BinnenkortBuitenlandFeaturedHeadlineNieuws

Warenberg en Sequiera finalisten Brussel

Zowel De Nationale Opera Studio als de Dutch National Opera Academy zijn vertegenwoordigd in de finale van De Koningin Elisabethwedstrijd voor zang. Mezzosopraan Maria Warenberg, lid van de DNOA, zal op zaterdag 3 juni haar finale programma zingen en sopraan Sílvia Sequeira, verbonden aan de Studio van DNO en winnares van ARIA, zingt op vrijdag 2 juni haar selectie.

Maria Warenwerg en pianist Nino Pavlenichvili in de halve finale. Foto:© Queen Elisabeth Competition- Alexandre de Terwanghe

Peter Franken schreef vorige week over Silvia Sequeiro*, die momenteel nog te zien en te horen is als Anna Kennedy in Maria Stuarda bij De Nationale Opera en Maria Warenberg is een zangeres die met grote regelmaat de aandacht trekt van Place de l’Opera. Eerder dit jaar kreeg ze lovende kritieken  voor haar rol in **L’Isola disabitata van Haydn bij DNOA.

Logo Koningin Elisabethwedstrijd

Jury

De Koningin Elisabethwedstrijd geldt als een van de belangrijkste, maar ook zwaarste muziekcompetities in de wereld. In een omvangrijke jury, die wordt voorgezeten door Bernard Foccroulle, hebben Sophie de Lint, directeur van De Nationale Opera, Peter de Caluwe, directeur van de Munt zitting en verder onder meer Marc Clémeur, Sumi Jo, June Anderson, Bernarda Fink, Reinaud van Mechelen, José van Dam, Patricia Petibon, Bejun Metha, Christoph Prégardien  en Helmut Deutsch.

Place de l’Opera is helaas niet in Brussel, maar de competitie is via streams te volgen.

Een samenvatting

In de eerste ronde zong mezzosopraan Maria Warenberg samen met pianist Nino Pavlenichvili Tchaikovsky’s ‘Zabyt’ tak skoro’ en ‘Una voce poco fa ‘uit Rossini’s Il barbiere di Siviglia. Sylvia Sequiera, samen met pianist Abigail Richards, kozen voor ‘Dich teure Halle’ uit Wagners Tannhäuser en ‘Divinités du Styx’ uit Alceste van Gluck.

Ook drie van de vier Belgische zangers, Linsey Koppens, Kelly Poukens en Lotte Verstaen, zijn geen onbekenden voor het Nederlandse operapubliek. Linsey haalde haar masters aan de Dutch National Opera Academy, waar ook Kelly Poukens studeerde. Kelly was tevens te gast bij de Nederlandse Reisopera en Holland Opera. Lotte Verstaen was te horen als Feklusa (Kat’a Kabanova) in het Concertgebouw Amsterdam (NTR ZaterdagMatinee) – haar met het Radio Philharmonisch Orkest onder de leiding van Karina Canellakis.

Linsey Koppens haalde als enige van deze drie de halve finale, samen met de vierde Belgische kanditate, sopraan Margaux de Valensart.

Halve finales

In halve finale zongen alle kandidaten een programma van ongeveer 20 minuten. Silvia Sequiera koos voor drie opera aria’s en een van de Vier Letzte Lieder. Uit Herodiade zong ze ‘Il est doux, il est bon’, dat werd gevolgd door ‘Beim Schlafengehen’ van Strauss . De openingsaria van Adriana Lecouvreur, met lange uitgesponnen lijnen  en delicate piano noten, werd gevolgd door de dramatische aria van Leonora uit La Forza del destino, ‘Pace pace mio dio.’ Het zou Silvia een finale plaats opleveren.

Sylvia Sequeira. Foto:© Queen Elisabeth Competition- Alexandre de Terwanghe

Maria Warenberg koos met pianist Nino Pavlenichvili, voor een mini -liedrecital met werken van Mahler, Tchaikovsky, Mousorgsky en Pauline Viardot. Haar intense interpretaties van onder meer ‘Rheinlegendchen’ uit Mahlers Des Knabenwunderhorn en Tchaikovsly’s ‘Ya li v pole da ne travushka bïla ‘(‘Was ik geen sprietje gras in het veld’) waren goed voor een finale plaats.

Mezzosopraan Linsey Koppens liet samen met pianist Aaron Wajnberg een complete staalkaart van haar kunnen horen, met hedendaagse muziek (het voor het IVC gecomponeerde ‘Het goud van Vermeer’ van Bart Visman), Frans- en Engelse liederen, belcanto van Bellini, en romantisch Duitse opera van Richard Strauss.

Linsey Coppens en pianist Aaron Wajnberg Foto: © Queen Elisabeth Competition- Alexandre de Terwanghe

Ze werd door de jury echter niet gekozen als een van de finalisten, net zomin als Margaux de Valensart. Haar programma met pianist Marie Datcharry bevatte liederen van Fauré, Higdon, Duparce Strauss en Viardot en een aria uit Pagliacci van Leoncavallo, ‘O Qual fiamma avea nel guardo – Stridono lassù.’

Finale

In de finale, die verdeeld is over twee dagen, zingen alle 12 deelnemers een programma met het Symfonie Orkest van de Munt, onder leiding van de chef-dirigent, Alain Altinoglu.

Orkest van de Munt met chef dirigent Alain Altinoglu. Foto: ©Simon van Boxtel

Sylvia Serquiera zingt op vrijdag 2 juni ‘D’Oreste, d’Ajace’ uit Idomeneo van Mozart, dan twee Puccini aria’s ‘Senza mamma, o bimbo tu sei morto’ uit Suor Angelica en ‘Tu che di gel sei cinta’ uit Turandot en ze zal afsluiten met de aria die haar in ’s Hertogenbosch in het IVC in 2022 zowel de Wagner-als de Pubklieksprijs opleverde, Dich, teure Halle uit Tannhäuser.

Maria Warenberg heeft voor een zeer gevarieerd finaleprogramma gekozen.

Ze zal op zaterdag 3 juni beginnen met ‘Una voce poco fa’ in uit Il Barbiere di Siviglia van Rossini. Daarna een aria van Cherubino uit Le Nozze di Figaro van Mozart, ‘Non so più cosa son, cosa faccio’ , ‘Cœur sans amour’ uit Cendrillon van Massenet, een van de Rückertlieder ‘Ich atmet’ einen linden Duft!‘ van Mahler en ze besluit met en aria uit de opera die Maria eerder dit jaar zo succesvol uitvoerde met DNOA, L’isola disabitata van Haydn: ‘Se non piange un’infelice’.

Op de website van de Koningin Elisabethwedstrijd kunt u alle zangers horen en zien. De finale presentaties zijn daar ook live te zien, evenals op de Belgische televisiezenders VRT en de RTBF.

Verder lezen, luisteren en kijken

*Peter Franken was laaiend enthousiast over een concert met Sylvia Sequiera.

**DNOA’s Haydn programma met Maria Warenberg

Bekijk hier alle halve finales met Maria Warenberg, Sylvia Sequiera en Linsey Coppens.

 

 

 

 

Vorig artikel

Club Gewalt confronteert op kringfeestje

Volgend artikel

Grote opera voor kleine kinderen

De auteur

Bo van der Meulen

Bo van der Meulen