Achtergrond

Youtube-portret: Giuseppe Filianoti

Hij is niet zo bekend als een Alagna of een Kaufmann, maar hij staat net als hen op de grootste operatonelen ter wereld en doet het daar goed. Een portret in beeld van Giuseppe Filianoti, een doorgebroken pupil van Alfredo Kraus. Met dank aan Youtube.

(Foto: E. Paiz)

Giuseppe Filianoti werd geboren in Reggio Calabria, een stad in de absolute punt van Italië’s laars. Hij studeerde literatuur en ging vervolgens naar het Francesco Cilea Conservatorium in zijn geboorteplaats. Daar studeerde hij in 1997 af.

De tenor vertrok noordwaarts om verder te studeren bij het beroemde Teatro alla Scala. Daar ontmoette hij Alfredo Kraus, die zijn mentor werd. In die tijd maakte hij zijn professionele debuut in Bergamo (1998) en won hij de tweede prijs van Operalia 1999, de zangcompetitie van Plácido Domingo. Een prijs die hij deelde met Rolando Villazón.

Hieronder zingt hij ‘Pourquoi me reveiller’ uit Werther tijdens die 1999-editie van Operalia.

Een jaar later stond hij al op het toneel van het Royal Opera House in Londen, om de rol van Alfredo te zingen in La Traviata. Hieronder zingt hij Alfredo’s aria uit de tweede akte van Verdi’s opera. Het fragment komt uit een productie uit Cagliari, 2004.

In 2003 opende Filianoti het seizoen van de Scala in een productie van Rossini’s Moïse et Pharaon, onder leiding van Riccardo Muti. In de seizoenen die volgden, bleef hij regelmatig terugkeren in Milaan. Recent nog als Nemorino in L’elisir d’amore.

Hieronder Nemorino’s overbekende aria ‘Una furtiva lagrima’ uit de mond van de Italiaan. Het komt uit een productie uit 2009.

Behalve bij de Scala maakte Filianoti ook furore in New York. In 2005 debuteerde hij er met veel succes in Lucia di Lammermoor van Donizetti. De rol nam hij later in de pas in bioscopen uitgezonden productie van Zimmermann nogmaals op zich, aan de zijde van Anna Netrebko.

Hieronder een fragment uit die productie. Filianoti zingt ‘Fra poco a me ricovero’.

Bovenstaande aria’s geven de diversiteit van Filianoti’s repertoire aardig weer. Hij zingt het Italiaanse belcanto-repertoire, zowel het Italiaanse als Franse lyrische repertoire en maakt nu en dan uitstapjes naar andere genres, bijvoorbeeld met Monteverdi’s Orfeo en twee titels van Stravinsky.

Ter illustratie van zijn repertoire hieronder nog twee fragmenten. Allereest ‘Salut, demeure chaste et pure’ uit Faust van Gounod (een fragment uit 2003) en vervolgens een passage uit Strauss’ Capriccio (ook uit 2003).

Vorig artikel

Mozart in Lyon: Giovanni verleidt Little Italy

Volgend artikel

Montgomery frist vergeten opera Hasse op

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

1 Reactie

  1. 29 maart 2011 at 12:03

    met chris horsmeier.
    Wanneer komt deze man nu eens naar Amsterdam?
    Net als vittorio Grigolo, waarom niet.