze muzikaal zeer geslaagde uitvoering was de bijdrage van het Koor van Opera Vlaanderen.

Door persoonlijke omstandigheden is deze recensie later dan gepland verschenen.

Vorig artikel

De Nationale Opera herneemt Gurre-Lieder

Volgend artikel

Py regisseert Lohengrin bij de Munt

De auteur

Laura Roling

Laura Roling

2Reacties

  1. Stefan Caprasse
    11 april 2018 at 10:44

    Uiteraard heb ik als grote Wagnzerliefhebber deze produktie bijgewoond en ik zou er heel graag mijn (hoogstwaarschijnlijk volgens sommigen nietszeggende) commentaar op geven, zoals ik vroeger altijd graag gedaan heb.
    Zolang ik echter geen bevredigend antwoord krijg op mijn vraag waarom op de niet-recensies-artikels niet meer mag gereageerd worden (kan dit echt niet hersteld worden, ALSTUBLIEFT?), heb ik niet veel zin op deze blog te reageren, wat ik nog steeds erg spijtig vind…

    Heel mooie recensie overigens…

  2. Ray Williamson
    13 april 2018 at 12:05

    Begrijp er ook niets van. Wilde een reactie geven op het artikeltje over Judith van Wanroy en met name wijzen op de fantastische recensie die zij kreeg op Opera Gazet. Mag niet. Wie zit hier achter ? (Ik heb wel een idee…) Lees vooral de uitbundige recensie van Le Nozze op Opera Gazet. Daar kan iedereen op alles reageren. In de Belgische operahuizen worden trouwens ook geen onwelgevallige recensenten geweerd.