FeaturedOperarecensie

Platée als prettig pretparktafereel

De Reisopera’s reprise van Platée is een malle bedoening. Maar dat kun je verwachten bij deze opera. De productie speelt zich af in een pretpark, met alle bonte figuren van dien. Soms hilarisch, soms flauw, maar al met al prettig om te aanschouwen. Mét een opvallend goed orkest.

McFadden showt haar vocale kunnen als La Folie (foto: Hermann & Clärchen Baus).

Platée is een belachelijke moerasnimf. Jupiter doet echter alsof hij voor haar valt, om zijn jaloerse vrouw Junon een lesje te leren. Als ze op het punt staan te trouwen, komt de opzet aan het licht. Leedvermaak alom, behalve bij Platée, die tierend terugkeert naar haar moeras.

Rameau’s ‘ballet-bouffon’ uit 1745 heeft een merkwaardige plot, die bij regisseurs al snel groteske ideeën oproept. Dat bleek eerder dit jaar bij De Nederlandse Opera, waar Nigel Lowery en Amir Hosseinpour je overspoelde met absurdisme. En dat blijkt bij de Nationale Reisopera, waar Mirjam Koen en Gerrit Timmers er een kolderieke vertoning van maken.

Hun Platée, daterend uit 2002, speelt zich af in een pretpark, met een kasteel, een sprekende berg en een waterland (heerlijke decors van Timmers zelf). De belangrijkste personages zijn aangekleed als typische themapark-figuren. Jupiter is een cliché-koning bij uitstek, inclusief potsierlijk kapsel, en zijn knecht Mercure hobbelt de hele avond met een neppaardje over het toneel. Platée is een lelijke variant van Assepoester en La Foplie een ‘western girl’. En tussendoor banjeren nog twee Elvis-kopieën.

Onvermijdelijk is dat de regisseurs hier en daar nogal vrij met het libretto om moeten springen. Maar ze slagen er behoorlijk in om de verhaallijn vast te houden. De proloog komt weliswaar niet echt uit de verf, maar daarna komt de vaart er steeds meer in. Bovendien is hun regie uitstekend op de muziek afgestemd – hulde daarvoor!

Het spel schippert tussen flauw en geestig, maar voor mij slaat de balans uiteindelijk positief uit. Wel jammer vind ik dat het bij komedie blijft. Het slot van de opera kan heel wrang en tragisch zijn, maar bij Koen en Timmers pakt het slechts beperkt zo uit. Dat maakt het moeilijk om de voorstelling als meer te zien dan een avondje kolder.

Harry Nicoll als Platée (foto: Hermann & Clärchen Baus).

Het Combattimento Consort Amsterdam voorziet de fratsen op het toneel geweldig van muziek. De musici gaan onder leiding van Jan Willem de Vriend volledig mee in de groteske stijl, met uitbundige spel, scherpe contrasten en sublieme articulaties. Geen moment is het saai.

De rollen zijn prima bezet. Harry Nicoll zingt en speelt zeer bekwaam Platée; zijn geluid is geknipt voor de partij. Claron McFadden (La Folie) begint wat slordig, maar eenmaal op dreef stunt ze heel wat af met haar stem. Muzikale komedie ten top.

Klankschoonheid komt van Eugénie Warnier als L’Amour en Clarine, terwijl Machteld Baumans een portie driftige zang tentoonspreidt als Junon. Frans Fiselier is een uitstekende Cithéron, Vincent Lesage een lachwekkende Mercure (in de positieve zin van het woord) en Philippe Kahn een Jupiter bij uitstek, met zijn grote, diepe stem. Fraai vind ik ook hoe Ashley Catling (Momus) de interpretatie van zijn partij volledig naar de regie plooit.

Aan het einde van de avond denk je wellicht: wat was dit allemaal? Maar ongeacht je antwoord, saai is het niet.

Platée is tot en met 15 december nog negen keer te zien. Zie voor meer informatie de website van de Nationale Reisopera.

Vorig artikel

Yo! Opera organiseert laatste festival

Volgend artikel

Opera in de media: week 47

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

1 Reactie

  1. Susan
    20 november 2011 at 11:10

    Gisterenavond gezien in Nijmegen.
    Tot gisteren wist ik niet meer van deze opera dan dat het bestond. Een nieuwe ervaring dus, en wat voor een! Genieten met een grote ‘G’.

    Van het verhaal heb ik, ondanks de boventiteling, niet veel meegekregen, maar de enorme glimlach op mijn gezicht toen ik het theater weer verliet was meer dan voldoende. Goede zang, een goed orkest en een mooi en effectief decor. Wat wil je nog meer? Deze voorstelling had een volle zaal verdiend, maar helaas waren er nog heel wat lege plekken.

    Wat een verschil met ‘Die Zauberflöte’ van een kleine 3 weken geleden (Staatsopera van Tartastan) in hetzelfde theater – een bijna uitverkochte zaal, maar een tenenkrommende voorstelling. Blijkbaar maakt onbekend onbemind. Onterecht, want het is een ware aanrader!