AchtergrondBinnenkortFeatured

Hiphoppen op Purcell

Als er iemand aan de toekomst van opera denkt, is het Xynix Opera wel. Waar de doorsnee operavoorstellingen hoofdzakelijk 60-plussers trekken, staat Xynix voor zalen vol kinderen. Vanaf 25 juni sluit het ‘jeugdoperahuis’ haar seizoen af met King Arthur. „Kinderen zijn keihard”, vertelt dirigent Niek Idelenburg.

Niek Idelenburg snijdt de King Arthur-taart aan tijdens de kick-off van de productie op 27 mei.
Niek Idelenburg snijdt de King Arthur-taart aan tijdens de kick-off van de productie op 27 mei.

Xynix Opera ontstond in 1994, eigenlijk bij toeval. Regisseur Joke Hoolboom en dirigent Niek Idelenburg waren allebei al bezig met muziek voor kinderen en sloegen de handen in elkaar voor een opera voor kinderen, Prinses Pom.

Het bleek zo’n geslaagd concept dat Idelenburg en Hoolboom erop voortborduurden met nieuwe producties. En zo ontstond Xynix Opera (vernoemd naar de ziener uit het stripboek Asterix en de Ziener).

Vijftien jaar later heeft de gemeente Amersfoort Xynix aan een eigen thuisbasis geholpen, het industriële pand de Veerensmederij, en durft het gezelschap zichzelf te betitelen als ‘eerste jeugdoperahuis van Europa’.

Want uniek is Xynix, vertelt Idelenburg in de Willem de Zwijgerkerk in Amsterdam, waar het gezelschap zich voorbereid op zijn laatste productie van het seizoen, King Arthur van Henry Purcell. „Toen wij begonnen, was er nagenoeg niets aan opera voor kinderen. Alleen bijvoorbeeld Mozart-opera’s die korter werden gemaakt en daarmee geschikt moesten zijn voor kinderen.”

„Wat ik wilde, was nieuwe stukken maken, met nieuwe muziek. Een Mozart-opera spelen met twee piano’s en een klarinet terwijl het voor orkest bedoeld is, dat is toch niet leuk? Dat wij nieuwe opera’s maken voor kinderen is denk ik een deel van ons succes.”

Xynix kiest soms nog bestaande stukken om uit te voeren, zoals King Arthur, maar laat het merendeel van haar producties nieuw maken. Sinds 1994 speelde het 25 van die nieuwe werken, tegenover 3 bestaande opera’s.

Idelenburg en Hoolboom verzinnen een bepaald concept voor een voorstelling en geven dat aan een componist en schrijver, die zich erop mogen storten. Het grote voordeel van die werkwijze vindt Idelenburg dat de componist zijn muziek helemaal op maat kan schrijven voor de samengebrachte cast.

Toen Xynix vijftien jaar geleden begon, stonden componisten en schrijvers er nog sceptisch tegenover. „Een stuk voor kinderen? Dat vonden ze niets, zeiden de componisten. En de schrijvers vonden dat ze veel te weinig woorden kwijt konden in een libretto”, vertelt de dirigent. „Maar we hebben naar mijn idee in vijftien jaar veel bereikt: nu wil iedereen wel voor ons schrijven.”

Klieren

Xynix geeft zowel voor iedereen toegankelijke voorstellingen als gesloten voorstellingen die gekoppeld zijn aan leertrajecten op scholen. Met die laatste voorstellingen bereiken ze duizenden kinderen.

Idelenburg geeft voor een project altijd een middag les aan de docenten van de deelnemende scholen, zodat zij hun leerlingen kunnen voorbereiden op de opera. „De zang in onze voorstelling is toch anders. Het is niet zoals in popmuziek, zelfs niet als we popmuziek spelen.”

In het najaar gaat Xynix bijvoorbeeld Otello van Shakespeare spelen in zo’n schoolproject. Daarbij zingt een Turkse zanger de titelrol, die ook allerlei Turkse muzikale versieringen gebruikt. „De kinderen liggen in een deuk van de lach als je ze dat zonder voorbereiding laat zien.”

‘Hiphop werkt fantastisch op de muziek van Purcell’

Vroeger gaf Xynix de voorstellingen nog wel in gymzalen van de scholen zelf, maar nu worden de leerlingen vrijwel altijd in een schouwburg uitgenodigd. „Het moet ook een dagje uit zijn. Voor zo’n 70 procent in de klas is het misschien de enige keer dat ze een opera bijwonen.”

De reactie van de kinderen is bijna altijd ‘ontzettend leuk’, vertelt Idelenburg. „Ze hebben grappig genoeg wel altijd een vooroordeel, ondanks de voorbereiding. Maar dat ze het dan toch leuk vinden, komt denk ik doordat het in het Nederlands is, het niet langer dan een uur duurt en er geen lange aria’s zijn zonder handeling. Statische momenten vermijden we. Ook zorgen we dat het actueel is. Zo is onze Otello directeur van een televisiebedrijf dat een soapserie produceert.”

Optreden voor kinderen is aan de andere kant ook een zware klus, zegt Idelenburg. „Kinderen zijn keihard. Niet zozeer bewust, maar als iets niet helemaal goed is, worden ze onrustig. Volwassenen zouden dan zeggen: het was best goed. Kinderen gaan klieren. Maar bij ons klieren ze nauwelijks.”

Fort

Op donderdag 25 juni leidt Idelenburg het Cartago Consort tijdens de première van King Arthur, de laatste productie van Xynix Opera dit seizoen. Hoewel deze productie niet speciaal voor kinderen is gemaakt, is die wel heel toegankelijk, vertelt de dirigent.

King Arthur speelt tegen het decor van Fort Rijnauwen.
King Arthur speelt tegen het decor van Fort Rijnauwen.

De locatie is namelijk Fort Rijnauwen – de locatie bij uitstek voor het verhaal over twee koningen die vechten om een vrouw. Terwijl de zon ondergaat, spelen acht solisten, dansers en een barokorkest de semi-opera van Purcell op het gigantische toneel bij het fort. „De weersomstandigheden zijn spannend, het wordt langzaam duister, je hebt alle ruimte: dé plek waar je kunt uitpakken. We gebruiken gekke auto’s, paarden, vuur; het kan allemaal. Het wordt zeker spectaculair, en dat is ook leuk voor kinderen.”

Vier jaar geleden speelde Xynix ook een Purcell-opera op Fort Rijnauwen, Dido and Aeneas. Ondanks de korte voorbereiding toen werd het een groot succes. De tien voorstellingen waren allemaal uitverkocht (telkens 500 toeschouwers).

Idelenburg is erg enthousiast over de muziek van de Engelse componist. „Het is 350 jaar geleden geschreven, maar zó spannend. We hebben er nu ook dans bij, waaronder enkele hiphopdansers. Eerst dacht ik: moet ik er misschien een elektrische gitaar bij gebruiken? Maar op de muziek van Purcell blijkt het fantastisch te werken.”

Het is illustrerend voor de manier waarop Xynix hip en opera met elkaar verbindt en zo een jonge doelgroep aanspreekt. En Idelenburg heeft de hoop dat hij die werkwijze ook buiten de Nederlandse grenzen kan gaan uitdragen. „Kijk naar Duitsland. Daar zijn vijftig operahuizen, maar er is er niet één speciaal voor kinderen. Het zou mooi zijn als we dit internationaal kunnen gaan uitdragen.”

King Arthur gaat op 26 juni in première op Fort Rijnauwen. Daarna zijn er tot en met 11 juli nog zeven voorstellingen. Meer informatie: www.operaoplocatie.nl.

Vorig artikel

Gatti debuteert in München met boegeroep

Volgend artikel

Pasta koken met hulp van Verdi

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.